Aubel Jogging Connect (Challenge L’Avenir)
zon 21/03/2021 10u30 * Aubel Jogging Connect (Challenge L’Avenir) * 9,8 km * 00:48:56 * 12 * 193/378 (Voorlopig) * 3/4 (Voorlopig) * ♥♥♥♥
Ik heb nu de smaak te pakken en ben weer op weg naar een e-jogging, of zoals die van de Challenge L’Avenir zeggen, een jogging connect. Marie-Paule is er voor het eerst dit jaar ook bij. De markt van Aubel is een prima aanleiding om wat frisse lucht te happen. Voor mij is Aubel vooral synoniem van een aantrekkelijk parcours op mijn maat gesneden. Als ik de sleutel van mijn wagentje uit het contact haal, wacht ons een verrassing. Een man in een warme jas en met de pet strak over het hoofd getrokken, komt in onze richting. Is dat toch niet Servais Halders? Ik had hier met mijn kompaan afgesproken om zoals de vorige zondagen de loop “samen” te betwisten. Maar een shot AstraZeneca heeft Servais klein gekregen. Tijdelijk, mag ik hopen. Maar de Voerenaar heeft zijn voorzorgen genomen en onder het mom van een verkenning vorige donderdag, de afstand afgelegd en die netjes op de startapp opgeslagen. Zijn putsch was wel heel goed voorbereid, hij had zelfs zijn gemeentegenoot Kris Pipeleers als haas ingehuurd. In elk geval, bij een vergelijking van onze tijden kom ik er weer bekaaid vanaf. Hij is met flanellen benen en rillend lijf toch maar naar het buurstadje van Voeren gekomen om mij moreel te steunen… en inkopen te doen op de markt. En om me assistentie te verlenen bij de startprocedure die lichtjes verschilt van die in de Challenge van de provincie. (Zie foto) Tijdens mijn opwarming verken ik deze keer vooral de eerste kilometer. De laatste kilometers houden geen geheim meer in voor me. Ik sta hier trouwens al voor de vierde keer op de startlijst. Terwijl ik aan het inlopen ben kruis ik Ronny Vanhay van Mal die al aan zijn inspanning bezig is en er zo te zien voluit wil voor gaan. Achteraf verneem ik dat hij wat blij is dat hij de Waalse virtuele lopen ontdekt heeft via mijn Strava-account. En zo kun je een goede daad verrichten zonder het zelf te weten.
Ik begin eraan om halfelf. Vanop de markt waar de vorige jaren ook de start was. Het is hier druk en ik moet uitwijken om voldoende afstand te houden van de bezoekers, allen met mondkapje. Ik ben meteen op kruissnelheid. Ik heb geen reden om hier de kat uit de boom te kijken in de eerste kilometers. Dit parcours ligt me. Nu is het alleen afwachten hoe de benen reageren op een hoger ritme dan tijdens mijn trainingen. Dat voelt prima aan, stel ik al vast na 1 kilometer. Nu dat nog 8 kilometer volhouden. Ik ben bezig aan het eerste luik van de ronde, de lussen door een woonwijk. Een heel verschil met de troosteloze woonblokken in Hermée, vorige week. Met mooi asfalt en zonder verkeer op deze zondagochtend. De richtingpijlen zijn duidelijk aangebracht en nog allemaal intact. Hier wonen geen hooligans… En een gevoel van eenzaamheid dat vorige week op de loer lag in de weidse Haspengouwse vlakten, moet je hier niet vrezen. Ee zijn nogal wat wandelaars op pad en andere deelnemers. Aubel is altijd al een publiekstrekker geweest en kan ook in dit bijzondere jaar prat gaan op een indrukwekkend vertrekkersaantal. Ligt dat alleen aan het parcours? Iemand een idee? Ik ben al snel enkele (veel) tragere deelnemers voorbijgegaan. Nog een opsteker! Wat me wel bezighoudt is de vraag of dit het parcours is waar we vorige jaren in groep werden opgestuurd. Een onbelangrijke vraag, maar nu er geen concurrenten in de buurt lopen, moet mijn rusteloze geest toch actief blijven.
Na 3km beginnen we aan deel twee van het parcours: een ronde tussen de weiden en boerenhoven. Zoek niet verder op de kalender: mooier dan dit, vind je niet. Ik heb deze omgeving al bezongen in vorige verslagen. Nu kan ik er nog meer van genieten… in de stilte. Aan km 3,5 groet ik enkele ezeltjes in een weide. Even later hoor ik getrappel in de achtergrond. Niet van paardjes (die ben ik daarnet voorbijgegaan) maar van een loper met een zware tred en een hoog tempo die een gezel op sleeptouw neemt. Enkele meter achter hen probeert een derde man aan te klampen. Dat is een bijter, zie ik anderhalve kilometer verder, als hij nog steeds op dezelfde afstand achter het duo aanzit. We nemen een bocht voor een afdaling. Het hogere tempo geeft mogelijk een antwoord op de vraag of mijn knieën de grotere belasting zullen verdragen. Geen probleem, blijkt. Ik maak me de laatste week zorgen over pijn in beide knieën. Overigens zijn dat niet dezelfde klachten voor beide gewrichten. In de linkerknie is er sprake van “gewone” slijtage. In de rechterknie voel ik waarschijnlijk de gevolgen van enkele valpartijen op dat lichaamsdeel, ook al is dat al enkele jaren geleden. Voorlopig kan ik nog verder, maar hoelang nog? Ik heb in elk geval de reconversie al aangezet… als wedstrijdorganisator. Lees meer in de rechterkolom naast dit verslag.
Enkele langere afdalingen in km 4 en 5 helpen mij aan tijden rond de 4’45”, het beste wat ik nog vermag. Ik heb intussen wel het vertrouwde parcours teruggevonden. Alleen de doortocht door de woonwijk (deel 1) is blijkbaar van mijn harde schijf gewist. Tussen de afdalingen zitten er ook klimmetjes, of wat had je gedacht. Die zijn net niet lang en steil genoeg om mij in ademnood te brengen. Ik blijf in de buurt van de vijf minuten per kilometer. Niet dat ik na elk gezoem en getril (kilometer voorbij op de Garmin) naar mijn horloge lonk. Dat is voor na de loop, nu geeft het gevoel het tempo aan. Daar is die kuitenbijter naar de hoeve op de heuvel en nog wat verder. Ik heb een duo voor me opgemerkt. Ideaal die mikpunten. Ze gaan net snel genoeg om me nog een volle kilometer bezig te houden. We nemen de bocht aan km 7, waar we daarstraks na km 3,8 vanuit de andere richting zijn voorbijgekomen. En waar in andere tijden, vorig jaar nog, de bevoorrading was. De Jogging des Vergers was vorig jaar een van de laatste lopen die nog nipt aan het wedstrijdverbod zijn ontsnapt. Nu naar rechts, nog even een mooi stukje op het plateau, dan de steile afdaling naar de Route d’Aubel. Hier echt halt houden en opletten voor het verkeer in beide richtingen, heeft de organisatie ons op het hart gedrukt in haar communicatie. Geen overbodige waarschuwing.
Aan de overkant is er nog een korte bocht naar de Ravel. Hier begint deel 3. Die indeling heb ik zelf bedacht. Spreek de challenge daar niet over aan… En dat betekent nog twee kilometer licht stijgend naar het voetbalveld van Aubel. De eerste honderden meters zijn het moeilijkst, vertellen de benen. Het pad is dit jaar volledig geasfalteerd, merk ik op. Dat komt me vandaag goed uit met mijn nieuwe schoenen. In droge omstandigheden zou ik nochtans het oude assen pad verkiezen. De weg mag een lange rechte streep zijn, er is heel wat afwisseling door de groepjes lopers en wandelaars die onderweg zijn. Ik schiet ze voorbij aan de rechterkant waar nog een lichte onverharde strook ligt, vandaag met net te veel plassen om erop te blijven lopen. Ik schiet ze voorbij, las je daarnet. Dat betekent dat mijn tempo heel wat hoger ligt, maar voor het overige in het volledige veld aan de lage kant ligt. Het mooie stukje onder het brugje door (ik val in herhaling met mijn beschrijving van het parcours, maar ik word meegesleept door de charme van de omgeving) en dan op weg naar de tweede kruising met een rijweg. Hier steekt plots een windvlaagje op. Was dat niet gebeurd, had ik zelfs niet over dat natuurverschijnsel hoeven te schrijven. De rijweg over dus. Een bestuurder in een machtige SUV stopt om mij vrije doorgang te verlenen. Deze vriendelijke man moet een kenner zijn die beseft dat ik hier aan een betere prestatie bezig ben. Voorbij het steenkoolwagentje (links) en de monumentale pot siroop (rechts in de hoogte). Lees mijn vorige verslagen om helemaal mee te zijn. In de verte zie ik het rood-witte hekken waar ik de bocht naar links moet nemen. Daar zijn ook Marie-Paule en Servais. Zij hebben er een klein uurtje markt van Aubel op zitten. Nog een afdaling op een smal pad en dan vijftig meter rechtdoor naar het aankomstbord. Deze rechttoe-rechtaan-finish lijkt me beter dan het traditionele laatste rondje achter de staantribune en de doelpalen. Dat is voor de toekomst. Het heden leert me dat ik onder de 50 minuten ben gebleven. Die tijd leek me vooraf nochtans te hoog gegrepen toen Servais mij die doelstelling voorhield. Opdracht met succes afgewerkt. Tussen haakjes, de hierboven aangegeven tijd is voor mij de enige echte. Degene die ik zelf heb geklokt. Toch een twee minuten minder dan wat in de officiële rangschikking wordt aangegeven. Of dat de reden is waarom ik achter nummer 2 in mijn categorie, Raymond Jungbluth, eindig? We zullen het nooit weten. Ik gun het Raymond wel, al jaren trouw op de afspraak in de Challenge L’Avenir.
Euh, en vergeet je niet in te schrijven voor de Virtuele Vredesloop in Vroenhoven.
Foto’s: Marie-Paule
Willy,
Zo zie je maar, van je beste vrienden kan je een putsch verwachten.
Ondanks die putsch heb je er een mooie wedstrijd en een mooi verslag van gemaakt.
De putscher.
Mooi verslag Willy !
Fijn om te lezen dat het nog steeds goed vooruit gaat.