Ell

zon 27/11/2022 10u30 * Ell* 12,9 km * 01:06:59 * 11,5 * 27/56 * ??/??* ♥♥♥♥

Na een derde onderbreking van mijn planning door ziekte (ditmaal buikgriep) ben ik weer klaar voor de laatste wedstrijden van het seizoen. Hopelijk kan ik nu in rechte lijn naar 2023. Er wacht vandaag een mooie loop in het noorden van Nederlands-Limburg. Ik heb er zin in temeer omdat ik me eindelijk nog eens op het vlakke en op mooie asfaltwegen mag uitleven. De loop zelf heeft geen naam, ten minste niet de side-events, de 8 en 13 km. Ik kies voor de 13 km. Dit wordt dus het verslag met de kortste titel van het seizoen. Ik was hier ooit eerder, in 2017, toen voor de halve marathon.

We vertrekken allemaal samen met een peloton van zo’n 300 man. Verreweg de meeste deelnemers gaan voor de 21,1 km. Zoals ik later tot mijn leedwezen moet vaststellen… Na een kilometer door de kronkelende straten van Ell haal ik mijn reisgenoot Jean-Pierre Immerix in en begint de tocht door het vlakke land van Leudal. Dat is de naam van de gemeente tussen Weert en Roermond waar deze novemberloop plaats vindt. Altijd leuk als blijkt dat je op die eerste kilometer meteen in het goede tempo zit. Nu is het zaak dat ritme vast te houden. Dat lukt vrij goed in de volgende kilometers. Zo voelt het althans aan. Mijn Garmin heb ik voor de rest van de wedstrijd niet meer bekeken. Ik volg de bewegingen van de lopers en groepjes rond mij en zoek hier en daar een denkbeeldige haas om mijn tempo op te richten. De ene haas is al sneller dan de andere maar ik heb niet de indruk dat ik posities verlies na die eerste kilometer in het compacte peloton. Het asfalt is perfect – in Nederland verwacht je niet anders – het profiel schommelt tussen -0,5 en 0,5%, nu en dan waait er een licht briesje. Wat wil je nog meer voor een snelle loop? Ik volg met enige verbazing een stoer gebouwde man die me enkele keren zwaar hijgend voorbijgaat en zich meteen daarna weer laat uitzakken. Christel Vankrunkelsven haalt me in. Zij is een van de talrijke Belgisch-Limburgse deelnemers aan de halve marathon. Even een woordje met haar gewisseld. Al was het maar om onze monotone loopactiviteit te doorbreken. Haar zus Leen is (weer?) geblesseerd. Even geen asfalt maar een strook op betonplaten. Ongewoon in Nederland maar perfect aangelegd en niet te vergelijken met de ongelijke, grove en brokkelige ondergrond op onze ruilverkavelingswegen. Verder zorgt een stuk onverhard voor wat afwisseling.

Jean-Pierre aan de finish.

Er ontstaan stilaan grotere gaten tussen de groepjes en individuele lopers. De 8km-lopers hebben ons al snel verlaten. Daar is de splitsing van de 13 km en de halve marathon. We zijn ongeveer halfweg. Ik moet naar links. In de bocht nog maar eens gecheckt of ik de goede richting neem. Het merendeel van mijn gezellen slaat rechtsaf. Ik ben wel opgelucht dat ik me de 21km heb bespaard maar stel vast dat er nauwelijks lopers te bespeuren zijn voor mij. Een jonge man voor me moet even stappend op adem komen. Zo’n vijftig meter achter me zwoegt een loper die ik daarnet ben voorbijgegaan. Het enige lopend wezen voor me is een in het zwart geklede man. Hij heeft zo’n 100 meter voorsprong. Ik word overvallen door de stilte en de weidsheid van het landschap. Nog zo’n 7 km alleen verder? En dan maak ik zo’n verre verplaatsing om eens niet alleen op pad te zijn… Om niet ten onder te gaan in de eindeloosheid van het universum (althans dat stukje hier rond Ell) moet ik mezelf een uitdaging opleggen. De loper voor me inhalen. Maar er gaapt nog een flinke kloof tussen ons. Na een halve kilometer achtervolgen vraag ik me af of ik wel iets dichter gekomen ben. Hij draait nog flink rond. Zijn tempo lijkt nauwelijks lager dan het mijne. Na een dikke kilometer heb ik dan toch wat vooruitgang geboekt. Nu, er blijven nog vijf kilometer om de kloof te dichten. Bij gebrek aan ontspanning van mijn benen probeer ik dan maar mijn geest te ontspannen. Door te genieten van de bomenrijen langs de paden, van de vergezichten over de lege akkers, van de fraai ingeplante boerderijen en landhuizen. Mensen zijn hier overigens niet te zien. Alleen de verkeersregelaars kleuren de plattelandsgrijsheid. Een hond blaft. Even een sonoor accent in de stilte. Dank je wel, bobby. Even na de achtste kilometer is het dan toch zo ver. Ik ben in het spoor van ??? Zijn naam kan ik niet met zekerheid zeggen. Op de uitslagenlijsten worden de rugnummers niet vermeld. Een 50 -plusser, zo lijkt het. Mijn gezel klampt nog even aan. Nu zal ik het werk maar volledig afmaken, denk ik. En kijk, de parcoursbouwers hebben net hier een “klimmetje” van 1% in het rondje gelegd. Ik verbaas mezelf met mijn soepele beenomwentelingen. Ik geniet ervan mijn concurrent van het ogenblik pijn te doen. Competitiedrang, grinta of gewoon sadisme? De man in het zwart verliest vrijwel onmiddellijk voeling.

Alleen verder op de laatste 4 km. Voorbij een immense varkenskwekerij (bron: Marie-Paule) en een kassencomplex. Snel even achterom gekeken. Ik zie een drietal achtervolgers die ik na mijn inhaaljacht van daarnet nu ook wel achter me wil houden. De kilometers met een tempo dat ik al weken niet meer heb gehaald op training, beginnen hun tol te eisen. Mijn rechter “herniabeen” werkt ook niet echt mee. Toch vind ik nog de kracht om de grote plaat te blijven ronddraaien. In de verte zie ik een jonge dame – Shayenne Geuns, voor wie de fraaie naam wil weten – maar zij is zeker buiten bereik op de twee kilometer die nog resten. Hoe dan ook, ik haal nog mijn beste kilometertijden in de finale, even de startkilometer niet mee gerekend. De maximumscore wenkt.

De podiumhuldiging gebeurt snel snel buiten en ontgaat ons dus volledig. Overigens zijn er geen leeftijdsklassen in de korte(re) lopen. Na een donker biertje in café “De Prairie” rijden we weer zuidwaarts. Het succes van voor de middag herhaalt zich later niet meer in Qatar, moet ik node vaststellen…

(Foto’s: Marie-Paule)