Huy Night Run (CJPL)
vri 02/06/2023 20u30 * Huy Night Run* 10,6 km * 01:02:35* 10,2 * 393/541 * 4/8 * ♥♥
In de maand mei legt elke vogel zijn ei, luidt de spreuk. Wel, ik heb mijn ei niet kunnen leggen. Uitgerekend in de periode met wedstrijden te kies en te keur heb ik vanaf de zijkant moeten toekijken. Mijn laatste wedstrijd, de Campusrun in Diepenbeek, had veel of beter gezegd te veel gevraagd van mijn stroeve spieren. Felle pijn in de rug en achteraf in de aanhechtingsspieren van de bovenbenen maakten lopen zo goed als onmogelijk in de volgende dagen. Die dagen werden uiteindelijk twee weken zonder looptrainingen. Enkele stevige wandelingen hielden me wel in beweging maar toen ik het lopen dan toch kon hervatten, protesteerden de benen meteen. Ik moest zelfs herstel inbouwen na een rustige training. Uiteindelijk had ik pas tijdens het Pinksterweekend de indruk dat ik stilaan weer mijn oude, zij het matige, niveau bereikt had. Om dan na mijn laatste test woensdag weer depri thuis te komen. Datzelfde gevoel was me ook al de week daarvoor overkomen. Hoe dan ook, ik wilde mijn heroptreden niet langer uitstellen na mijn ongelukkig wedervaren in Vottem. Want daar had ik vorige zondag mijn eerste wedstrijd gepland. Bleek dat de oude CJPL-wedstrijd die na jaren weer eens zou georganiseerd worden, uitgesteld was. Het piepkleine venstertje “Reporté” op de site was me ontgaan…
“De wedstrijd gaat toch door? ” vraagt Marie-Paule als we op weg zijn naar de Maasstad. Ja dus, en dat weten ook de meer dan tweeduizend andere loopliefhebbers. De 5km-lopers hebben de parkeerplaatsen in de buurt van de start dan al ingenomen. We moeten uitwijken naar de hoger gelegen uitvalswegen op een kilometer van de Avenue Delchambre. Een gezellig terrasje op de Grand-Place meepikken na de loop, zit er dus niet in. Veel volk in Hoei, zoals de traditie het wil, maar voor de 10 km-loop duizend man minder dan bij mijn vorige deelname in… 2016. Veel bekenden ook, bij de toppers en het voetvolk. Eén man kan je alleszins niet missen want je hoort hem onophoudelijk aan de microfoon, Armand Pirotte. Hij begroet Noël Heptia en uw dienaar met de woorden: “Daar zijn mijn twee tegenstanders van volgend jaar.” Dan maakt de speaker ook deel uit van het selecte clubje v4’s. “Hij is wel optimistisch voor de toekomst, onze Armand, althans voor mij,
De start nadert. Ik schuif nog enkele rijen op in het wachtende peloton en kom zo toevallig terecht in de onmiddellijke buurt van twee categoriegenoten… die dadelijk aan bod zullen komen in mijn verslag. “Soyez prudents” drukt Armand ons nog eens op het hart als we worden losgelaten. Die voorzichtigheid is al geboden op de startlaan. De Avenue Delchambre is dan wel een mooie met bomen omzoomde laan, het asfalt vertoont echter nogal wat spleten en oneffenheden. Ik houd het wegdek nauwlettend in de gaten en blijf ook op mijn hoede voor uitwijkmanoeuvres van jonge, hevige en minder ervaren deelnemers bij het nemen van de bochten en het passeren van de “eerste” Maasbrug. Na een kilometer bereiken we de “tweede” Maasbrug en staat mijn snelste kilometertijd op de tabellen. Deze 5’11” is een opluchting na het gesukkel op training waar ik me soms moest tevreden stellen met 6’30”. Ik kan een min of meer gelijkaardig tempo nog ongeveer twee kilometer volhouden met de steun van het vlakke profiel in het eerste deel van de loop. Maar dan zijn mijn twee categoriegenoten van daarnet aan de start me al voorbij. Eerst Luc Hilderson, al in de eerste kilometer, daarna Michel Mancini, in kilometer 3. Michel zal Luc ook nog inhalen, ver achter Noël Heptia, die vandaag geen concurrentie heeft. Na een maand zonder wedstrijds- en zelfs zonder snelheidsprikkels houd ik me angstvallig aan mijn eigen tempo en blijf ik alert voor plotse pijnscheuten in de spieren. We lopen intussen op mooie asfaltwegen in de buitenwijken van Hoei, nog altijd in de vallei. De plaatselijke bewoners zijn uit hun huizen gekomen. Hier en daar staan groepjes supporters. Hun luidruchtige aanmoedigingen snijden door merg en been. Ik ben nog niet echt in competitiestemming, zoveel is duidelijk.
Na ruim 3 km is de “mise en jambes” voorbij. Dat is het inlopen, zoals het in de parcoursvoorstelling van een krant genoemd wordt. We draaien rechtsaf. de weg begint nu langzaam op te lopen. De kilometertijd loopt ook meteen op maar blijft nog ruim onder de 6 minuten. We zijn nu begonnen aan wat dezelfde krant het middenstuk noemt. Ze hadden het ook de “pièce de résistance” kunnen noemen. Waar ik me enkele keren in zal verslikken, overigens. De herinnering aan dat deel van het parcours is volledig vervaagd, moet ik vaststellen als de klimmetjes elkaar blijven opvolgen in de volgende 4 kilometer. De eerste klim is meteen de steilste en dwingt me tot wandeltempo. De 7’11” in kilometer 5 zal ik niet meer kunnen rechtzetten, als ik dat al zou willen. Ik draai de knop meteen om en probeer dan maar te genieten van de sfeer, het mooie parcours en de ambiance. Ik heb nog even de illusie dat we nu een tijdje op een min of meer vlak plateau zouden blijven maar daar duikt het tweede klimmetje al op. Op de koop toe krijg ik nog last van een hoestbui. “Neen, ik rook niet” antwoord ik op een opmerking van een grijnzende medeloper. Een of ander beestje of pluisje is in mijn opengesperde mond gevlogen. Ik zal nog een dikke kilometer op de bevoorrading moeten wachten om mijn geïrriteerde keel te kunnen spoelen. Intussen geraak ik niet meer onder de zes minuten per kilometer. Een tweede steilere helling na 7 km haalt de snelheid er weer volledig uit. Maar de mooie omgeving, de paadjes in het groen met hier en daar enkele huizen, de aanmoedigingen van de groepjes fans in de bochten, maken veel goed. Het gebrul van de fans klinkt nu aangenaam in de oren. In een van de villawijken in Tihange lopen we tussen twee hagen joelende supporters door. En laat Michel en Luc dan maar voorsprong nemen. Die bedraagt overigens zo’n 4 minuten aan de finish. “Du jamais vu” om het met enige overdrijving te zeggen.
De overvloedig opgelapte asfaltpaden in de groene gordel op het plateau maken vanaf km 7,5 plaats voor gladde asfaltwegen. De afdaling maakt het al wat makkelijker om de last van de kilometers te dragen. Want die is er. Door mijn tegensputterend rechterbeen kan ik niet echt veel voordeel halen uit de rush terug naar de Maasvallei. De dalingspercentages zijn op bepaalde stroken zo hevig dat ook volledig fitte lopers moeten afremmen. Na heel wat draaien en keren zijn we weer op het vlakke in of tenminste nabij het centrum van Hoei. In de laatste kilometers hebben de parcourstekenaars een rondje sightseeing in Le Vieux Huy voorzien. Inclusief een doortocht op een middeleeuwse “ruelle”. De losliggende kasseitjes en de stilaan invallende duisternis eisen alle concentratie op. Nu, ik zal wel meer vaart maken dan de minderbroeders die hier destijds voortschuifelden. Nog een bocht, rijen toeschouwers langs de kant. “Allez Willy”: Marie-Paule neem ik aan, die ik zal moeten zien terug te vinden in de massa. Wanneer zijn we er eindelijk, op de Grand-Place voor het stadhuis? Daar hoor ik de stem van de onvermoeibare Armand Pirotte. De aankomstboog… en de jonge Rachel die me nog voorbijschiet.
Voorbij de streep. Marie-Jeanne helpt manlief Michel Mancini in zijn trainingsvest. “Pas opnieuw bezig?” vraagt Michel. Hij schrijft mijn tegenvallende tijd toe aan mijn trainingsachterstand. Ik hoop voor mij dat hij gelijk heeft… Nog even Noël gegroet en dan maar meteen richting lage landen…