Oversteekrun Lafelt – Rosmeer (Victors Cup)

zat 05/09/2015 16.30u * Oversteekrun Lafelt – Rosmeer (Victors Cup) * 9,9 km * 00:44:12 * 13,5 * 40/115 * 8/25 (50+) * ♥♥♥♥

Oversteek 3

Een kort ritje brengt me naar Rosmeer waar dit jaar de Oversteekrun van start gaat. Twee maanden later dan gepland maar de hondsdagen in juli beslisten er anders over. Het kruim van het Zuid-Limburgse hardloopwereldje is hier aanwezig, evenals enkele exoten van Midden- en Noord-Limburg. De zeven 60-plussers worden in de “categorie 50+” ingeschaald. Met Willy Hertogen en Laurent Wynants voel ik me hier een Methusalem. Ik troost me met de gedachte dat we lopen voor een hoger doel, een goed doel Prosperke. Voor één keer geen rondjes lopen in deze manche van de Victors Cup maar één kronkelende streep van Lafelt naar Rosmeer. Logistiek hebben de organisatoren de verplaatsing van de inschrijvingsplaats naar de startplaats goed geregeld maar ik verkies de weg lopend af te leggen bij wijze van opwarming. Dat lukt niet echt goed want ik krijg al snel een buitje over me heen en over de kortste route ben ik al na een dikke twintig minuten in Lafelt. Ik kan me gelukkig nog even warm houden in het Kloosterhof waar de signaalgevers verzamelen hebben geblazen. Die doen hun werk trouwens uitstekend. De hele organisatie verdient overigens het predikaat “voortreffelijk”.
Om halfvijf en nadat Jo Vrancken (winnaar van de 5 km-loop voor Jules Crouzen) met de politiewagen aan de startplaats is afgeleverd, worden we bevrijd uit de starthokken. Ik vertrek achteraan in het peloton in de buurt van een groepje Mergellopers die hier talrijk aanwezig zijn. In de eerste meters herken ik in het voorbijgaan een oude bekende uit mijn vorig leven, Peter Fastré. Kris Evens, een lotgenoot uit datzelfde leven, zie ik pas na de finish. We hebben nauwelijks de eerste bocht gerond in Lafelt of Francis Loyens verschijnt naast me. Op het rafelige beton van de Omloopstraat houdt hij er meteen een goed tempo in. Eerste kilometer in 4’35”. “Als ik dat maar volhoud”, aldus de voorzitter van de Mergellopers, die mij voor de start verklapte dat hij er wil invliegen om de conditie te testen. Ik denk hetzelfde maar hou mijn bedenking voor mezelf om Francis niet nog meer op te jutten. Die versnelt al in de lange S-bocht aan het einde van de Omloopstraat. Ik kom weer in zijn spoor als we ons op de Iers Kruisstraat naar Vlijtingen reppen. Het weer is herfstig, alleen een blonde juffrouw voor ons zorgt een kleurrijke vlek in het grauwe landschap. Maar Francis wil snel vooruit en we moeten de blonde schone achterlaten.

Oversteek 1

De dalende derde kilometer in 4’22” brengt ons in het centrum van Vlijtingen waar een aantal fans ons opwachten. De supporters van een snellere loper bergen hun spandoek al op als we voorbijkomen. Een van de lopers in ons gezelschap, Vincent Moermans die gestart is met een los fladderend regenjack, verspeelt energie met het uittrekken van zijn mini-parachute. Even verder moet hij afhaken als hij zijn gevallen bidon wil oprapen. Km 3,1: de bochtenzone komt eraan. Het sein voor Francis om er opnieuw een snok aan te geven. Ik klamp aan, ik wil in zijn gezelschap door de Kinstraat lopen want ik weet dat supporter Bertho Nassen hier zijn vaste stek heeft. Ik heb zijn aanmoedigingen nodig want Francis stuift hier door de bochten alsof de aankomst tweehonderd meter verder ligt. Aan de tweede bocht van de rechts-linkse combinatie leidt de weg zo’n 3,5% omhoog voor de Sint-Albanuskerk. Francis plaatst een nieuwe versnelling en neemt enkele meters. Op de dalende Kloosterstraat en de klimmende Kabricht zet hij zijn inspanning voort en bouwt hij zijn voorsprong verder uit. 4’24” in de bochtige en bij momenten oplopende vierde kilometer, sneller moet dat voor mij niet zijn. Ik wil me niet opblazen voor we aan het moeilijkste deel van het parcours zijn begonnen. Benieuwd of Francis dat felle tempo ook in de volgende kilometers zal volhouden. Na een goede 4 km volgt er opnieuw een fikse klim in een holle weg (400 meter, maximum 5% stijging). We draaien links op. Een afdaling van 200 meter zorgt voor enige ontspanning van de benen. Die voelen overigens verrassend goed aan. De rechter achillespees die opspeelde in de eerste twee kilometer is tot rust gekomen. We lopen nu westwaarts. Dat betekent zo’n 1,5 km tegen de wind in. Francis blijft lopers inhalen, ik doe mijn best om hem niet verder weg te laten lopen. Bij een flauwe bocht naar rechts na 5,2 km waar we de Kerkstraat oversteken kan ik het verschil met Francis opmeten: 11 seconden. De weg gaat nu weer lichtjes omhoog op de Kammerdel. Ik weet uit ervaring dat het hier vaak harken is. Maar de vorige edities werden wel in warmere omstandigheden werden gelopen en vandaag is het ideaal loopweer. Niettemin is deze kilometer ook nu de langzaamste. Ik nader op Eric Stassen. Mijn eerste kennismaking met Eric dateert van de Willerrun. Hij is een nieuwe roeping in het joggen die dit jaar een steile vooruitgang heeft geboekt. Ik fluister een korte groet – energiebesparing, weet u – bij het passeren. Nog een kort vlak stuk en een lichte afdaling op een verregende ruilverkavelingsweg voor we vertrokken zijn voor een 2 km langzame maar wel tergende stijging van 1 tot 2%. Nieuwe tijdsopname na 6,5 km: mijn achterstand op Francis bedraagt maar een 7 seconden meer. Niet dat hij aan het verzwakken is – ik ben onder de indruk van zijn krachtige tred – maar uitlopen doet hij niet meer. Het ziet er naar uit dat hij zijn “moment de gloire” gekend heeft in Vlijtingen, misschien niet toevallig zijn geboortedorp. Hier kan ik ook even de achtervolgers in ogenschouw nemen. Ik herken niet dadelijk Ludo Ramakers die op onze heuvelachtige trainingsparcoursen van de voorbije woensdagavonden blijk had geven van een excellente conditie.

Oversteek 2


Ik heb intussen wel in de gaten gekregen dat Eric Stassen mij als een schaduw volgt. Na de wedstrijd bedankt hij mij dat ik hem onder de 45 minuten heb gebracht. Maar het is mij nu al duidelijk dat hij zich in mijn spoor heeft vastgebeten. Ik mag dus niet verzwakken op de 600 meter lange klim naar de watertoren, met pieken tot 4%. Fotograaf Marc Roosen die een neus heeft voor de goede plek op het parcours mist niets van deze titanenstrijd. Bent u zelf een loper of een fan van een loper die op dit parcours 4′ of minder in de benen heeft, noemt u het maar een dwergenstrijd. Hoe dan ook, aan de bevoorrading ben ik altijd nog een metertje voor Eric. Ik hou me niet in tijdens de afdaling maar Eric lost van geen vin. In de Hoogstraat na 8,3 km blijf ik mezelf verrassen met een pittig tempo van dicht tegen 15 per uur. “En Francis”, vraagt u. Die weet ook van geen ophouden. Hij rolt in één beweging een groepje van 4 op. Jammer, nu ben ik weer enkele plaatsen achter hem. Dat groepje zal ik wel niet meer bijbenen. Net voor de bocht naar de Kerkstraat waar Vic Meesters de wacht houdt en waar we Rosmeer induiken laat Eric enkele meters. Net daar waar ik een versnelling van hem had verwacht. Ik zet dan toch de aanval in op het groepje van 4 voor me. Onder het oog van Jean Stevens, een goede bekende van het Luikse circuit, die hier zijn nieuwe camera uittest. De benen draaien nog soepel op het asfalt in de Diepstraat waar sponsor Guske café houdt. Wat een heerlijk gevoel is dat. In de Daalstraat ga ik in één ruk voorbij de vier. Maar ik weet dat het er nog een ellendige strook aankomt en neem weer wat gas terug. De dame in het gezelschap, Marleen Reijnkens, neemt opnieuw de leiding. Kilometer 9 in 4’10”. We draaien de gevreesde Daalstraat in, daar waar sponsor “Ons Gedacht” thuis is. De Daalstraat is een ellendige strook ruw en heimelijk oplopend beton – dat mijn benen zich nog herinneren uit de glorierijke tijd van de Intercity Maastricht-Bilzen. Marleen, eerste dame in haar categorie, en misschien niet bekend met deze kuitenbijter, moet me weer laten voorbij gaan. De laatste bocht: nog een keer versnellen, me nu geen plaatsje meer laten afpakken. Maar er is geen onmiddellijke dreiging meer achter me. In mijn drang naar de finishlijn loop ik haast de scanner (bedoeld de tijdsopnemer) omver. Met mijn excuses voor de arme man. Ik heb wel geen tijd gehad om de supporter te groeten die mij felicitaties toeriep aan de streep. Die kwamen van François Nelissen, de organisator van de Bilzen Run. Mijn furieuze finish was hem niet ontgaan. Maar hij kent de “focus” van de loper. Om dat te illustreren maakt hij een veelbetekenend gebaar met de gestrekte hand langs de ogen. In elk geval, ik eindig net achter Francis Loyens. Het verschil bedraagt uiteindelijk 8 seconden.
Na een lang uitgesponnen prijsuitreiking schuiven we aan voor de barbecue. We brengen de avond door in het gezelschap van drie Challenge Luik-getrouwen en aanhang, Jean-Pierre Immerix, Willy Hertogen en Jean Stevens. Het zou echt gezellig geweest zijn zonder de dreunende disco-muziek…

(Foto 1 van Jean Stevens: Lieze Hertogen in de Kids-Run. Foto’s 2 en 3 van Marc Roosen. Foto 2: Ik leid voor Eric Stassen. Lijden, doen we beiden. Foto 3: Mergelloopster Marijke Meyers op de laatste helling.)