Posterholt Halve Marathon
zon 21/01/2018 11u * Halve Marathon van Posterholt * 20,85 km * 01:45:14 * 11,8 * 96/154 * 9/13 (60+) * ♥♥♥♥
Door gehannes met mijn smartphone-gps duurt de trip naar Posterholt een kwartiertje langer dan voorzien. Mijn medereiziger Jean-Pierre Immerix vertoont al tekenen van zenuwachtigheid. Maar we zijn nog ruim op tijd voor de plichtplegingen voor de start. Posterholt is dus de bestemming dit weekend. Dat is in de omgeving van Roermond. De wegen zijn hier biljartvlak en dat is ook de reden waarom een aantal atleten van RFC Liège aan de start staan. Kwestie van afwisseling met de zwaar golvende parcoursen in en rond Luik. Jean-Pierre heeft natuurlijk een groot aandeel in de keuze van deze wedstrijd in de Nederlandse grensstreek. Maar in tegenstelling tot mijn maatje kies ik voor de langste afstand, de halve marathon.
De vijf kilometer is al vertrokken als de lopers van de kwart en halve marathon naar de start worden geroepen. Myrthe Meex van Kanne is op weg naar een derde plaats bij de dames. Jean-Pierre duikt gelukkig net op tijd achter mij op in de wachtende groep. Gelukkig, want ik heb een plannetje in mijn hoofd. Mijn maatje volgen of alleszins niet uit het oog te verliezen in de eerste (voor hem enige) ronde. Dan zou ik meteen een goed tempo vasthebben om dan in de tweede ronde mijn duivels te ontbinden. Zoals jullie al lang weten, zijn dat de laatste jaren erg brave duiveltjes geworden. Het tempo houden, zou al een mooie prestatie zijn.
Jean-Pierre dwingt me in de eerste kilometer al meteen tot een tempo van 4’38”. Ga ik die voor mij ongewoon snelle start niet bekopen, flitst het door mijn hoofd. Ook na de tweede kilometer in 4’51” heb ik mijn adem nog niet onder controle. Aan km 2,2 zijn we uit de bebouwing en slaan we rechte landwegen in, op asfalt wel te verstaan. Het peloton van 337 (voor de twee afstanden) is nu al langgerekt. De frisse bries speelt rond onze oren en benen. Ik behoor met mijn korte broek bij de uitzonderingen. Maar te oordelen naar het gejammer van Jean-Pierre over zijn warme lange broek, heb ik de juiste keuze gemaakt. Ver voor ons uit bikkelen Beny Stulens (Mal) en Frankie Verluyten (Hoeselt) voor een plaats in de toptien van de kwartmarathon. Ze eindigen beiden in 36′, Beny op de vijfde plaats (en eerste plaats bij de veteranen 40+), Frankie op de zevende plaats. Overigens wordt de halve marathon gewonnen door Kevin Verluyten. Is dat de broer van Frankie? Enfin, in het tweede deel van het peloton heeft Jean-Pierre het tempo laten zakken en kan ik even herstellen. We zitten nu op een kilometertijd rond de 5′, dat is zowat mijn kruissnelheid. Als je van snelheid kan spreken, natuurlijk. Ik heb intussen de leiding genomen in onze duo-loop en op een moeilijker stuk tegen de wind in verliest Jean-Pierre zelfs voeling. Na die lange, rechte strook van 2,3 kilometer, draaien we de andere richting uit, terug naar Posterholt. We hebben een matige wind in de rug. Met een versnelling komt Jean-Pierre opnieuw in mijn spoor. We zijn nu halfweg de eerste ronde. In het tweede deel zitten er welgeteld nog twee echte bochten. Om een lang verhaal kort te maken, we blijven bij elkaar tot de laatste meters. Wie meer bijzonderheden wil, kan het ook vragen aan Jean-Pierre. Ik heb de indruk dat hij blij is als hij de aankomstboog in de verte ziet hangen. Ik maak me klaar voor de tweede ronde. Jean-Pierre draait rechtsaf naar de finish, enkele meters verder. Zijn naam weerklinkt door de luidsprekers. Mij zal deze eer niet te beurt vallen bij mijn finish. Vergeeft u mij deze korte maar onweerstaanbare opwelling van jaloezie?
Ik begin voor de tweede keer aan de kronkelende weg door de woonwijken van Posterholt. Ik ben nu in het gezelschap van Nathalie Baars die daarnet bij ons heeft aangehaakt. Ik ken nu de stoepen en de bochten… en weet waar ik kan afsnijden. Ik vraag Nathalie of zij een plaatselijke vedette is, aangemoedigd als ze wordt door de parcourswachters. Eens we buiten het dorp zijn, werp ik een blik achteruit: een grote leegte met hier en daar een eenzame loper. De tweede ronde wordt een saaie tocht. Aan de haak in de rechte parcoursstreep rond km 13 schat ik de afstand tot de lopers voor me in. Zal ik nog een plaatsje kunnen winnen? Maar eerst afwachten hoe ik de moeilijke kilometer 14 overleef. Nathalie moet lossen in het klimmetje. Dat het een klimmetje is, merk ik nu pas op. Nathalie had het daarnet over een “berg”. Ik kan met enige moeite een redelijk tempo handhaven… dat evenwel niet volstaat om niet ingelopen te worden door een veteraan 2. Maar even verder heb ik nummer 33 te pakken en houd ik de status-quo. Fotograaf Jack van Montfort heeft zich net hier geposteerd als ik voorbijkom. Hij heeft zich vandaag de sloffen van onder het lijf uitgelopen (een beetje geholpen door zijn Citroën Picasso) om de wedstrijd in beeld te brengen. Een dag later staan de foto’s op het net. Snel, van uitstekende kwaliteit en gratis: dat betekent het label “javamo” op de plaatjes. Ik roep Jack uit tot man van de wedstrijd. We zijn intussen het bordje 15km en het hoogste punt van het parcours voorbij en kunnen de benen weer licht ontspannen in de volgende kilometer. In de bocht op de uiterst westelijke punt van het parcours zie ik een loper in het blauw naderen. Het gehijg wordt almaar feller, voor de bevoorrading is hij bij me. Op die bevoorrading heb je trouwens de keuze tussen water (rechts) en thee (links). Dat had ik daarstraks niet door en zo zat ik bijna met mijn handschoenen in de gesuikerde thee. Ik houd het nu bij een slokje water en zet mijn weg voort in het gezelschap van de jonge man in het blauw. Die is niet van het spraakzame type en dus malen we de hectometers in stilte af. Tot aan de bocht aan km 17,7 waar hij hersteld lijkt van zijn inhaaljacht van daarnet en de oude knar naast hem achterlaat. Ik lever dus weer een positie in ten opzichte van mijn eerste passage aan de streep maar kan dat verlies even verderop weer goed maken door de loper in te halen die ik al kilometers in het vizier heb. Met dit soort berekeningen zoek ik wat afwisseling in deze eentonige tocht. Ik vraag me af waarom ik nu eigenlijk de lange afstand heb gekozen. En zo krijgt Joep Drent gelijk, de zestigplusser uit Maastricht, die enkele weken geleden bedenkelijk keek toen ik hem, bij een ontmoeting op training, mijn programma ontvouwde. “Daar zal je alleen lopen” was zijn reactie. Nog enkele kilometers geduld, dus. Wie alleszins veel geduld heeft, is het koppel dat hier vorige ronde ook al stond. Ze staan voor een hoeve. (Hun hoeve?) Op het platteland hier zie je trouwens alleen maar boerderijen. Ze bedenken elke loper of groep met een applausje. Ik wenk terug als dankjewel. Voorbij het bungalowpark aan de linkerzijde is het niet meer ver voor we weer in het dorp komen. Frisse benen heb ik zeker niet (meer) maar er zit nog voldoende jus in voor de laatste kilometers. Ik krijg nog een opgestoken duim aan een kruispuntje en neem de laatste bocht naar rechts. Die ik me gelukkig nog herinner want de parcourswachters wijzen de weg niet aan. 12 km/uur lopen heeft trouwens soms zijn voordelen. Severino Vega, een van de Luikenaren, winnaar bij de 50+ en toptien overall, schoot op een van de bochten met 15 km/uur rechtdoor en merkte zijn wegvergissing pas enkele honderden meters verder op toen de auto’s zijn weg kruisten. De seingevers stonden met de handen in de broekzakken…
Daar is het gebouw van Geelen Beton, nog 800 meter. Ik verheug me zowaar op het geschal van de omroeper die me voor de start op de zenuwen werkte met zijn luidruchtig en onophoudelijk gedram. Ik verbaas mezelf met een spurt in de laatste rechte lijn. Die me nog een plaatsje winst oplevert. Net boven de 1u45′. Maar ik durf de tijd van vandaag toch even hoog in te schatten als de 1u43′ in Ell, twee maanden geleden. Het parcours was vandaag waarschijnlijk een tikkeltje zwaarder. En ik had ditmaal geen groepje om het tempo te onderhouden en de eentonigheid van de route te breken. Mijn bescheiden plaats globaal en in mijn leeftijdsklasse bewijzen vooral dat hier alleen de beter getrainde en jongere atleten aan de start stonden.
In het cultureel centrum “De Beuk” waar we te gast zijn, loopt het water heerlijk warm uit de douches. Ik vind de mannendouches op goed geluk want aanwijzingen zijn er niet. Erg on-Nederlands. Jammer voor de organisatoren dat de podia zo schaars bezet zijn. De terugrit naar huis verloopt zonder hindernissen. We bereiden ons al voor op de volgende uitdaging…
(Foto , eigen foto: Jean-Pierre Immerix kan nummer 1303 bijschrijven op zijn palmares. Foto’s 2,3 en 4 van Jack van Montfort. Foto 2: Beny Stulens links en Frankie Verluyten in het midden. In het tweede groepje, neem ik aan. Foto 3: Severino Vega van RFC Liège. Foto 4: Op de Aaster”berg”.)