Horion (Challenge Cours la Province!)
zon 22/02/2015 10u30 * Horion (Challenge Cours la Province!) * 12 km * 00:55:13 * 13,2 * 45/203* 2/7 * ♥♥♥♥
Ze houden van dubbele namen hier in de buurt. Ik ben in Horion dat voluit Horion-Hozémont heet en deel uitmaakt van de fusiegemeente Grâce-Hollogne. Dat is even ten zuiden van de luchthaven van Bierset.
Het is mistig en fris, ik doe een uitgebreide opwarming en heb ook het goede idee om even de laatste honderden meters te verkennen. Altijd nuttig mocht het op een sprint aankomen. Conclusie: ik zal het niet tot een spurt laten komen. Verklaring: lees het slot van dit verslag… maar als u tijd en zin hebt ook wat voorafgaat.
Na enig gepalaver gaan we van start, met 203 zijn we. De deelnemers aan de 6 km moeten nog even geduld oefenen. Het parcours is een “Hesbignon”-kloon, na 300 meter zijn we al op een ruilverkavelingsweg in open veld. Ik ben vrij vooraan gestart achter de rug van Philippe Bertholet. Het gelukkige toeval wil dat ook Mario Smolders en Richard Driesen net voor me uit draven. Ik zit dus meteen op de plaats waar ik wil zitten. Alhoewel “zitten” niet te letterlijk moet worden opgevat want genoemde heren hebben minder inlooptijd nodig dan ik en leggen er duchtig de pees op. Maar ik wil deze keer hun tempo vanaf het begin volgen om niet opnieuw tot een “chasse patate” te worden gedwongen. Na twee lange rechte stukken – het zijn niet de enige – bereiken we een zesarmige rotonde. Hier was ik daarnet in de auto even de kluts kwijt.
Nu moet ik gewoon de meute voor me volgen en heb meteen de juiste richting beet en dat is de “zevende” arm, de poort naar het château de Lexhy. 19de-eeuws, neo-classicistisch: ik vermeld het even voor wie meer van architectuur dan van joggingverhaaltjes houdt. Fernand Schosse – ook nu weer langs de weg – meldt Françoise Piscart dat ze eerste dame is. Achteraf blijkt dat het de eerste plaats algemeen is. Françoise maakt er dus een vruchtbaar weekend van want gisteren was ze ook al aan de slag in Warsage (eerste van de Ainées 1). Fernand was daar trouwens ook en ik ook (en dat was ook zo bedoeld…) We maken hier een lus door het park. Het is aangenaam lopen op het pad dat kronkelt tussen de hoge bomen en wat weg heeft van een Finse piste. Toch opletten: het pelotonnetje waar ik vertoef is nog vrij gegroepeerd en ik wil niet verrast worden door een weerspannige boomwortel. Een zwaar gebouwde collega wringt zich voorbij Françoise die met korte handbewegingen loopruimte opeist. (Goed zo Françoise, ik houd er ook niet van dat voorbijstekend verkeer mij de pas afsnijdt.) De laatste honderd meter door het park lopen over kasseien, authentiek en pittoresk maar niet echt prettig voor de joggende mens. We zijn intussen aan km 3,5. Philippe Gheury die voorzichtig is gestart schuift op naar voren. De posities in ons groepje wisselen nogal eens. Ikzelf volg en ben blij dat de benen vandaag wel meewillen. Françoise (tevreden met de positie waarin ze loopt) en Christian Vandevenne (een veteraan 3 die na gezondheidsproblemen vorig jaar aan zijn terugkeer bouwt) haken af. De Rue des quatre Fossés (een hele mondvol voor een veldweg in beton) leidt weer over een heuvelkam. Mario en Richard hebben het nu wat moeilijker, Philippe Bertholet volgt een “blauwe” collega en neemt wat afstand. Ik wil Philippe zeker niet laten weglopen ondanks de waarschuwing van Mario daarnet dat de zwaarste kilometers er nog moeten aankomen. (Niettemin bedankt voor de nuttige informatie!) Dankzij onze Garmin (of Polar) weten we intussen ook dat we geen staat kunnen maken op de afstandsaanduidingen langs de weg. De scouts van Horion – organisatoren van deze loop – nemen het niet zo nauw met de kilometers, meer dan 150 meter te optimistisch. In de afdaling zie ik links de staart van enkele vliegtuigen boven de akkers uitsteken – we bevinden ons hier aan de rand van Liège Airport – en rechts beneden de snellere lopers van het peloton die na een bocht naar rechts voor ons paraderen. Op de lange vlakke of licht dalende weg tussen de vijfde en de zevende kilometer geven mijn twee kompanen, Philippe en de man in blauw, het tempo aan. Dat is 13,5 per uur. Aan km 7,7 komt ons een fietser tegemoet, de voorbode van de koploper. Ik moet wachten tot de prijsuitreiking voor ik zijn naam ken: Amaury Paquet, dezelfde jongeling (23 jaar) die mij ook in Alleur te snel af was. Te snel betekent hier in Horion: een kwartier op 55 minuten. Aan km 8 wacht ons weer een kuitenbijter. Boven waar het beton overgaat in onverhard geeft de blauwe man plots een snok aan het tempo. Die is er voor Philippe teveel aan. Ik blijf mezelf verbazen en kan nu ook volgen en moet alleen wat ruimte laten met mijn voorganger om niet in de grote plassen op de veldweg te trappen. Na een bocht naar rechts komen we weer op lichtlopend asfalt. Ik monster even mijn gezel. Veteraan 1, vermoed ik. Ik wissel enkele woorden met Frédéric Graindorge (zijn naam zal ik pas achteraf op de uitslagenlijst zien). Hij informeert naar de tijd en de nog af te leggen afstand. We zijn bijna aan de negende kilometer, antwoord ik. Enkele ogenblikken later passeren we aan het bord van de 10 kilometer. In Horion zijn de kilometers vanmorgen gekrompen. We moeten nog een heuveltje overwinnen voor we op het einde van de lus op het punt komen waar daarstraks Amaury Paquet kwam doorgestoomd. De route is groen en historisch. Aan onze rechterkant ligt nog een kasteel, het middeleeuwse Château d’Horion met machtige hoektorens. Het kasteel staat te koop maar dat is voorlopig niet mijn eerste zorg. Ik bereid me voor op een versnelling van mijn jongere gezel. Op een goede kilometer van de finish verhoogt Frédéric de cadans. (Ik zal hem maar zo noemen alsof ik hem al jaren ken.) Proberen te volgen of niet? Ik ga liever niet tot het uiterste. Hem losgooien zal zeker niet lukken en ik besluit mijn mentale energie te sparen voor de volgende opdrachten. De laatste kilometer levert me nog een plaatsje winst op als ik voorbij de senior Cédric Federowicz ga. Ik ben nu in de laatste meters van de Rue des Cornus Champs aan het voetbalveld. 150 meter scheiden me nog van de boog waar Pierre Olivier ons met zijn O’Top tijdsregistratie opwacht. 150 meter, dat is een millimeter voor een geoefende kilometervreter, hoor ik u zeggen. Maar u weet nog uit het begin van dit relaas dat ik deze laatste meters heb verkend en zelfs geïnspecteerd. Nadat ik mijn ogen had uitgewreven stelde ik vast dat we ons een weg moesten banen op een smalle strook tussen twee omheiningen te midden van hoge graszoden en struiken om dan achter het doel op een strook van 50 centimeter breed, uiteindelijk de aankomst te bereiken. De reden van deze onuitgegeven route is duidelijk: de organisatoren hebben – waarschijnlijk terecht – geen toelating gekregen om meer dan 300 lopers over het reeds gehavende voetbalveld te laten passeren. Dus moest er een weg gezocht worden naar de boog die naast de kantine staat opgesteld. Pierre Olivier belooft na de prijsuitreiking een oplossing voor volgend jaar. Een grondige onderhoudsbeurt van de grasstrook en het opruimen van de rommel rond de kantine zou alvast geen slecht idee zijn. Jammer dat de laatste 150 meter de slotindruk van een voor het overige heel aantrekkelijk parcours donker kleurt. Niettemin, jongens en meisjes van de scouts en Marylou Donni toch bedankt voor het initiatief.
Goed, ik sta dus op het punt het poortje naar het voetbalveld in te draaien als ik Cédric met de Russische naam hoor naderen. Hij heeft nog een wanhoopsspurt ingezet. Ik wil hier geen risico meer nemen en geef hem teken om voor te gaan. Bij mijn tweede uitnodiging gaat hij dan toch voorbij. “Ik verdien het eigenlijk niet” aldus de eerlijke jongeling. Als ik mijn slalom tussen de grasknobbels tot een goed einde heb gebracht en ook de valstrikken achter het doel – lees de doelnetten- weet te ontwijken kan ik met een zucht van opluchting en tevredenheid de streep overschrijden. Richard en Mario laten maar enkele seconden op zich wachten. Een andere Truienaar, Peter Dufaux, komt onder luide aanmoedigingen van zijn stadsgenoten over de lijn. De passage rond het voetbalveld heeft hem ook tijd gekost, meer dan de 7 seconden die hij tekort komt om onder zijn streeftijd (1 uur) te blijven. Maar niet getreurd, aan zijn verdienstelijke wedstrijd houdt hij een eerste vermelding over in dit blog.
In de kantine is de geluksfee aan mijn zijde als ik met drie tombolanummertjes drie prijzen/prijsjes win. De pop is voor Raphael Van Den Broeck, enfin zijn kleindochtertje. Voor de winnaars in de leeftijdsklassen zijn er geen prijzen voorzien. Maar met een twaalfde plaats algemeen en een snelste kilometertijd van 3’43” heeft de Alkenaar wel een prijs verdiend.
(Foto 1 van Belgiumview.com: Het kasteel van Lexhy. Foto 2 van Eddy Defrère: Peter Dufaux bij het verlaten van het kasteel.)