Overzicht 2013
08/01/2013 Een wervelend 2013
… dat wens ik alle sportievelingen en bezoekers van deze site die de moed en de lust hebben om de op en af-verhalen – zoals Marie-Paule mijn wedstrijdverslagen noemt – te lezen.
Ik ben een tijdje van de radar geweest. Want, ook al ben ik maar een koele minnaar van de eindejaarsfeesten, de artificiële drukte van de laatste weken is niet bepaald inspirerend geweest voor nieuwe berichten in mijn joggingdagboek.
Tijd om even terug te blikken op het voorbije twaalf maanden. Het is voor mij een jaar geweest van vallen maar gelukkig ook van opstaan. Eind december stond de kilometerteller toch op 2680. Daarvan 300 wedstrijdkilometers, verdeeld over 24 lopen. Dat is in de maanden dat geen blessures of vakantie in de weg stonden, een gemiddelde van 250 km. Daarbij hoorden toch nog enkele duurlopen van rond de drie uur, zoals in mijn goede oude marathontijd. De meeste trainingen duurden tussen het uur en anderhalf uur. Helaas werd het loopplezier vaak vergald door weerspannige benen. De oorzaak van het ongemak ken ik nog altijd niet. De remedies die ik heb uitgetest blijven voorlopig zonder resultaat.
De meest beklijvende momenten van mijn loopjaar komen uit de eerste Voerloop in september waar ik tot in de laatste meters in strijd was met Roger Dosseray voor een podiumplaats. De meest “mystieke” loopervaring had ik in de stilte van het Hertogenwoud in Eupen. De zwaarste wedstrijd was ook de langste, de Belle Hivernoise in Angleur. Voor de prijs van de meest modderige omloop ging het tussen Solières en Marchin. De warmste wedstrijd was het kortste bij huis, in Lafelt. Mijn beste wedstrijd liep ik in de kermiscorrida van Hermalle. En Villers-le-Temple blijft mijn zwart beest, ook bij mijn derde deelname.
Het nieuwe jaar was nog maar enkele uren oud of ik had mijn loopschoenen al aan voor een eerste “uitstapje”. Maar ik was niet de enige die op het jaagpad langs het kanaal de benen strekte. De eerste collega die ik tegenkwam, was Gerard Thiessens. We hadden ook al een wedstrijd op onze planning, vorige zondag in Antheit bij Hoei. Een pijnlijke keel (die van mij) heeft ons echter in Limburg gehouden.
Binnenkort gaan we er weer tegenaan. Hopelijk zijn mijn loopvrienden ook weer fit. Op Servais Halders zullen we jammer genoeg nog maanden moeten wachten. Na een voetoperatie heeft hij nog een lange revalidatie voor de boeg.
zon 03/02/2013 11.15 u * Cointe ( Challenge de la Province de Liège) * 10,2 km * 0:43:47 * 13,9 * 88/383 * 2/28 * ♥♥♥♥
Eindelijk is het weer zover, een wedstrijd na een winterpauze van anderhalve maand. De benen jeuken en het weer is joggingminded. Het mag ook wel na weken van ijs- en regenmiserie op training. Ik trek voor het eerst naar Cointe, hoog boven de Maasvallei aan de rand van Luik. De challenge van de provincie Luik blijft populair, ook de Zuid-Limburgers zijn trouw op post. We vertrekken met bijna 400 op de aftandse atletiekbaan voor een ronde met hier en daar, bij wijze van afwisseling, een vlak stuk. De eerste drie kilometer zijn voornamelijk dalend en zorgen voor een vlotte “mise en jambes”. Ik herken Roger Dosseray en Richard Mathot in de meute voor me en weet dus dat ik op koers lig. Roger heeft wat te diep in het wijnglas gekeken de avond van tevoren en heeft geen zin om aan te klampen. Ik ga Stijn Vanderbeuken, de kompaan van Jo Vrancken, voorbij (altijd leuk om te kunnen vermelden dat je een jonge snaak hebt ingehaald …) en haal het 3 kilometer-punt in minder dan 13 minuten. In de volgende kilometer lijkt het parcours wel een wasbord met drie venijnige klimmetjes en snelle afdalingen. Gelukkig zijn de benen vandaag van goede wil. Aan kilometer 5 beginnen we aan de langste helling, 800 meter naar het hoogste punt van het parcours. Tijdens de klim kan ik in het spoor blijven van de eerste twee dames die me intussen hebben ingehaald. Boven gaat het in gestrekte draf terug naar het stadionnetje. Beide dames en nog enkele jonge onverlaten snoepen me nog een paar plaatsjes af. Als ik in mijn drang om geen snelheid te verliezen aan een warenhuis rond enkele wachtende auto’s draai en de rechte lijn van het parcours verlaat, meent een overijverige signaleur mij op “afsnijden” te hebben betrapt. Maar alles koelt zonder blazen en ik leg alsnog beslag op de tweede plaats in mijn categorie na Alain Waerts. Deze nieuwe vedette bij de veteranen 3 haalt zelfs met een wedstrijd op zaterdag in de benen, nog een gemiddelde van 15 per uur. Dat belooft voor de toekomstige duels met Servais Halders die herstellende is van een operatie aan de achillespees.
Benny Stulens en Jo Vrancken eindigen op plaats 6 en 7 algemeen. Jo heeft wel nog wel twee minuten goed te maken op Benny maar het seizoen is nog lang …
(Foto’s Jo Defrère: Ze kunnen het niet laten: Jean Stevens, links, en Willy Hertogen, rechts, opnieuw aan de start van de challenge.)
13/02/2013 Ontmoeting met kampioenen
De laatste weken heb ik mijn trainingen in eenzaamheid afgewerkt. En ook al draaf ik graag in mijn eentje door de wijde natuur, na drie weken had ik het gezelschap van een maatje wel kunnen verdragen. Maar Gerard heeft weer het ruime sop gekozen, de Zweitlanceurs hebben zich de voorbije dagen in het feestgewoel van carnaval gestort en Josette is geveld door een hardnekkige griep. Ik heb me nochtans niet laten afschrikken door de barre koude en de troosteloze regen in onze contreien. Vorige zondag had ik de Tongerse Motten als uitvalbasis gekozen. De recreatielopers van de Tongerse Atletiekclub waren deze keer echter vroeger van start gegaan en dus heb ik de lus in de noord-oostrand van Tongeren alleen afgelegd. Maar de dag had nog een mooie verrassing in petto. In Mulken kwam ik Karel Lismont tegen. Nog dezelfde krachtige, zwoegende stijl van zijn grote dagen in de jaren ’70. Ik was aangenaam verrast toen de gewezen Europees marathonkampioen en zilveren medaillewinnaar op de Olympische Spelen me groette in het voorbijlopen. Een heel verschil met de norse mountainbikers die een vriendelijke hoofdknik beneden hun stand achtten. “Dat is omdat jij ook een topper bent” aldus Marie-Paule. Valentijn voor datum! En vanmiddag op het einde van een rondje door Caestert kruisten nog twee kampioenen mijn pad. Eerst Berty Vrijens, verlost van het hielspoor aan beide voeten, daarna Benny Stulens die de zonnige namiddag had uitgekozen voor een familiewandeling. Benny beloofde vuurwerk voor de komende afspraken in de challenge van Luik.
(Foto Jo Defrère: Benny Stulens behoedzaam in een gevaarlijke afdaling op kasseien in Cointe
zon 23/02/2013 15.15 u * Warsage ( Challenge de la Province de Liège) * 9,5 km * 0:42:20 * 13,5 * 79/310 * 3/26 * ♥♥♥♥
Er heersen zaterdagmiddag polaire luchtstromingen boven het Land van Herve. Het gure weer schrikt de “challengistes” echter niet af: in Warsage staan we weer met meer dan 300 aan de start. Servais Halders die op een boogscheut van het parcours woont, is er ook. Helaas op krukken en met nog enkele maanden revalidatie voor de boeg. Noël Heptia is uitzonderlijk naar de challenge van de provincie uitgeweken. We wegen onze kansen af maar maken ons niet teveel illusies. “We moeten nu tegen echte atleten optornen” jammert Noël. Hij doelt op Alain Waerts, als senior in vroegere tijden ook al een winnaar. Ik denk ook aan Servais, in de jeugdcategorieën een tegenstander van Karel Lismont. Noël wil de loop als een training aanpakken. Hij gaat echter zo enthousiast van start dat ik hem pas na de finish terugzie. Het levert hem de tweede plaats op bij de veteranen 3. Winnaar Alain Waerts is opnieuw enkele maten te groot voor ons.
Ik doe de hele beklimming naar La Heydt vooraf en kom in elk geval goed opgewarmd aan de start. Het parcours heeft niets meer van doen met de omloop van het naburige Bombaye waar ik in mijn jongere jaren graag het seizoen inzette.
We beginnen met een ronde door een nieuwbouwwijk in het dorp. Na een halve kilometer heb ik al meer dan 100 meter achterstand op de eersten. Ik kijk even om en kan me troosten met de gedachte dat de staart van het peloton achter me langer is dan de kop die voor mij uit slingert.
Aan de kerk nemen we een bocht naar links voor de beklimming naar Neufchâteau, een zevenhonderd meter met een draaglijk stijgingspercentage. Ik kom bij Claude Herzet. We houden een mooi tempo aan op een vlak stuk tussen de boomgaarden. Dan herken ik plots het parcours van de “Quatre Cimes” van Battice. Ik realiseer me dat het moeilijkste deel van de helling er nog moet aankomen. De weg blijft nu gemeen oplopen. Uit mijn Battice-periode weet ik dat je hier alleen maar moet zien te overleven. Claude heeft intussen de rol moeten lossen. Ik hoor hem foeteren. Op wie? In de kantine na afloop krijg ik het antwoord: op zichzelf, omdat de benen niet meer draaiden. Driehonderd meter verder, in de dorpskern van Neufchâteau, wacht nog een onaangename verrassing. Waar we in de Herve-klassieker links opdraaien en even respijt krijgen, moeten we nu door recht door en de kelk tot de bodem ledigen. Maar moeilijk gaat ook en ik kan enkele groepjes voor me inlopen. Bij hen Jean Stevens die zich met zijn jeugdig temperament – 70 jaar – niet heeft ingehouden in de eerste kilometers. In hetzelfde groepje zit ook Christine Cordier -een bekende uit de Waalse challenges – die als tweede dame zal eindigen – en ook al klaagt, over stijve spieren. Ikzelf mag voor een keer niet mopperen over mijn benen.
In de groepjes die in verspreide slagorde de laatste meters van de helling proberen te bedwingen herken ik Richard Mathot. In de vorige wedstrijden bleef ik hem telkens de baas in de tweede wedstrijdhelft. Ik nader tot op 5 meter en hoop ik hem in de afdaling op de nek te vallen. Maar dat pakt even anders uit. Richard duikt als een valk naar beneden en heeft binnen een kilometer een 75 meter voorsprong. Het zal niet voor vandaag zijn. We komen in de vallei van de Berwijn. Ik herken het kruispuntje van Mortroux – ook al uit de 33 km van Battice – en weet wat er achter de hoek te wachten ligt. Ik heb in de afdaling en op het vlakke flink van jetje gegeven, en zal in de bruuske en steile klim op het onverhard mezelf wel tegenkomen. Het tempo gaat er nu volledig uit. Boven op het vals plat op het asfalt, in de troosteloze grijsheid van de velden, heb ik de indruk te zwemmen. Maar ik geraak weer in mijn ritme. Voor me merk ik een veteraan 3 op, Joseph Boursie uit Kelmis, met wie ik in Cointe heb kennis gemaakt. Als ik het groepje achter me heb gelaten, speel ik nog even met de gedachte om de kloof met Richard Mathot ook dicht te lopen. Maar ik laat het plan varen – als het überhaupt al zou lukken – om niet verrast te worden door een counter van Joseph die probeert aan te klampen. Ik kan de derde plaats veilig stellen. Vandaag tenminste nog wel want Joseph zal naar eigen zeggen in de volgende weken nog enkele procentjes zal verbeteren en meer weerwerk bieden.
Veteraan Guy Fays is de dagwinnaar. Hij slaat senior Arnaud Renard een halve minuut terug. Jo Vrancken arriveert slechts in laatste instantie in Warsage. Veel inloopminuten heeft hij niet nodig om warm te draaien. Hij wordt achtste, net buiten de prijzen, maar hij sluipt langzaam dichter bij Benny Stulens, vierde. De conditiecurve van zijn maatje Stijn Vanderbeuken gaat intussen ook in stijgende lijn. (Foto’s CJPL: 1: Met Patrick Schijns – links – Jean Stevens en Christine Cordier op het steilste gedeelte van de klim naar Neufchâteau; 2: Jo Vrancken; 3: Stijn Vanderbeuken.)
zat 02/03/2013 16.30 u * Nandrin ( Challenge condruzien) * 11,3 km * 0:54:16 * 12,5 * 95/407 * 3/25 * ♥♥♥♥
Dit weekend moet ik een keuze maken tussen een Condroz- en een Hesbignon-wedstrijd. Beide lopen zijn nieuw voor me. Ik kies voor Nandrin in de Condroz. De meeste Zuid-Limburgers opteren voor Fernelmont, diep in Waals Haspengouw. Nandrin is de seizoensopener en als “entrée en matière” in de Condruzien kan de Jogging Saint-Martin tellen. Smalle bospaden, twee forse klimmen en de afdaling van de beruchte “chaussée romaine”. Het weer van de laatste weken heeft voor nog meer pigment gezorgd: modder en … sneeuw.
Ik had me voorgenomen deze keer Noël Heptia in de start niet uit het oog te verliezen maar hij is me weer te snel af. Noël is de laatste maanden verliefd geworden op cross-omlopen, ik zie hem pas terug als hij aan de finish een sinaasappeltje staat te savoureren. Alain Waerts duikt nu ook in de Condruzien op. Vraag dus niet naar de winnaar bij de veteranen 3. En Valère Sauwens die vorig jaar de overwinningen aan elkaar reeg? Valère kent een motivatiedip en staat niet aan de start. Rosario is er wel. Hij eindigt een minuutje na mij maar is tevreden met de vorm na een aanslepende blessure.
Op advies van Thierry Vanherck (23ste) heb ik de trailschoenen aangetrokken. Na minder dan 2 kilometer bewijzen die al hun dienst. Op een modderige strook kan ik recht blijven waar normaal geschoeide collega’s een blubberbad nemen. Als eerste zie ik Maja Van Zand wegglijden. Dubbel jammer omdat zij haar trailschoenen vlak voor de wedstrijd weer had omgeruild voor een paar gewone sloffen.”Ik had me wel voor het hoofd kunnen slaan” aldus de Truiense.
Het is drummen op de smalle weg aan het vertrek. Na de eerste dalende hectometers kan ik voorbij de huismoeders en peuters die traditioneel de eerste rijen hebben ingepalmd. Als we de klim uit het dorp achter ons hebben, verlaten we het asfalt voor glibberige veldwegen tussen de weiden. Ik zoek een doorgang en mijn evenwicht op de smalle karrensporen. Er volgt een tweede, fellere klim op het asfalt. Ik blijf net onder de 15 minuten op de eerste 3 kilometer. Gezien het parcours, best aardig. In de daaropvolgende afdaling vergen boomwortels, putten en geulen uiterste concentratie. Op de vlakkere stukken breekt de modder het ritme. Ik ploeter me voorbij Ramon Gadea, vanaf dit jaar ook veteraan 3, en Laurence Dressen. Ik haal Paul Rihon in, voor het eerst in meer dan een jaar. Ik vermoed dat Paul reserves wil houden voor de nieuwe opdracht van morgen. (Ook Domenico Di Vito is een van de “costauds” die niet terugschrikken voor een dubbele opdracht.) We bereiken een heuvelkam en zitten plots op een”langlaufpiste”. De sneeuw is pas vanmorgen weggeruimd. We moeten een kleine kilometer over platgedrukte en hobbelige sneeuw. Je hoopt zo snel mogelijk deze ellende achter je te hebben maar je wil ook geen onnodige risico’s nemen. Ook Thierry Vanherck heeft de passage over de sneeuw verfoeid, vertelt hij me achteraf. We zitten intussen aan de achtste kilometer. Opnieuw naar beneden in het bos. En daar duikt ze dan ineens op, de chaussée romaine, voor mij al een onaangename herinnering van de loop in Fraiture. Deze chaotische verzameling stenen is een foltering voor de spieren. Ik zoek het smalle onverharde gootje langs de weg en geraak heelhuids beneden. Een bocht naar rechts en daar ligt de beklimming te wachten. Je laveert van links naar rechts om de scherpste stenen te vermijden en vraagt je af of je toch niet beter zou stappen. Hier zit iedereen op het tandvlees. Van de achtervolgers haalt alleen Paul Rihon me opnieuw in. Op de vlakke asfaltstrook na de top kan ik weer wat afstand nemen. We lopen opnieuw het dorp binnen. In de afdaling naar de finish- alleen de laatste 150 meter zijn nog licht stijgend – gooien we alle remmen los. Ik haal 16 kilometer, toch raast me nog een pakketje lopers voorbij. Daarbij de jonge hinde Hannelore Hubert die ik na de beklimming van de chaussée romaine heb ingehaald. Ook Paul Rihon gaat er als een speer van door. Mijn eindspurt levert me wel de derde plaats op, ik kan Ramon Gadea op 20 seconden houden.
Enkele oude bekenden zijn twee minuten voor me de speelplaats van het plaatselijk schooltje opgerend waar de aankomstlijn is getrokken. Yves Van Tomme heeft eindelijk de oorzaak van zijn dijblessure ontdekt – een geblokkeerde voet – en kan weer voluit gaan. Hij eindigt vlak voor Domenico Di Vito. Christine Cordier die ik vorige week op een sneller parcours nog achter me kon houden, is me nu een minuut te snel af.
Na een warme douche is het plots 6 uur. Er wachten nog andere bezigheden en ik moet Nandrin verlaten zonder mijn prijs op te halen.
zat 09/03/2013 15.00 u * Barchon ( Challenge L’avenir) * 10,5 km * 0:52:00 * 12 * 69/281 * 2/12 * ♥♥♥
In het ruime aanbod van het weekend gaat mijn voorkeur uit naar Barchon, op de kalender van de Challenge L’Avenir. Niet in het minst omdat ik na de strapatsen van vorige week in de modder van Nandrin nu een omloop op het asfalt hoop te betwisten. Maar niets is minder waar. Overigens heb ik het aan mezelf te danken dat ik verrast word door een parcours dat grotendeels door bos loopt. Ik was zo zeker van mijn stuk dat ik het niet nodig vond om bij mijn vriend Google te rade te gaan. Wat er ook van zij, de zachte temperaturen van de voorbije week hebben ook hier voor de nodige blubber gezorgd. Ik vertrouw deze keer op mijn doordeweeks schoeisel voor het comfort op de asfaltstroken. Een gewaagde gok die op een steil stuk afdaling in het bos maar net goed afloopt.
Ik zie voor de start enkele bekende gezichten. Philippe Gheury die het laatste jaar zo’n 2 tot 3 minuten op 10 km op mij uitgelopen. Claude Herzet die kiest voor een “ontspannend”loopje in plaats van de zaterdagse training met enkele kompanen op Caestert. En Alain Waerts die voorlopig alle wedstrijden meepikt in de challenges waar hij zijn oog op heeft laten vallen. In de zomermaanden wijkt hij uit naar Zuid-Frankrijk en mogen wij het onder elkaar uitvechten.
Het fort bevindt zich op een heuvelkam. Na een kilometer duiken we op het asfalt de vallei van het riviertje, de Julienne in. Het peloton zit nog samen, de weg is smal en loopt steil naar beneden. We “remmen op de bovenbenen” om niet in het decor te belanden. In het valleitje worden we een onverhard, zeg maar slijkerig, pad opgestuurd. Ik houd een stevig tempo aan om in het spoor te komen van Claude Herzet en van Jean Dessouroux die ik tijdens de loop plots naast me zie opduiken. Jean blijft achter als de eerste klim in het bos zich aandient. Een groepje met een dame dat ik net daarvoor ben voorbijgelopen, haalt mij opnieuw in. Het gaat gedurende een kilometer flink bergop. Aan de afstand met een loper in fel oranje kan ik afmeten dat ik mijn tempo min of meer kan handhaven. Eindelijk boven, nu even ontspannen … Valt dat tegen! De “weg” leidt recht door een akker waar de leem zich vast zuigt aan onze schoenen. Een kamikaze achter me maakt in een ruk 20 meter goed. Het groepje met de dame hou ik wel in het vizier. Samen met een collega probeer ik de kloof te dichten. Maar mijn tempo is niet snedig genoeg. We komen nu opnieuw in het bos: het pad slingert zich tussen de bomen, bult op, bult af. Een plotse afdaling is me bijna fataal maar ik geraak zonder kleerscheuren aan het bruggetje over de Julienne, precies op de grens van Blegny en Cheratte. We zijn nu weer helemaal beneden. De terugweg naar het fort houdt dus nog een fikse portie klimwerk in petto. We nemen een bruuske bocht naar links. “Dernière côte, attention ça glisse” (voor de Nederlandse lezers: laatste helling, opgepast glad) roept de signaleur die ons aanvuurt om alles uit de kast te halen. Maar lopen is hier zinloos. Op één uitzondering na stapt of kruipt iedereen naar boven. Ook op het asfalt blijft de weg stijgen. Het groepje voor me is onbereikbaar, de vermoeidheid heeft zich meester gemaakt van lijf en leden. Stand houden is de boodschap. In de laatste vijfhonderd meter op het hoger gelegen gedeelte van het fort moet ik nog enkele plaatsen prijs geven aan lopers die hun wedstrijd beter hebben ingedeeld. Tussen de massieve betonnen muren van de binnenruimte kan ik er nog een ersatz-sprintje uitpersen. Net 12 per uur gemiddeld, bij het eerste kwart van de deelnemers. De balans is nog positief. Na de douche trek ik onmiddellijk naar huis. Daar word ik vertroeteld door een brunette die luistert naar de zoete naam “Westmalle”.
(Foto: Het fort van Barchon dat deel uitmaakt van de fortengordel rond Luik, gebouwd in de jaren voor de Eerste Wereldoorlog.)
18/03/2013 Update
Even niet opgelet en Jef van de Weerdt heeft weer een marathon afgehaspeld. Nummer 57, als hij het zelf goed heeft bijgehouden. In Lembeke, Oost-Vlaanderen. Uit zijn zoals immer kleurrijk verslag licht ik de volgende passage: ” Halverwege de derde ronde krijg ik gezelschap van een wel heel merkwaardige loper, een soort “Jezus”figuur met alleen een klein zwembroekje aan, verder niets, en op zijn blote voeten en dat met amper 5 graden. Ik speel met de gedachten hem wat te vragen, wat hij aan doet als het bijvoorbeeld 30 graden is en wat Maria hier van vindt, maar ach als HIJ dat nou leuk vindt… De vierde ronde, het lijkt wel of ik de enige hardloper ben in het bos… plots een hardloper voor mij … maar die ben ik toch al een hele tijd geleden voorbij gelopen??? Een ronde verder is het mysterie opgelost: hij snijdt iedere ronde een stuk af! We spreken af dat als hij achter mij blijft, ik het goed vind en de volgende rondes staat hij netjes op mij te wachten. We raken aan de praat en komen er achter dat we vroeger alle twee postduiven hebben gehad maar doordat zijn vrouw last kreeg van haar longen door het stof van de duiven, heeft hij ze weg moeten doen. Mijn opmerking ” dan moet u wel een hele erge lelijke vrouw gehad hebben, vond hij minder leuk!”
Jef houdt ons keurig op de hoogte van zijn belevenissen, andere vrienden-lopers zijn heel wat kariger in hun contacten met de buitenwereld. Ik was al maanden zonder nieuws van Philip Poilvache zodat ik als een persmuskiet informatie moest zien te vergaren. Hier kort de feiten. De miserie begon voor de Bilzen Run juni 2012 met wat later een stressfractuur bleek te zijn en leidde tot een aantal maanden inactiviteit. De rentree van Philip die de laatste jaren zijn marathontijden explosief verbeterde, kwam er pas voor een goede week in Alleur. Patrick Philippe organiseerde daar een nieuwe halve marathon. Te oordelen naar de foto’s van Jo Defrère was het een kletsnatte bedoening in de regen en sneeuw. Ik vond Philip terug met een bevredigende tijd van 1u20′. Helaas is hij aan de aandacht van de fotograaf ontsnapt en zal u verstoken blijven van een foto van zijn wederoptreden. De Maasmarathon in Visé wordt de volgende competitie-afspraak. In de 10 km-wedstrijd in Alleur eindigden Christophe Roosen (senior) en Patrick Nijs (veteraan II en geestelijke vader van eerstgenoemde) hoog in de tabellen.
Een dag na mijn eerste optreden in de Condroz waren Jean-Pierre Immerix en Jean-Marie Haekens present op de openingsmanche van de Hesbignon in Fernelmont, in de buurt van Namen. Een verre verplaatsing. Zouden ze daar ook goede wafels hebben? Vorige zaterdag waren er ook de “Boucles” van Hermée, een mooie loop waar ik vele jaren geleden nog aan enkele edities heb deel genomen. Jo Vrancken leverde er met een vierde plaats algemeen zijn beste prestatie van het nog prille seizoen. Let op bij de prijsuitreiking: in het Luikse staat deze snelle jongen bekend als Zjo Vranckenne.
Tussen de spam die je geregeld binnen krijgt op een website, zit nu en dan wel eens een grappige reactie. Zo antwoordde ene “Rob” van de site www.dekeel.nl op mijn stukje “Hartpijn en… keelpijn” van 2 april 2012 : “Bedankt voor je info/uitleg, ik heb hier zeker wat aan! ‘Keep up the good work’ hehe groet. Groet um, een medicijn tegen keelpijn!
En nu maar hopen dat de winter definitief de handdoek heeft geworpen. De sneeuw en vooral de verraderlijke ijsplekken hebben het loopplezier al lang genoeg vergald. Op training luisteren naar de verhalen van Josette en je staande houden op een bevroren ondergrond is een combinatie die ik nog niet beheers!
25/03/2013 Intussen in Heukelom
Terwijl mijn vriendjes in het voorbije weekend de koude trotseerden in Tihange, Sart-Tilman of waar ook te lande, bleef ik warm binnen in mijn stulpje in Heukelom. Genietend van een hernia en bijbehorende geknelde zenuw. Waarschijnlijk het gevolg van de klassieke hernia-trigger: een zijdelingse beweging vanuit stilstand gevolgd door een neerwaartse beweging, bij het uittrekken van mijn loopschoenen nota bene. Spierontspanners en pijnstillers brachten wel enig soelaas maar de voorbije dagen heb ik voornamelijk in een soort foetushouding op de zetel (bank voor de Nederlandse lezers) doorgebracht. Ik kan intussen wel al een halve minuut rechtop staan tot de pijn in de rug ter hoogte van de heup en een brandend rechterbeen me weer in een zit- of lighouding dwingen. Als de CT-scan van vanmiddag de averij juist in beeld heeft gebracht zou ik morgenavond meer duidelijkheid moeten hebben, ook over de behandeling. Hopelijk kunnen kinesitherapie of osteopathie me opnieuw in de juiste plooi krijgen. Wordt vervolgd …
We zijn een dag verder. De CT-scan heeft uitgewezen dat het om een L3-L4-hernia gaat, dat is een “verdieping” hoger dan de klassieke zwakke plek in de wervelkolom. De ergste pijn is geweken. Maar ik heb nog altijd een dof gevoel in het rechterbeen. Van veel bewegen is voorlopig nog geen sprake. Medicatie en inspuitingen helpen me hopelijk weer snel te been.
15/04/2013 Alive but not very kicking
Het is nu al een maand geleden dat een hernia mij in een wurggreep nam. Afgezien van de technische moeilijkheden waarmee ik de laatste dagen geconfronteerd ben (zie het volgende bericht) was ik ook allesbehalve in de stemming om een stukje te plegen voor Groet um. Om die maand samen te vatten : in de eerste week was het kruipen en strompelen in huis, in de tweede week kon ik in het beste geval toch al enkele minuten wandelen. Auto rijden lukte wel weer vrij goed zodat ik toch enige mobiliteit had. Sinds begin vorige week is de felste pijn geweken en kan ik opnieuw een wandeling maken. Het effect van de cortisone-prikken? Zoals het een geoefende loper betaamt, heb ik in de voorbije week langzaam de duur en de intensiteit van de wandelingen opgebouwd. De eerste keren was ik tevreden met een kwartiertje trekkebenen, de laatste dagen kan ik al een tempo van 5 km per uur aan. Nu ben ik net terug van een wandeling van twee en een half uur rond Margraten in het gezelschap van mijn toegewijde echtgenote. Het was de eerste echte “training” sinds een maand. Niettemin blijft de pijn zeuren in de rug ter hoogte van de heup. Kracht heb ik al helemaal niet in het rechterbeen. De knie lijkt lichtjes verdoofd. En nu? Ik volg het advies van ervaringsdeskundigen die mij op het hart drukken geduld te oefenen. En misschien heeft mijn arts wel enkele suggesties in petto om mijn been in zijn oude glorie te herstellen.
16/04/2013 Een ongeluk komt nooit alleen
Geen paniek, er zijn ergere dingen in het leven. Net nu ik opnieuw in de mood ben om wat nieuws over mijn fysieke toestand door te seinen, is mijn blog – het alomgeprezen “Groet um” joggingdagboek – niet meer toegankelijk. De site is nog wel te openen maar ik kan als webmaster geen nieuwe berichten meer versturen. De meest waarschijnlijke verklaring is dat de provider 000webhost.com de toegang tot mijn en duizenden andere sites om veiligheidsredenen heeft afgesloten. De server zou namelijk onder vuur liggen van massale cyberaanvallen. Vraag mij niet naar technische details, ik ben ook geen computernerd. Overigens ben ik daar pas na uren zoeken en experimenteren achter gekomen. Wat er ook van zij, om mijn kleine schare enthousiaste lezers niet in de kou te laten, heb ik een tijdelijke alternatieve site opgezet. Zodra de hackers de strijd tegen 000webhost.com opgeven en ik weer op de officiële Groet um-site kan inloggen, keer ik terug naar de vertrouwde stek.
19/04/2013 Gematigd optimisme
Het stappen gaat me steeds beter af. Ik kan al een fiks tempo aanhouden. Meer nog, ik voel me prettiger als ik er de pas kan inhouden dan wanneer ik wat rond kuier. De knie begint ook al meer tekenen van leven te geven. Ik kan een lichte vorm van optimisme niet langer onderdrukken.
Op mijn wandeling woensdag in de vooravond kwam ik vier bekenden tegen, lopers die in de loop der tijden bij de Zweitlanceurs actief zijn geweest. Onder meer John Theunissen die mij zijn wedervaren met een hernia vertelde. Vorige zondag liep ik op de markt in Maastricht Jean-Pierre Immerix tegen het lijf. Start van de Amstel Gold Race, vandaar. En gisterenavond zag ik mijn maatjes van de Zweitlanceurs nog eens terug. Die liepen zich in het zweet op Caestert. Hopelijk ben ik er binnenkort zelf weer bij.
Klik hier voor de details.
19/04/2013 Terugblik
Het moest er van komen, Jef van de Weerdt is de tel kwijt geraakt. Op zondag 7 april was hij erbij in het Oost-Vlaamse Zwalm voor de eerste “Vlaanderens Mooiste Marathon”. Erg bescheiden zijn ze daar niet, maar ze mogen volgens Jef toch best trots zijn op hun organisatie. Lees zijn verslag hier. Jef moest met een tijd van 4u17′ wel zijn reisgezellen Roger Kempinski en Henk Sipers laten voorgaan. Het was dus “pas” zijn 56ste. Bij Henk staat de teller op 340!
Jean-Pierre Immerix heeft ruzie met zijn inlegzooltje. De laatste weken vinden we Jean-Pierre ook niet meer terug in de uitslagen. Het zooltje dat vorig jaar zijn loopcarrière redde en aan vervanging toe was, is nu de spelbreker. Een verkeerde houding veroorzaakt een plotse kramp die hem al enkele keren tot opgave heeft gedwongen. Nog blessurenieuws. Kris Govaerts loopt naar eigen zeggen met een “versleten linkerknie” maar blijft lustig draven in de Luikse challenges. Gelukkig kan ik deze paragraaf afsluiten met een positief bericht. Servais Halders is opnieuw in competitie. In Blegny eindigde hij al meteen tweede. Nauwelijks enkele weken nadat hij al “huppelend” zoals hij het zelf noemde, de training had hervat.
Een nieuwe naam bij de veteranen 3 is de voor mij onbekende Raphael Van Den Broeck. Vlaming, Waal? Geen idee. In Waremme ging hij zelfs Valère Sauwens vooraf. Valère heeft dus weer de weg gevonden naar de inschrijvingstafel van de Luikse wedstrijden. Maar het zal dit seizoen geen walkover worden zoals vorig jaar. Hij zal nu moeten opboksen tegen Alain Waerts en Roger Igo. Nog een nieuwe naam in onze categorie. Zijn niveau? Eén cijfer zegt meer dan tien volzinnen. Roger legde de 10 km in Waremme af met een gemiddelde van 16 per uur. Ik vrees dat voor Noël, Rosario, Roland en tutti quanti alleen nog kruimels resten. Overigens is Roland Vandenborne dit jaar nog niet gesignaleerd in het Luikse. Nog steeds aan het schaven aan de conditie?
De neven Benny en Bruno Stulens blijven vaste waarden in de eerste gelederen van het peloton. Jo Vrancken strandde in Blegny op één plaats van het podium bij de senioren.
19/04/2013 Timmeren aan de site
De toegang tot mijn blog “groetum.webatu.com” gehost door 000webhost.com is nog altijd hermetisch afgesloten. Ik ben dan van lieverlede maar begonnen de inhoud van de oude naar de nieuwe site over te pompen. Een hele klus. De links in de pagina’s zijn nog niet actief, de foto’s moeten ook nog worden ingeladen. “Sire, geef me honderd uren!”
Google heeft het nieuwe adres intussen al ontdekt. Tik “groetum” in en je vindt deze blog terug onder “Groetum | A topnotch WordPress.com site”. Vandaag op plaats 4.
19/04/2013 Weer op de vertrouwde stek
De problemen bij 000webhost.com lijken van de baan. Ik kan opnieuw inloggen en de wereld verblijden met mijn verhaaltjes op http://groetum.webatu.com. De noodsite wordt op een laag pitje gezet.
25/04/2013 Sisser
Mijn eerste poging om na ruim een maand weer te joggen is met een sisser afgelopen. De reactietests bij de huisarts waren nochtans positief maar ik blijf met het gevoel zitten dat mijn rechterbeen veel aan kracht heeft ingeboet. Dat bleek dinsdagavond ook toen ik al na honderd meter lopen moest inbinden. Met lange wandelingen probeer ik er de conditie en de moed in te houden. Bijvoorbeeld woensdagmiddag, 16 km onder een brandende zon. Bekijk de route hier.
01/05/2013 Actueel
De joggingcarrousel draait op volle toeren. De wedstrijden van de challenges volgen elkaar in hoog tempo op. Maar eerst even terug naar een wedstrijd van een hoger niveau. Dat zullen de organisatoren in elk geval zelf wel denken. Op 14 april stond de bedrijvenloop in het kader van de marathon van Rotterdam op het programma, een van de weinige wedstrijden waar Harry Crapels van de Zweitlanceurs nog voor warm te krijgen is. Harry liep de halve marathon in 1u45′ en was daar best tevreden mee. Harry sprak zelfs van zijn laatste wedstrijd. Afwachten of er echt een einde komt aan de competitiecarrière van Harry die in zijn jongere jaren vaak met Jean-Pierre Immerix op pad was.
In de Luikse challenges is Valère Sauwens opnieuw present. Hij heeft intussen zijn eerste overwinning van het seizoen beet bij de veteranen 3. In die categorie duiken ook weer nieuwe namen op in de zegetabellen: Patrick Dejonge en Christian Vandevenne. De oude bekenden Noël Heptia en Rosario Ilardo blijven knokken voor een plaatsje op het podium. En kijk wie er ook weer bij is, Pol Van Kerrebroeck die vorig jaar nochtans zijn loperspensioen had genomen.
In de challenge van de provincie Luik noteren we de sympathieke zege bij de V3’s van mijn gemeentegenoot Claude Herzet in Kelmis. Claude draait al drie decennia mee in het regionale circuit en heeft een extra drive gevonden nu hij in een nieuwe leeftijdsklasse actief is. Het succesvolle heroptreden van Servais Halders na een operatie zal voorlopig geen vervolg krijgen. Servais sukkelt nu met een weerbarstige knie en wacht verdere medische onderzoeken af.
01/05/2013 Compostela
Nu dit joggingdagboek de laatste weken tot een wandeldagboek aan het vervellen is, verwijs ik hier graag naar een boeiend verslag van een voettocht naar Compostela. Malou Thijs en Jean(ke) Nelissen – het koppel was jarenlang actief bij de atletiekclub van Tongeren – zijn op weg van Arles in de Provence naar Compostela. Dat is de Via Tolosana die loopt tot Puente la Reina in Navarra. Van daaruit volgen ze de klassieke route naar het pelgrimsoord in Galicië. Ze hopen de 1700 km in 72 dagen af te leggen. Intussen hebben ze de kaap van de 500 km bereikt.
U vindt hun relaas op bloggen.be Jean tekent dagelijks het wel en wee van de pelgrimstocht op. De lezer kan alleen bewondering hebben voor zoveel doorzettingsvermogen. De sappige verslagen zijn doorspekt met allerlei wetenswaardigheden en levenswijsheden. Om u alvast een voorsmaakje te geven publiceer ik hier – met de toestemming van de heilige Jacobus – het verslag van 27 april.
Dag 20 – zaterdag 27.04.13
L’Isle Jourdain – Gimont
27,4km – 6u40 – 30 + 0’rust
Morgentemperatuur : 10° – betrokken – middag 10° regen !
Vertrokken om 7u45
Aankomst om 14u55
t Kondigde zich niet goed aan vanmorgen…. donkere dreigende wolken boven de 2 meren waartussen onze gîte lag… t zou niet droog blijven, dat zag je zo, maar dat t zó ellendig ging worden, dat hadden we nooit gedacht.
Om kwart voor 8 al namen we afscheid van onze mede-pelgrims, de Hagenaar zullen we waarschijnlijk niet meer terugzien, hij zou wat kortere etappes doen tot aan de Somport. De 3 overige koppels vertrokken bijna gelijktijdig. Wat n gewone tocht doorheen groene velden maïs en ik denk tarwe moest worden, werd bijna n helletocht.
Maïs en graan, zeggen we, dus denken we aan Haspengouw, maar dan t echt Vochtige Haspengouw, identiek hier, de vettige leemgrond…. maakt ook dat het stappen over de ‘aarden’ wegen verschrikkelijk zwaar gemaakt werd door de regen. Herinner je je t nog dat je over een vers omgeploegde akker, in de regen liep, en dat je schoenen, loodzwaar werden door de zware natte leemgrond, wel, zo was t, maar dan kilometers- en urenlang… Soms blij dat er ns een natte graszone kwam waar de schoenen konden afgeveegd worden….
Maar genoeg over onze ellende, de velden waren hier mooi en zeer uitgestrekt… als t begrip ‘ne dikke boer’ recht evenredig is met de hectaren grond die hij bewerkt, dan zijn t hier allemaal obesitas-boeren, en dan overdrijf ik niet eens. Die velden strekken zich ook uit over verschillende heuvels en dalen, hetgeen overkomt als prachtige groene golven.
Het enige ‘fotografeerbaar’ onderweg, was een eeuwenoude gemeenschappelijk broodoven, op n marktpleintje in Monferran-Savès, helemaal in metselwerk, zelfs het dak, dat in zn geheel dienst deed als schouw.
In Giscaro, na 16km, en rond het middaguur, gingen we picknicken, in open lucht, en dus in de regen. Het Belgische en het Franse koppel trokken voorbij, maar het jonge koppeltje uit Litouwen kwam wel bij ons zitten, en daar werd ‘gemeenschappelijk’ gegeten, zij hadden boerenpaté en kaas teveel, en wij hadden olijven en kerstomaten om te delen…. k Verzeker jullie dat we alle vier genoten…..
Dat niet alleen het weer en de modder ons parten speelde, maar ook onze gîte, daar maakten we ons haast kwaad over. Afgemat naderden we Gimont, zagen de watertoren, bleven de GR volgen, kwamen na een enorme bocht in het stadscentrum na 4 km. Daar vroegen we aan de dorpsoudsten waar de gïte Ecuries de Charlas lag, en tot onze grote ergernis lag deze in de buurt van die watertoren… Verdomd, 4 km teveel, en voor niks gestapt. Die manège bood ons onderdak, en niet veel meer, voor 10€ per kop .. Doucheke, kleren en schoenen ontmodderd, wifi geïnstalleerd en….. dan besloot ons Malou dat we terug naar t stadscentrum zouden gaan voor inkopen, t was immers zaterdag, en morgen zou alles gesloten zijn. t Gaf ons ook de kans het pronkstuk van Gimont ns van naderbij te bekijken, op de marktplaats staat n unieke hall, helemaal in eik, en het unieke ervan is dat de Route Nationale 124 er onder door rijdt, helemaal uitgesloten in onze gedachtengang. Maar uiteindelijk hadden we nog n 8-tal km extra in de benen, maar t was wel de moeite, want ons zaterdagavond-menu bestond uit : brandade morue – tomate farcie en cordon bleu – roquefort en appelflap als dessert (totale kostprijs : 16,39€, voor ons 2-en) – rode wijn gratis geleverd door de gîte-madam !
Vandaag de kilometersom gemaakt : we zitten aan 500,4 km en nog steeds één dag voorsprong op ons oorspronkelijk schema.
01/05/2013 Wachten
Ik rijg de laatste dagen de korte en lange wandelingen aan elkaar. Mijn smartrunner heeft het druk maar voert zijn werk perfect uit. ( Zoek niet naar mijn tracks, die zijn niet openbaar. ) Samen met Marie-Paule ben ik het Zuid-Limburgse heuvelland tussen Maastricht en Aken met de leren tram aan het verkennen. Een tweede poging om lopen en wandelen af te wisselen heeft me een dijspierblessuurtje opgeleverd. Eigenlijk is het een zwakke plek die zich opnieuw laat voelen. Weer een tiental dagen wachten.
03/05/2013 Beklimming van de Hallembaye
De Hallembaye, de steile helling tussen Haccourt in de Maasvallei en Eben in het Jekerdal, is een van de uitdagingen voor de wielertoeristen die in groten getale onze regio doorkruisen. Het aantal wandelaars die de bult te voet bedwingen zal heel wat kleiner zijn. Sinds woensdag hoor ik bij het clubje. Min of meer noodgedwongen. Ik kon het niet opbrengen om mijn collega’s in de Tungri-run te gaan aanmoedigen. Sorry Philip en andere Maja’s. Om de dag niet in ledigheid door te brengen heb ik een lus van 14 km afgelegd tussen Wonck en Haccourt. Door velden en langs autoluwe wegen in de dorpen. Een stuk van een kleine kilometer moest ik langs de rijweg afstappen, precies het steilste stuk van de gevreesde Hallembaye. Echt aangenaam is dat niet. Om voldoende vaart te houden in de laatste honderden meters scheuren auto’s en motoren met hoge snelheid voorbij. Overigens heeft de stapper in de graskant nog wat meer ademruimte dan de fietser die het asfalt met het snellere – veel snellere – verkeer moet delen.
Je ziet hier het derde deel van de route.
De details staan hier.
06/05/2013 Nieuwe wedstrijd in Waltwilder
Sinds enkele jaren hebben de Limburgse loopwedstrijden af te rekenen met tanende deelnemersaantallen. Nu verscheidene organisaties moeite hebben om het hoofd boven water te houden, is het verheugend vast te stellen dat er nog nieuwe initiatieven worden genomen. Zo staat er een nieuwe wedstrijd in Waltwilder op het getouw. Allen dus naar Waltwilder op zaterdag 8 juni!
10/05/2013 Vernieuwde site
Na 4 jaar is mijn blog hoogdringend aan een update toe. Dat is in de eerste plaats nodig om technische redenen die ik u verder bespaar. Maar de laatste tijd is de bestaande site voor mij als webmaster herhaaldelijk onbereikbaar waardoor ik geen nieuwe berichten kan plaatsen of eventueel commentaar lezen. Ik ben dus naar een andere webhost overgestapt en heb van de gelegenheid gebruik gemaakt om het blog in een nieuw kleedje te steken.
De bestaande site “groetum.webatu.com” zal niet meer onderhouden worden en behoort weldra tot de internetarcheologie. Sla het nieuwe adres dus op bij je favorieten … als je het de moeite waard vindt.
Aangezien ik de meeste berichten, pagina’s en foto’s manueel heb moeten overzetten, zullen er nog wel wat schoonheidsfoutjes inzitten. Ik hoop die zo snel mogelijk uit te wissen.
Veel leesgenot op de nieuwe webstek!
14/05/2013 Au bord du chemin…
zingt Michel Fugain. Daar sta ik zondagochtend ook, in Moelingen, aan km 39,5 van de Maasmarathon. Het is koud en stil. De signaleurs staan te ijsberen. Het zijn jongeren, dus die ijsberen met de gsm in de hand. Enkele supporters hebben ook langs de weg post gevat en doen hun best om wakker te worden. Een politiecombi van Voeren draait rondjes.
Eindelijk komt er beweging in de verte. De eerste loper is er, er klinkt een beleefd applausje langs de weg. De atleet zit duidelijk door zijn beste krachten heen. Hij lijdt en vecht tegen de wind, maar vooral hij is … alleen. In een doods decor pijnigt hij zijn spieren en spreekt hij de laatste restjes mentale energie aan. Na lange minuten volgen de tweede, de derde, de vierde, de vijfde. De ene duidelijk frisser dan de andere, maar allemaal zo verdomd alleen. En niemand die langer dan enkele seconden getuige is van hun atletische prestatie. Nummer zes en zeven maken hun opwachting, een duo begeleid door een fietser. Niet toevallig is één van hen Philip Poilvache. Hij kent wel gevoel dat ik nu pas ontdek als toeschouwer, de eenzaamheid van de lange afstandsloper. Van de snelle afstandsloper wel te verstaan, die ver voor de meute uit snelt. Philip was vooraf al beducht voor een eenzaam gevecht tegen de wind. Die ervaring heb ik als langzame loper in de buik van het peloton nooit gekend.
Intussen heb ik me te voet langs het parcours naar Visé begeven. Verderop zorgen muziekbandjes langs de weg of deejays voor wat animatie. De eerste 10 lopers zijn voorbij, de ambiance moet nog worden opgepookt. De danseresjes zijn wel al in volle actie voor een optreden dat nog enkele uren zal duren. Ik nader de eerste huizen van Visé als ik Jo Schoonbroodt opmerk. Jo zit compleet stuk. In de voorbije jaren viel hij op als een van de meest frisse lopers in de voorste gelederen, nu kan er alleen maar een grijns af als ik hem aanmoedig. Niettemin zet de winnaar van de leeftijdscategorie 60-65 een sterke tijd neer, 2u53′. Opnieuw ruim onder de 3 uur, waar blijft hij het vandaan halen? Achter de modieuze rennersbril van zijn begeleider herken ik plots Servais Halders. Ook al op non-actief als loper.
De lopers komen er nu in trosjes aan. Ze kruipen de laatste hellingen op voor ze de verlossende afdaling naar het centrum van Visé kunnen inzetten. De meesten reageren nauwelijks als ik hen aanmoedigingen toeroep. Ik probeer bekenden uit de massa te pikken. Johnny Geuten die ook als supporter langs de weg staat meldt me dat er verscheidene leden van de Bilzerse Joggingclub de start hebben genomen. Johan Mardaga bijvoorbeeld, die binnen komt in een mooie 3u15′ maar die ik in het gewoel aan de aankomst heb gemist. Leon Swennen is met 3u12′ nog enkele minuten sneller en geeft mij nog een opmerkelijk frisse indruk. Zijn vrouwtje Lisette gaat ook met de marathonmedaille naar huis. Jean Poesen ging het volgens Johnny Geuten kalm aan doen maar pakt met 3u34′ wel de eerste plaats in de categorie 65+.
Tenslotte zie ik ook nog mijn Nederlandse kennissen Huub Koolen en Henk Sipers in de laatste kilometers op weg naar een nieuw marathonsucces.
14/05/2013 Philip naar toptijd in Maasmarathon
Philip Poilvache is na maanden blessureleed terug … en hoe! In de Maasmarathon met vertrek en aankomst in Visé waar een sterke tegenwind in het tweede deel de lopers teisterde, schudde hij 2u34′ uit de benen. Dat is meer dan drie minuten beter dan zijn vorige besttijd op het snellere parcours van Eindhoven. En goed voor de zesde plaats. Vorige week had hij in de Tungri-run al blijk gegeven van zijn topconditie door tweede te eindigen in de 10 km. En zondag had hij de topdag waar elke marathonloper met recordambities van droomt. Alles liep perfect, behalve misschien de laattijdige inschakeling van een bevoorrader in de laatste kilometers ( zie het verslag van Philip).
Van de Bilzerse Joggingclub legden niet minder dan zes lopers de klassieke afstand af. Bij de Maastrichtse Zweitlanceurs bracht het koppel Pascal en Monique Wijns hun eerste marathon tot een goed einde: Pascal in 3u32′, Monique in 4u15′. Proficiat!
(Foto: Philip Poilvache in de laatste meters van de Tungri-run.)
14/05/2013 Visé, beleef het mee…
… in de kop van het peloton.
” Vorige week kreeg ik de vraag van Mr Cortleven om een verslagje door te sturen van de Tungri-run. Voor mij blijft Willy nog altijd Mr Cortleven. Als mijn gewezen leraar Frans in het college te Bilzen is er nog altijd een soort barrière om hem als Willy aan te spreken. Door het internationaal karakter van deze blog vertaal ik het even voor de Nederlandse lezers. Barrière betekent hindernis/obstructie. Ik vertel Willy (zoals jullie Mr Cortleven waarschijnlijk aanspreken) dat ik liefst wil wachten om verslag uit te brengen tot na de Maasmarathon. Kwestie van mijn doelen niet wereldkundig te maken en mezelf onnodig extra druk op te leggen.
Vorig jaar in juni was ik twee maanden out met een stressfractuur aan mijn rechtervoet. Toen ik afgelopen augustus de trainingen hervatte had ik één doel: 12 mei – Maasmarathon – sneller dan 2h35. De afgelopen maanden ging de conditie steeds in stijgende lijn tot ik een viertal weken geleden een terugval kreeg door sinusitis. Reeds een hoofdrolspeler in mijn laatste twee marathonvoorbereidingen. Vorige week waren de ademhalingsproblemen bijna verleden tijd en deed ik een laatste test in Tongeren. Veel woorden ga ik er niet aan vuil maken omdat er toch altijd veel meer te vertellen is over een marathon. In Tongeren rustig gestart – sterke dag – 9,6 km in 32’. Goed voor het vertrouwen maar meer ook niet. De Maasmarathon: daar moet het gebeuren. Hieronder een (iets te uitgebreid) verslag van mijn belevenissen in de buurt van Visé en Maastricht.
Na een verdacht goede nachtrust van meer dan zes uur, besluit ik om 5h op te staan. Zes uur, dat moet een nieuw pr zijn op de nacht voor een marathon. Amper wakker en al meteen een nieuw pr, dat belooft voor de rest van de dag. Mijn eerste actie is door het badkamerraam kijken om te checken hoe het met de voorspelde wind gesteld is. De week voor een marathon lijk ik altijd onrustwekkend veel op Frank Deboosere. De weersvoorspelling blijkt jammer genoeg te kloppen: een strakke zuidwester. Dat betekent extra ruggensteun tot in Maastricht en een gevecht tegen de wind op de terugweg naar Visé. Meteen schiet het dilemma door mijn hoofd waar ik al de hele week mee worstel: op reserve vertrekken en kracht overhouden voor de terugweg of het eerste deel al wat voorsprong nemen op mijn schema? Ik besluit me nog geen zorgen te maken en het wedstrijdverloop af te wachten. In het ideale scenario wordt het windstil vanaf 10h15. Is dit teveel gevraagd? Een derde mirakel tussen Hemelvaart en Pinksteren? Het wordt toch stilaan tijd na meer dan 2000 jaar.
Na maagproblemen in mijn voorbije 3 marathons besluit ik voor een ander ontbijt te kiezen. Havermout en banaan. Een voltreffer of een stommiteit? Het zal nog voor de middag duidelijk worden. Nu volgen de langste uren van de hele voorbereiding: wachten tot het startschot. Ik besluit om mijn borstnummer al op te spelden dat ik zaterdag reeds heb afgehaald. Nummer 528. 528, dat blijkt de frequentie te zijn om in 45 minuten DNA te herstellen of te genezen leert google me. Amper 45 minuten? Zou ik er nog mee starten? Altijd handig om mijn samenstelling iets “Keniaanser” te maken.
Behalve een tijd onder 2h35 hoopte ik bij de start van de voorbereiding stiekem op een top 5 plaats. Maar deze droom heb ik intussen al opgegeven. Voor de 15de editie heeft de organisatie een aantal buitenlandse toppers kunnen strikken. In de gemeentekas was er blijkbaar nog ruimte voor een paar zakjes startgeld. Na een snelle blik op de deelnemerslijst zie ik een oa een Oegandees en een Keniaan. Een Keniaan?! Zou die voor de start 45 minuten tijd hebben?
8h15: tijd om richting Visé te vertrekken. Twintig minuutjes later geparkeerd langs de hoofdrolspeler van deze marathon, de Maas. Na het uitstappen worden de omstandigheden voor de komende uren al meteen pijnlijk duidelijk: het waait nog harder dan verwacht. Hier alleen tegen opboksen op de terugweg betekent zelfmoord. Ik moet proberen in een groepje terecht te komen, wil ik enige kans hebben om onder de 2h35 finishen.
Vijf minuutjes voor de start sta ik op de tweede rij aan de startlijn. Geen Guy Fays of Keniaan te zien (later zal blijken dat ze op het laatste moment voor de halve marathon hebben gekozen). Dat is positief, dat zijn al 2 banken vooruit. De euforie is van korte duur want er duikt een last-minute deelnemer op: Gino Van Geyte (zal later opgeven). Ik besluit om een top 5 rangschikking definitief uit mijn hoofd te zetten en me niet te laten zot maken door een hoop snellere vertrekkers.
Start! Doel is dus 3’40/km, wat zou moeten resulteren in een eindtijd van 2h34’45”. Tussentijd na 1 km: 3’40. Interne GPS blijkt meteen goed te werken. Km 2 iets sneller na een korte afdaling. Ik kijk eens rond… lap al prijs: ik loop al alleen. Dit scenario moest ik dus absoluut vermijden. Dat moet dringend veranderen. Een kleine 50 m voor me lopen 2 mannen in gele T-shirt, lekker beschut achter een illegale fietser. Niet twijfelen, dichtlopen dat gat. Ik versnel, hartslag meteen 5 slagen omhoog maar ik kom geen meter dichterbij. Na 500 meter moet ik noodgedwongen mijn poging staken. Het heeft geen zin om mijn motor nu al in het rood te jagen. Ik besluit mijn eigen tempo te lopen in tiende – elfde positie. Iedere meter verlies ik terrein op de gele mannen. Die lopen veel sneller dan 3’40/km flitst er door mijn hoofd. Die gaan mij niet vangen. Mijn gevoel zegt me dat ik 3’40/km loop, ontspannen, goed gevoel, ik zie het volledig zitten. Ik mis het bord van de vijf km. Na 6 km kijk ik op mijn horloge: 22’31 (doel 22’00). Geen zorgen maken, dat bord zal wel verkeerd staan. Zo traag ben ik echt niet onderweg. Km 7 en 8 gaan in 3’45/km. Dat bord stond dus niet verkeerd,ik ben echt veel te traag gestart. Het gevoel zegt nochtans iets anders. Intussen zijn we na wat draai- en keerwerk langs de Maas beland. Wind komt van linksachter, loopt lekker. En nog zo traag! Heb ik vandaag, zoals Michel Wuyts zou zeggen, un jour sans?! De havermout? Hoe kon ik weer zo stom zijn om te experimenteren op de dag van de marathon? Ik krijg van mijn supporters/bevoorraders langs het parcours sportdrank en een energiereep aangereikt. Oei, dat drinkt al moeilijk. Precies al buiten adem. Doorbijten! Ik heb dringend brandstof nodig. Met veel moeite werk ik 200 ml sportdrank en een halve reep naar binnen. Tussenpunt na 10 km: 37’25 (doel 36’40). Dat gaat hier van kwaad naar erger en dit net op de dag dat ik beloofd heb om een verslag uit te brengen van deze dag. Moet ik achteraf nog al mijn miserie gaan delen… Ik probeer mezelf op te peppen: “dit is geen duurloopke op een zondag voormiddag – dit is wel degelijk de marathon waar ge acht maanden voor getraind hebt – het mag wel een beetje pijn doen – wakker worden!”
In de verte zie ik dat de “gele mannen” al in het gezelschap verkeren van 2 fietsers. Voorlopig doen ze er weinig voordeel mee maar op de terugweg is zo’n mobiel windscherm een serieuze bonus. Ik stel me nieuw doel: in Maastricht moet ik dit gat dicht gelopen hebben zodat ik mee kan profiteren van de windvangers en mijn slappe start geen rampzalige gevolgen heeft. Ik probeer mijn achterstand in te schatten: ongeveer 200m, dus ongeveer 45”. Ik heb nog ongeveer 15 km, dat betekent 3”/km. Geen tijd te verliezen: wakker worden en gaan! In Lixhe draait het parcours iets naar het oosten. Dat betekent wind pal in de rug. De zon komt er ook een beetje door. Heerlijk loopweertje. 15 km: 55’26 (doel 55’00). Al twintig seconden van de achterstand op mijn tijdsschema afgeknabbeld. Het “gele peloton” komt stilaan duidelijker in het vizier.
20 km: 1h13’38” (doel 1h13’20”). Achterstand te verwaarlozen. Ik loop nog maximum 20” achter “de gele mannen”. Nu is het een kwestie van rustig te blijven en het gat niet te snel proberen dicht te lopen. Ik probeer mezelf in toom te houden: “het is nog 5 km tot Maastricht – nog altijd wind mee – het tempo is goed – krachten sparen voor tegenwind”. Na 23 km kan ik dan eindelijk de aansluiting maken, mooi op tijd. Ik besluit om rustig te volgen. Niet nodig om onmiddellijk show te geven en de kop te nemen. Na 24 km is het tijd voor mijn tweede bevoorrading, zelfde brandstof: sportdrank en een energiereep. Ik probeer om rustig zoveel mogelijk naar binnen te werken. Als gevolg hiervan moet ik 10 meter prijsgeven. Niet panikeren, brandstof is nu belangrijker. Even op adem komen en vervolgens het gat dichtlopen. Dat ging vlot. Volgende 5 km zijn kritisch voor de maag. Hier ging het de voorbije marathons telkens mis. Even paniek en woede. Door een manoeuvre van een witte camionette (bestelwagen voor de Nederlandse lezers) is plots het parcours versperd. We moeten even halt houden en kunnen er nog net tussendoor glippen. Slecht voor mijn hart. Hierdoor mis ik het bord van de 25 km. Km 26 1h35’24” (doel 1h35’20): perfect op schema. Het hoofdrekenen gaat ook nog verdacht vlot. Een goed teken, dat moet erop wijzen dat ik nog fris zit. Het gaat beter en beter en ik besluit om de kop te nemen op een stukje met tegenwind. Dat wordt me onmiddellijk afgeraden: “daar hebben we fietsers voor”. De fietsers worden aangemaand om de kop te nemen. Terwijl mijn twee nieuwe beste vrienden alle wind opvangen lopen we met zijn drieën gezellig beschut richting Eisden. Ik begin een happy end van dit verhaal niet uit te sluiten. De tegenwind lijkt voorlopig ook mee te vallen. We lopen dankzij de bomen langs het fietspad goed beschut.
Km 30: 1h50’00 (doel 1h50’00). Ik geef mezelf in gedachten, al grijnzend de bijnaam “de metronoom”. Bij de zaak blijven: “the worst is yet to come – de vermoeidheid zal zich dadelijk wel laten voelen – de laatste 3 km zijn bergop met de wind pal op kop”. Na 32 km moet een gele man lossen. We blijven nog met twee lopers en één fietser over. We verstaan elkaar goed, wisselen goed af, op de moeilijke stukken nog altijd achter de fietser. Ik krijg sportdrank en gelletjes aangeboden maar weiger vriendelijk. Dit is niet het moment om te experimenteren met onbekende sportdranken. Ineens schiet het me te binnen: ik heb nog een paar tabletjes druivensuiker mee. Niet dat ik voorlopig een suikershot nodig heb maar kwaad kan dit zeker niet.
Km 35: 2h08’19. Ik moet even spieken op mijn hand (doel :2h08’20”). Vooraf had ik de tussentijden van 35 en 40 km op mijn hand geschreven omdat ik wist dat mijn hersenen me dan in de steek beginnen te laten. Benen voelen nog heel goed. We halen ook een loper in. Een viertal kilometer eerder werd ons toegeroepen dat we nummer 6, 7 en 8 waren. Zou dit betekenen dat we nu nummer 5 en 6 zijn? Ik kan het moeilijk geloven. Niet euforisch worden, we zijn er nog niet. Dit kan toch niet blijven duren, de vermoeidheid moet zich toch dadelijk manifesteren. Het is kouder en regenachtiger geworden wanneer we naar rechts draaien richting Moelingen. Ik waan me even in een windtunnel in een niet-aerodynamisch voertuig. Ja en daar zijn ze… de zware benen. Gelukkig heb ik nog een geheim wapen achter de hand. Toen Willy me de afgelopen week mailde dat hij langs het parcours zou staan in Moelingen mailde ik hem het volgende “Zou ik u zondag misschien mogen “gebruiken” als privé bevoorrader? U moet u zeker niet verplicht voelen om te komen kijken. Waarschijnlijk heb ik mezelf toch weer overschat of de voorspelde wind onderschat waardoor ik dan niks meer binnen krijg. Maar in de ideale wereld heb ik een superdag en kan een laatste energie boost me helpen om het beoogde doel te halen. Het zou spijtig zijn om dan geen gebruik te maken van een betrouwbare bekende langs het parcours.” Van ver zie ik mijn geheim wapen al staan. Ik doe teken om aan de rechtse kant te staan vermits daar op dat moment loop. Hij lijkt mijn gebaren te begrijpen of toch niet helemaal… Hij zet het flesje cola rustig achter zich neer en gedraagt zich niet als mijn privé-bevoorrader maar als een doorsnee toeschouwer. Met allerhande gebaren probeer ik duidelijk te maken dat ik het ben. Oef, op het laatste moment word ik herkend en kan ik nog net het flesje snelle suikers meenemen. Ik neem een paar slokken, meer lukt echt niet meer. Nog 3 kilometer, alles begint pijn te doen. Niet toegeven: het is nog maar drie kilometer. Zo kort bij het ultieme doel mag het toch niet meer mislopen. Ik besluit iets te versnellen en mijn laatste gele vriend roept me toe dat hij erdoor zit, dat ik alleen moet doorgaan. Ik doe teken naar zijn fietser die het door de tegenwind niet gehoord had. Ik wil ook niet profiteren van iemand anders zijn helper. Nog iets meer dan 2 kilometer sta ik er dus alleen voor.
Km 40: 2h26’47. Ik spiek nogmaals op mijn hand: doel 2h26’40. Verzwakken is geen optie, het gaat nipt worden. Ik probeer nog een tandje bij te steken. Dat denk ik toch want inmiddels is alles verzuurd. Het ergste is voorbij, het gaat nu bergaf tot de aankomst. Bij het passeren van het bord van de 42 km kijk ik vlug op mijn horloge: 2h34’00. Nog één minuut voor 200 meter. Een snelle berekening leert me dat dit overeenkomt met 5’/km. De buit is binnen! In de laatste rechte lijn versnel ik en ga uiteindelijk euforisch over de finish in een tijd van 2h34’40”. Op het scorebord zie ik dat dit een zesde plaats oplevert. Geen top vijf maar supertevreden. Meer dan 3 minuten sneller dan mijn vorige besttijd.”
Philip Poilvache
22/05/2013 Benny Stulens wint in Verlaine
Na een ontelbaar aantal ereplaatsen in de Challenge hesbignon stond Benny Stulens vorige zaterdag op het hoogste trapje van het podium in La Course aux Châteaux in Verlaine. Benny legde de 11 km af met een gemiddelde van 18 km per uur. De prestatie van de man uit Mal springt nog meer in het oog als je weet dat een blessure hem heel wat last bezorgt.
Bij de veteranen 3 ging nieuwkomer Ramon Gadea met de hoofdprijs lopen, op de voet gevolgd door Noël Heptia. Jean-Pierre Immerix was aan de slag in Zonhoven. Bij hem in de buurt eindigde ook Maja Van Zand.
Ik had het wel kunnen denken. Enige tijd niets van Jef van de Weerdt vernomen en ja hoor, alweer een marathon bij op de lijst. De Hollenlauf-marathon in het Sauerland, waar Jef al herhaalde malen heeft toegeslagen. Een matige voorbereiding, 33ste op 65 deelnemers, 4u56′, maar toch tweede in de categorie 60+. “Als je maar LANG genoeg blijft lopen kom je van zelf op het podium” zei laatst iemand tegen mij … en zo zie je maar, het is toch een keer gelukt.” aldus Jef.
En tenslotte nog dit. In de reeks foto’s van de Maasmarathon waarop de “redactie” de hand kon leggen, viel me dit beeld op. Links langs een geconcentreerde Philip Poilvache kijkt Krisztian Szucs recht de lens in. Krisztian wie? Een onlangs ingeweken Hongaar die met de (snelle) Zweitlanceurs traint en die in Visé zijn eerste marathon beëindigt in 2u57′. Zijn snelle start in het gezelschap van Philip was dus redelijk optimistisch.
22/05/2013 Estafetteloop in Tongeren
Roland Vandenborne van Psylos en Patrick Nijs van het Orthopedagogisch Centrum Lummen – en beiden talentrijke lopers uiteraard – hebben de handen in elkaar geslagen voor een nieuwe proef van de Psylos Estafettechallenge. Het sportpark De Motten is het uitgelezen decor voor deze eersteling op 31 mei. Met tweeën een uur volmaken met aflossingslopen van ongeveer 1 km, dat is het opzet. Voor de prestatie of als training, het maakt niet uit, je loopt voor een goed doel.
Ook Alken sluit zich bij het initiatief aan. Op 20 september wordt daar de eerste Alkense tweeloop georganiseerd.
22/05/2013 Foto van de maand
Sportfotograaf Benny Cox, die samen met Gilbert Simal de Haspengouwchallenge op beeld vastlegt, kon op 1 mei tijdens de Tungri-run dit plaatje van loper Marc Lenaerts schieten. De inspanning en de grinta spatten van het gezicht af. Marc is een gedroomd model voor de fotograaf. Maar vergis je niet, de man trekt niet alleen felle grimassen, hij kan ook een flink tempo uit de benen schudden. Marc is bakker en loper/fietser/zwemmer. Tussen zijn werk en zijn sportieve activiteiten slaapt hij … enkele uren. Je kan niet alleen genieten van zijn mimiek, maar dankzij zijn blog ook van zijn vertellersgaven. Op 21 april verbeterde hij zijn jaarrecord in “Linter loopt”, de derde wedstrijd van het lopende Haspengouw-seizoen. Marc beschreef zijn prestatie zo : ” Bij het ingaan van de tweede ronde was het wat vals plat omhoog en daar kreeg ik het weer wat moeilijk, doortocht in 4 min. Luisa bleef aanklampen en we waren goed omringd, zodat ik op het stukje met wind tegen de kop nam en aan de groep sleurde. Maar enkelen waaronder ook Luisa moesten lossen, zodat ik dan maar mijn eigen kans ging. Met Valère Sauwens in het zicht kreeg ik zowaar vleugels.Dit was op km 10 en hij maande me aan om door te gaan, doortocht in 3.51. Nog twee km afzien en dan was het einde eindelijk in zicht. Het was niet om aan te horen het lawaai dat ik maakte sinds het begin van de wedstrijd, enkelen waren zelfs in paniek en dachten dat ik ging sterven, maar lekker niet hoor. De laatste km’s de registers nog eens opengetrokken en doortocht in 3.49, snelste km vandaag. Nog 200 meter sterven en t’was weer gedaan. Ik kwam over de meet in 48.08, een nieuw jaarrecord voor mij, en meteen goed voor 15,3 km per uur. Dat had ik vandaag totaal niet verwacht!!!!!!!!!
Lag het aan het weinige slapen of heeft de Diclofenac ook een beetje zijn werk gedaan, who knows??? Feit is dat het niet op de verboden lijst staat en dat ik dus niks verkeerd doe met zo een pilletje te nemen, alleen de pijngrens verlaag ik hiermee en dat is toch wat een mens wil, geen pijn meer hebben. ” Lees meer in zijn onvolprezen blog.
22/05/2013 Het ene been is het andere niet
Na enkele vruchteloze pogingen ben ik sinds eind vorige week toch weer aan het joggen. De vloeiende loopstijl is nog niet terug ( in de veronderstelling dat ik die ooit heb gehad …) maar het gevoel is er weer. Eindelijk kan ik mijn hartslag nog eens de hoogte injagen. Dat is het grootste verschil met de wandelingen waarmee ik mijn conditie in de laatste maand zo goed en kwaad als het kon probeerde op peil te houden. Stil gezeten heb ik zeker niet: om de andere dag een fiks tochtje met uitschieters van 24 en 28 km.
Dus weer aan het lopen. Aanvankelijk in alle mogelijke en onmogelijke houdingen om de druk op de rechterlies te verlichten. Want door het “tegentrekken” van het rechterbeen ga ik de lies zwaarder belasten. Tijdens mijn training op Pinkstermaandag kon ik toch al een tijdje in het spoor blijven van de Zweitlanceurs die toevallig mijn pad kruisten. Niettemin blijft het harken. De geknelde zenuw berokkent me dan wel geen pijn meer maar heeft wel de kracht uit mijn rechterbovenbeen gehaald.
Nu, ik zal me toch maar inschrijven voor de nieuwe estafetteloop van Tongeren (zie vorig stukje). Over anderhalve week moet ik de afstand van 1 km aankunnen. Misschien kan ik er nog een prijsje winnen … met de tombola.
03/06/2013 Estafetteloop in Tongeren
vri 31/05/2013 19.00 u * Tongeren ( Psylos Estafettechallenge) * 12,78 km (samen met Stefan Mekers) * 1:00:00 * 12,7 * 14/27 * 2/4 (M 100+) * ♥
Na twee maanden gesukkel wordt de drang te groot om weer eens van de competitie te proeven. De estafetteloop in Tongeren valt net op het goede moment. Rondjes van 1 kilometer met enkele minuten pauze, dat moet lukken. Voor alle zekerheid heb ik vorige dinsdag toch maar een test gedaan op Caestert. Gemakkelijk zal het niet gaan maar ik pep me op met de gedachte dat het goede doel waarvoor we lopen wel wat zweet en moeite mag kosten.
Patrick Nijs en Ronny Neven zijn de drijvende krachten achter dit nieuwe initiatief in het kader van de Psylos Estafettechallenge. De opbrengst gaat ditmaal naar een fietsproject van Sint-Ferdinand in Lummen. Op vrijdagavond mogen we in de schitterende accomodatie van Sportpark De Motten genieten van uitstekend weer. In de kantine wacht er een overvloedige prijzentafel. Alles pico bello dus. Alleen het deelnemersaantal (27 koppels) valt wat tegen, waarschijnlijk vanwege de concurrentie van bestaande wedstrijden in het weekend. Maar dat heeft dan weer als voordeel dat er voldoenden bewegingsruimte is op de smalle en bochtige Finse piste … en dat bijna iedereen in de prijzen valt.
Ik ben gekoppeld aan Stefan Mekers uit Sint-Truiden. Stefan schiet als een pijl uit een boog en legt de eerste kilometer af in 4 minuten. Hij zorgt er voor dat we na een uur net over de 12,5 km uitkomen en op een tweede plaats bij de heren +100. In mijn beste ronden – de tweede en de zesde – kom ik aan een gemiddelde van 12 per uur. Met een gemiddelde van 15,6 km bezetten de winnaars van de categorie, Norbert Collas en Piet Neven, ook de derde plaats algemeen. Luc Nassen en Jorrit Neven sneuvelen, als tweede algemeen, op een zucht van de 17 km. Philip Poilvache en Bruno Stulens stuiven met een gemiddelde van 17,6 km door de Motten. Philip wuift alle lof weg naar Bruno die hij meteen tot favoriet voor de Willerrun bombardeert. De beste dames zitten rond een gemiddelde van 14 km. Kris Govaerts herstelt van een spierscheur en werkt in zijn eentje een aantal trainingsrondjes af.
Fotograaf Roosen zorgde voor een uitgebreide fotoreportage die je hier vindt.
(Foto 1: Patrick Nijs, rechts, met Jorrit Neven. Foto 2: Aflossing met Stefan Mekers.)
05/06/2013 Uit het binnen- en het buitenland
Wat doet een jogger die thuis nagelbijtend op betere tijden en betere benen wacht? Hij pluist de uitslagen na van de wedstrijden in de buurt, benieuwd naar de uitslagen en de vorm van zijn loopvrienden. En dan gaat mijn aandacht in de eerste plaats uit naar de Luikse challenges. In Vyle-et-Tharoul bijvoorbeeld waar bij de veteranen 3 Rosario ditmaal Ramon Gadea achter zich kon houden. Noël Heptia hield zijn plaatsje op het podium ook weer warm. Roland Vandenborne is er nog steeds niet bij. Niet alleen verblijft hij momenteel in de States maar op betekenisvolle uitslagen van de Truienaar zullen we sowieso nog even moeten wachten want volgens een ingewijde komt hij dit jaar “moeilijk op gang”.
Maar ook buitenlandse loopevents hebben onze belangstelling. Zo is er de halve marathon van Futuroscope, het attractiepark in de buurt van Poitiers. Niet bepaald bij de deur maar een korte trip voor de Maastrichtse Zweitlanceurs vanuit hun uitvalsbasis Châtellerault bij Lou Nicolai. Aan de start stond ook Paul Seegers, 74 en de laatste overgebleven loper van de heroïsche eerste generatie van de lopersgroep. Hij haalde de finish net voor de eerste marathonlopers die op hetzelfde uur waren vertrokken.
Terug naar eigen contreien. De Haspengouwlopers kwamen in actie in de eerste Bokkerijdersrun in Wellen. Michael Mertens en Koen Vangrieken die zich vorige vrijdag gedeisd hadden gehouden in de Tongerse estafette, gingen nu wel voor de knikkers. Michael eindigde als vierde in 33′. Luc Nassen, ook aan het werk in Tongeren, werd vijfde. Als eerste ging Maarten Dejonghe over de streep. Deze naam prijkt voor het eerst in de rankings van de Haspengouwchallenge. Pascal Van Marcke en consoorten zullen wel even hebben opgekeken toen deze Brusselaar hun het nakijken gaf. Nu is deze snelle jongen voor mij geen onbekende. Maarten is afkomstig van Sint-Truiden en de zoon van Bernadette Schalenbourg, een studiegenote en vriendin van Marie-Paule. Maarten heeft een lange revalidatie achter de rug na een stressfactuur in het heiligbeen. Hij kan intussen weer zijn staart roeren, dat hebben zijn concurrenten in Wellen mogen ondervinden!
(Foto 1: De oorkonde van Paul Seegers. Foto 2 (Gilbert Simal): Maarten Dejonghe in de Bokkerijdersrun.)
10/06/2013 Eerste Willerrun
Met 157 vertrekkers in de twee lopen kunnen Philip Pauly en zijn ploeg terugblikken op een geslaagde eersteling. Bij de deelnemers waren niet alleen de habitués maar ook heel wat nieuwe ontdekkingen in de edele loopsport. De drie broers Poesen bijvoorbeeld die au grand complet aan de start stonden.
De lopers moesten niet alleen de eerste zomerhitte trotseren maar ook een veeleisend parcours waarin vooral een stekelige helling op het einde van de ronde een grote ravage aanrichtte. Jean-Pierre Immerix en Bertho Beusen moesten al hun karakter en ervaring aanspreken om de tweede ronde vol te maken.
In de 12 kilometer maakten Bruno Stulens en Philip Poilvache er een gezondheidswandeling van. Zo leek het althans voor de toeschouwer die in de schaduw van een biertje kon genieten. De winnaar kennen de trouwe lezers van dit blog van vorige week toen Philip de uitslag van deze loop al voorspelde. De top twee klaarde de klus in 45 minuten. Wel jammer dat de overhandiging van de prijzen wat verloren ging in de drukte aan de finish.
(Foto 1: Supporters en lopers klaar voor de eerste Willerrun. Foto 2: De ober komt langs bij koplopers Bruno Stulens (links) en Philip Poilvache. Met dank aan fotograaf Patrick Smets. De volledige reportage staat op http://patjesmets.jalbum.net/)
14/06/2013 Na het eerste onderzoek
Na een EMG-onderzoek en een MRI-scan ben ik wat wijzer geworden, alhoewel …
Mijn “plurisegmentair degeneratief discuslijden met matig uitgesproken discusbulging vanf het niveau L1-L2 tot en met L4-L5” zal behandeld worden met kinesitherapie. In mensentaal, sinds twee maanden is er nauwelijks verandering, lees verbetering, te bespeuren. Mijn rechterbeen wil niet mee. Stappen kan ik urenlang, lopen lukt slechts enkele honderden meters. Afwisselend joggen en wandelen is de enige optie. Mijn hoop rust nu op de therapeute. Ann, ik reken op je …
21/06/2013 Op pad in Liechtenstein
Dank zij Jef van de Weerdt kan ik nog wat loopnieuws melden. De marathons die hij uitkiest worden alsmaar zwaarder en duurder. 100€ om meer dan 6 uur af te zien. Voor Jef al de vijfde Alpenmarathon en de 58ste in het totaal. Zoals de laatste maanden gebruikelijk heeft Jef een verslag gestuurd naar ultraned. Hij beschrijft er de lange tocht met de nodige zelfspot. Voor een mooie diareeks met majestueuze panorama’s als achtergrond klik je hier.
Nog een nagekomen bericht uit Maastricht. Jean-Pierre Immerix werd voor aanvang van de Treechloop gehuldigd voor zijn 25ste deelname. Voor die verrassing zorgde Wil Palmans die de deelnemerslijsten van al die jaren netjes had bijgehouden en uitgeplozen.
27/06/2013 Een berichtje tussendoor
In de Hesbignonloop in Wanzoul zorgde Guido Colpaert – een zeventiger – voor een sterke prestatie door de beste veteranen 3 achter zich te laten. Rosario en Noël moesten respectievelijk 1’30” en 2’30” toegeven. De eerste Limburgers waren Jo Vrancken en Koen Vangrieken op plaats 6 en 7. Jean-Marie Haekens had 5′ per kilometer nodig op het golvende parcours.
En ik? Ik kan toch al een uur volmaken op training, zij het met wandelpauzes. Klik hier voor de details.
maa 01/07/2013 20.30 u * Kermisloop Nieuwerkerken (Haspengouw Challenge) * 10 km * 0:49:08 * 12,2 * 174/207 * 28/36 (55+) * ♥♥
Nauwelijks twee dagen na de Oversteekrun sta ik alweer aan de start van een wedstrijd. Als je zo lang hebt moeten vasten, ben je gulzig … Deze kermismaandagloop leek me een gezellig alternatief voor een eenzame training in Kanne. In de goed bezette startgrid staan ook enkele bekenden van de Waalse challenges: Maja en Kris, Domenico en Patrick Renard. Patrick sukkelt met een lumbago. Niet toevallig bereiken we samen de streep. In 49 minuten. Net onder de vooropgestelde limiet van 50′. We hebben dan vijf licht glooiende rondjes afgelegd door het centrum waar de terrasjes en de fanfare voor een feestelijke sfeer zorgen. Op een parcours van 2 km is het wachten tot de snelsten je dubbelen. Voor het einde van mijn derde ronde is het zover. Een ronde later komt de immer goedlachse Dirk Claesen mij voorbij. Bij het ingaan van de laatste kilometer stoomt Marc Lenaerts, puffend als een oude locomotief, langs me door. Ik kan het wandelen beperken tot een vijftigtal meter per ronde en overleef ook de lichte stijgingen in het parcours. Voor het eerst sinds maanden heb ik weer een heel bescheiden competitiegevoel. Het herstel zal nog maanden vergen – kinesiste Sarah Mingels liet er tijdens een gesprekje voor de start van de Oversteekrun geen twijfel over bestaan – maar het gaat toch al de goede kant op. Het vuurwerk op de kermis is gedoofd maar er brandt weer een klein lichtje in mijn lopershart.
(Foto: Benn Cox)
zat 29/06/2013 16.30 u * Oversteekrun Lafelt – Rosmeer * 10 km * 0:55:21 * 10,8 * 90/107 * 28/34 (50+) * ♥
Het is al vier jaar geleden dat de Oversteekrun nog eens vanuit Lafelt richting Rosmeer liep. Toen had ik 42 minuten nodig. Mijn enige ambitie vandaag is onder het uur te blijven. Ik start op de laatste rij. Halverwege de Omloopstraat in Lafelt schakel ik over op stappen om mijn beperkte reserves al niet in de eerste kilometers te moeten aanspreken. Een vriendelijke dame van Atla Lanaken port me aan om met een laag tempo te blijven lopen. Een armbeweging naar mijn rechterbeen maakt haar duidelijk dat hier geen fitte atleet in actie is. Ik probeer het laatste groepje voor te blijven en kijk enkele keren achterom om te zien of de bezemwagen niet te dicht in de buurt komt. Ik passeer enkele keren dezelfde lopers, onder wie een supporter van … Flamengos, de topclub van Rio de Janeiro. Mevrouw is Braziliaanse, vandaar. Rond de vierde kilometer, bij het verlaten van Vlijtingen, haal ik Jaak Meertens in met wie ik gisteravond in “Ons Gedacht” nog onze tactiek besproken heb. “Mijn gedacht” was in het tweede deel wat langere stukken te lopen. Maar door de opeenvolgende hellingen rond Rosmeer moet ik al snel inbinden. Misschien kan ik de twee Atla-mannen voor me nog inhalen, pep ik mezelf op. Dat lukt met veel moeite in de klim achter de watertoren. Ik probeer de laatste kilometer lopend vol te maken maar de Daalstraat is er te veel aan. Uiteindelijk kom ik met twee tot drie wandelpauzes per kilometer toch nog boven de 10 km gemiddeld uit.
In de spits van de wedstrijd maakt Philip Poilvache er een onemanshow van. Ook Marc Maurissen (derde) en Dirk Claesen (vijfde) prijken in de top van de klassering. De op een na oudste deelnemer Jean Stevens finisht bij het eerste derde van de deelnemers en had meer verdiend dan een anonieme vermelding op de uitslagenlijst.
( Foto’s Peter Withofs. Foto2: Dirk Claesen.)
vri 13/07/2013 19.30 u * Haneffe (Challenge hesbignon) * 12,8 km * 1:06:51 * 11,2 * 169/299 * 11/16 * ♥♥
Net voor het vertrek op (wandel)vakantie wil ik de benen nog eens testen. De wedstrijd in Haneffe wordt mijn derde in 7 dagen. Na weken onthouding smaakt de competitiesfeer eens zo zoet. Bij mijn eerste deelname van het jaar aan de Hesbignon is het een blij weerzien met de vrienden van de challenges. Ook Roland Vandenborne doet hier zijn wederoptreden.
Ik vertrek in de laatste gelederen en hoop zo lang mogelijk aan te klampen. Dat valt beter mee dan verwacht en ik zal uiteindelijk alleen in de twee bevoorradingszones even op wandelen overschakelen. In de laatste kilometers steekt de competitiedrang weer de kop op en kan ik nog een aantal plaatsen opschuiven. Met een gemiddelde van net boven de 11 kilometer eindig ik een half minuutje achter mijn reisgenoot Jean-Marie Haekens. Een drie kilometer voor het einde , net op de plaats waar fotograaf Jo Defrère zich heeft geposteerd, mis ik een afslag en trek ik een hele sliert lopers mee in mijn zog. Gelukkig maakt de wegvergissing geen verschil in afstand en heeft mijn ijdelheid om goed op de foto te staan geen gevolgen …
Raphael Van Den Broeck wint in de categorie V3. Voorin moet Jo Vrancken slechts 3 man laten voorgaan. Johnny Geuten pakt de wedstrijd aan als marathonvoorbereiding en eindigt op plaats achttien.
(Foto Jo Defrère: Johnny Geuten)
vri 26/07/2013 19.30 u * Xhendelesse (Challenge L’Avenir) * 10 km * 0:53:10 * 11,2 * 220/429 * 5/15 * ♥♥
Het is niet echt ideaal loopweer vrijdagavond in Xhendelesse temidden van de groene weiden van het plateau van Herve. En na de desastreus verlopen trainingen van de laatste dagen is het ook bang afwachten hoe de benen zullen reageren in deze manche van de Challenge l’Avenir.
Voor de start brengen de meer dan 400 deelnemers met een applaus een laatste groet aan Claudio Ganassin die vorige week op 53-jarige leeftijd aan een hartfalen is bezweken tijdens de Corrida van Hermalle. Ik vertrek vanuit de achterste gelederen en wurm me in de eerste kilometers tussen de tragere deelnemers naar voor. Na een afdaling door de dorpskern is het meteen stevig klimmen op korte maar nijdige hellingen. Ik haal de eerste drie kilometer in 15 minuten. Maar dan begint het serieuze werk. Kilometer 4 met een lange doortocht op een weide kost me 6 minuten. Tussen twee lange klimmen kunnen we gelukkig even de benen strekken in de afdalingen. Ik tuur inmiddels de horizon af op zoek naar Jean-Marie Haekens die ergens in de sliert lopers voor me moet verscholen zitten. Uiteindelijk kan ik hem tussen de zesde en zevende kilometer spotten. Zijn blitse rode trailschoenen hebben hem verraden. Ik kruip hem voorbij in de tweede lange helling. De negende kilometer gaat in dalende lijn. Met 13 km per uur haal ik mijn hoogste snelheid van de laatste maanden. Ik eindig net buiten de eerste helft van het deelnemersveld. Met een gemiddelde van 11 km per uur op dit veeleisende parcours kan ik leven. Op mijn rechtstreekse concurrenten Jean Dessouroux en Roger Dosseray moet ik respectievelijk 9 en 7 minuten toegeven. Ik heb het onderste uit de kan gehaald maar de kan is tegenwoordig snel leeg …
(Foto Sylvain Cobben : Jean-Marie Haekens op de langste helling van de dag.)
zat 03/08/2013 18.30 u * Flémalle (Challenge hesbignon) * 9 km * 0:52:02 * 10,4 * 187/262 * 16/20 * ♥
Op de hoogvlakte van Les Trixhes in Flémalle weet ik al na de eerste hectometers dat ik de benen van de “slechte dagen” heb. Ik heb morgen nog andere plannen en besluit dan maar van de wedstrijd een lichte training te maken. Het gehobbel op de veld- en de bospaden maakt het lopen er wel niet aangenamer op. Ik probeer te genieten van de mooie uitzichten en het bucolische landschap dat je hier aan de rand van de Luikse agglomeratie niet zou verwachten. Ik bereik de sporthal “André Cools” in de “onderbuik” van het peloton waar Jos Biets me nog wat moed probeert in te spreken. Ik moet zijn optimisme echter temperen.
“Après l’effort, le réconfort” in de pétanquezaal. Ik zit aan de Tongerse tafel waar Stijn Vanderbuken weer op zijn duvel krijgt van Jo Vrancken omdat hij te weinig traint. Dat belet hem niet rond de dertigste plaats te eindigen voor Philippe Gheury en Eric Martin, om die twee kleppers maar te noemen.
Jo Vrancken en Michel Zielinski kapen elk een prijs mee in hun categorie. Aan de tafel van Alken verdrinken ze haast in de zegebloemen, of beter de streekproducten. Die zijn voor Maja Van Zand (eerste bij de dames 2) en Béa Strouwen (tweede bij de dames 1) en voor Raphael Van den Broeck (eerste bij de veteranen 3) die Noël en Rosario met 2’30” voorafgaat. De zegereeks van Raphael zal binnenkort helaas onderbroken worden door een ingreep aan de achillespees. De frustratie zal nog groter zijn bij Benny Stulens die zijn riante positie bij de veteranen 1 ziet verloren gaan door een stressfractuur.
zon 04/08/2013 10.30 u * Limbourg (Challenge L’Avenir) * 8,7 km * 0:45:12 * 11,5 * 114/236 * 4/18 * ♥♥
Terwijl Marie-Paule op verkenning gaat in het historische stadje Limbourg, hoog boven de Vesdervallei, ga ik van start in mijn tweede wedstrijd in minder dan 24 uur. De uitdaging van deze loop is het steile pad dat naar de aankomst leidt in een parkje buiten de stadsmuren. Na een paar honderd meter worden we overigens ook al een asfalthelling opgestuurd naar de Chapelle Ste Anne. Ik heb me voorgenomen ditmaal wel tot tegen de grens van mijn mogelijkheden te gaan. De eerste helling verteer ik in in elk geval al goed. Boven aan de Chapelle hoor ik plots “Willy, je suis là!”. Het is Maurice Gilet, een veteraan 3 die gisteren ook in Flémalle heeft gelopen en in de buurt woont. Hij gaat me met de fiets begeleiden en beschrijft me als een copiloot het parcours. Dat verloopt nu voornamelijk over onverharde wegen en in stijgende lijn tot voorbij de vijfde kilometer. Daarna volgen er twee soms flink dalende kilometers waar ik geconcentreerd moet blijven om mijn “verdoofd” rechterbeen in de pas te houden. Ik kan een redelijk tempo aanhouden maar de echte kracht is nog (lang) niet terug in mijn onderstel. Jean-Louis Voss, een veteraan 3 die ik vanaf de start probeer te volgen, loopt in de eerste kilometers al weg. Ik zal uiteindelijk meer dan 2 minuten moeten toegeven. Na een slok gesuikerde drank uit de bidon van Maurice ben ik klaar (hoop ik althans) voor de gevreesde klim naar de finish. Maurice wordt thuis op het diner verwacht en verlaat me aan de voet van de slotklim. Hij drukt me op het hart wat reserves te houden voor het laatste deel. Maar de hitte en de eerste stijgende meters slopen mijn benen. Ik kan even recupereren in de schaduw en op de vlakke “overlopen” tussen de stijgingen in. Maar in de laatste 200 meter moet ik me toch gewonnen geven. Ik schakel over op stappen (zoals ook snellere lopers voor me zoals Philippe Gheury zullen doen) en hou zo nog enkele restjes energie over om de laatste 300 meter vol te maken. Ik eindig voor het eerst in de laatste maanden in de eerste helft van het deelnemersveld. De eindklim kost me wel wat punten maar uiteindelijk haal ik nog net een “voldoende” op mijn wedstrijdrapport.
In de uitslag komen slechts 3 “provinciale” Limbourgeois voor: naast uw dienaar nog Patrick Nijs van Tongeren en zijn vrouwtje Nora Houben. Patrick eindigt op plaats 16 overall en mist net het fictieve podium van de veteranen 2.
Na de wedstrijd degusteren we een middagmaal in het centrum van Limbourg tussen de dagjesmensen – wandelaars, motorrijders en fietsers – en via een tussenstop in Val-Dieu bereiken we Heukelom rond 16 uur.
(Foto Marie-Paule: cooling down met Nora en Patrick.)
vri 09/08/2013 19.30 u * La Gileppe (Challenge L’Avenir) * 9,2 km * 0:47:40 * 11,3 * 274/504 * 10/20 * ♥♥
Een loop in het imposante kader van de stuwmeer van de Gileppe, meer is er niet nodig om mij en mijn superfan Marie-Paule naar de groene hoogten tussen Eupen en Verviers te lokken. Het decor ontgoochelt niet, het parcours valt me wel wat tegen. Er is daar beters te bedenken dan de bochtige en met stenen en wortels bezaaide boswegeltjes en een steile helling naar de parking. Een subjectief gevoel wellicht, maar ook andere details passen niet echt in het plaatje van een organisatie die trots de naam “La Gileppe Trophy” draagt en een heel weekend de massa wil lokken. Voor 5 euro kan er misschien geen sportdrank vanaf maar na de wedstrijd geen pain saucisse meer bij gebrek aan “pain” …
560 deelnemers aan de start, de opkomst in de Luikse challenges blijft verbazen. Ik vertrek in de laatste gelederen, rustig maar geconcentreerd om niet verstrikt te geraken in de massa uitgelaten jongeren en kwetterende vrouwen. Na een kilometer worden we het bos ingestuurd op een helling die door zware tuigen vakkundig is omgewoeld. Iedereen probeert zo goed en kwaad als het kan de boomstronken te vermijden, rechtop te blijven in de diepe voren en naar boven te krasselen. Een halve kilometer verder bereiken we dan een beloopbaar pad. De weg blijft nog een tijd stijgen voor we op een soms smal en verraderlijk pad de afdaling aanvatten. Ik heb een mooi tempo beet maar ik ben toch opgelucht als we een asfaltweg bereiken waar ik zonder risico op een valpartij door mijn nukkig rechterbeen nog lichtjes kan versnellen. Ik passeer de ene na de andere loper en ben benieuwd naar het gemiddelde dat ik haal. Kilometeraanduidingen zijn er niet, ik weet alleen dat we na een goede 6 km opnieuw de startlijn passeren. We lopen nu voor de tweede keer achter de monumentale leeuw (denk aan de aardrijkskundeboeken van de lagere school). Er wacht ons nog een tweede korte ronde. Die begint met een steile klim op klinkertjes van het bezoekerscentrum naar de parking. Mijn benen schreeuwen om rust maar ik bijt door en boven op het vlakke kan ik nog redelijk herstellen. Na een nieuwe irritante passage door het bos mogen we de laatste anderhalve kilometer weer op het asfalt afleggen. Nog even een bangelijk moment in de dalende aankomstzone als mijn rechterbovenbeen even doorknikt. Het is met een zeker gevoel van voldaanheid dat ik de chip uit de veters haal. Maar wordt dat gevoel ook bevestigd door de cijfers? De uitslag drukt me met de neus op de feiten: niet eens in de eerste helft van 500 deelnemers … Toch nog te optimistisch geweest!
(Foto Marie-Paule: de opwarming, met de uitkijktoren op de achtergrond.)
maa 12/08/2013 20.30 u * Kermisloop Kozen (Haspengouw Challenge) * 11,5 km * 0:53:51 * 12,8 * 96/180 * 17/28 (55+) * ♥♥
Voor joggings tussen de kermiskramen in de geur van oliebollen moet je in Nieuwerkerken zijn, ditmaal in deelgemeente Kozen. De meute van 180 deelnemers – meestal getrouwen van de challenge – wordt meteen in een nauwe doorgang geperst. Een probaat middel tegen te snel starten en de gelegenheid voor een snel gesprekje in afwachting dat de echte esbattementen worden geopend. Ik dribbel achter Stefan Meekers en Edward Vanhove van Neeroeteren aan. Edward is – zoals ik – onder de indruk van de nauwkeurige wedstrijdnotities van Stefan. Achteraf blijkt dat ik in het spoor loop van de winnaar van het Groot Dictee der Nederlandse Taal. Ook een man dus die graag de puntjes op de i zet. Edward doet het hier rustig aan om een stressfractuur te laten helen. Als we de eerste strook vals plat achter de kiezen hebben en er meer ruimte komt op het asfalt schiet Jean-Marie Haekens me voorbij. Ik wil me vanavond zeker niet inhouden en kan Jean-Marie dus zomaar niet laten weglopen. Ik zit meteen aan een hartslag die ik de voorbije maanden op training niet meer heb bereikt. Na een goede ronde is de “Sturm und Drang” van Jean-Marie geluwd. Opgejaagd door Jean-Marie ben ik nu wel fel van stapel gelopen, maar ga ik dit tempo vijf ronden kunnen volhouden? In de tweede ronde schuift Kris Govaerts voorbij. Met kleine pasjes maar een hoog omwentelingsritme laat hij mij achter. In de volgende ronden kan ik stelselmatig plaatsen inwinnen. Ik ga ook een “Tom Sport” loper van Bilzen voorbij – dat blijkt Frank Oosterbosch te zijn. Maar Frank heeft zijn race beter ingedeeld en zal me – met enkele andere lopers – in de laatste ronde weer inrekenen. In de derde ronde kom ik in het spoor van de Alkense trio Greta Philippaerts, Bea Strouwen en Maja Van Zand. Maar deze dames zijn geharde wedstrijdloopsters en vechten voor ieder meter. Op Greta en Bea maak in de eindfase sowieso geen meter meer goed. En Maja die ik op het einde van de derde ronde wel heb kunnen inhalen maakt haar achterstand in de laatste ronde op karakter weer goed en snelt me op de laatste rechte lijn in het flikkerlicht van de kermisattracties weer voorbij.
Ik haal een gemiddelde van bijna 13, mijn rechterbeen heeft stand gehouden. Mijn subjectief gevoel is er een van tevredenheid, de objectieve wedstrijdstatistieken zijn minder hoopgevend. Zoals vorige vrijdag aan de Gileppe.
Geen douches in Kozen. Daarvoor moeten we naar het buurdorp Nieuwerkerken. Dat doen we niet, we sluiten de kermisavond af met een hotdog en enkele frisse pintjes.
(Foto Ben Cox: Maja Van Zand in het peloton.)
vri 16/08/2013 19.15 u * Lambermont (Challenge L’Avenir) * 8,4 km * 0:44:00 * 11,5 * 189/422 * 6/19 * ♥
Voor de tweede keer deze week naar de kermis. Tenminste voor Marie-Paule, want ik zal niet veel plezier beleven aan mijn uitstap naar Lambermont bij Verviers. Opnieuw een wedstrijd dus, in de hoop de conditie-opbouw te versnellen. Maar tijdens het inlopen voel ik het al: “flanellen benen”. En de illusie dat het tijdens de loop zal verbeteren moet ik ook al snel laten varen.
De aankomst bevindt zich op de steile hoofdstraat van het rommelige centrum van Lambermont. De organisatoren zijn mild en laten ons starten op de top van de helling. We maken een lus en mogen in de afdaling paraderen tussen hagen enthousiaste toeschouwers. Na wat draaien en keren in een betere woonwijk kunnen we opnieuw snelheid maken in de afdaling naar de Vesdervallei. Om mijn benen niet helemaal op te blazen hou ik het bij een rustige tred. In de vallei herken ik de koekjesfabriek van Delacre. Vorig jaar was ik hier ook in de buurt tijdens de loop van Wegnez. We krijgen nu een fikse klim op het asfalt voorgeschoteld. In de aanloop gaat Anne Pons me voorbij. Zij eindigde net voor me aan de Gileppe. Ik doe een poging om haar tempo te volgen. Dat lukt redelijk in het eerste deel. We nemen een bocht en zien nu dat we nog maar in de helft van de helling zijn. Boven neemt Anne afstand en als we het bos indraaien kiest ze helemaal het hazenpad. Ze zal 35 plaatsen voor me eindigen. We moeten nu enkele kilometers over een smal bospad. Ontspannen lopen is nu niet meer aan de orde. Ik heb al mijn concentratie en (verminderde) spierkracht nodig om recht te blijven. Klimmen en dalen tussen boomwortels en keien, ik kan het missen als kiespijn. Als uitsmijter krijgen we nog een heel steile strook die ook al in het parcours van Wegnez zat. Na enkele meters stapvoets geraak ik toch boven. Eindelijk weer op het asfalt. De frisheid van het bos en het gedwongen lage tempo hebben me goed gedaan. Ik kan het ritme een beetje opkrikken en nog enkele plaatsjes inwinnen. In de slotklim ga ik ook nog voorbij de fel toegejuichte (plaatselijke vedette?) Julie.
Het zit er weer op. Ik grijp naar een blikje Red Bull om weer op mijn positieven te komen. Als we om 10 uur terug thuis zijn staat de uitslag al op het net. En die is onverwachts beter dan aan de Gileppe waar ik nochtans met een beter gevoel was binnen gekomen. De sterke veteraan 3 Alain Waerts is ook weer in het land maar moet toch de mij onbekende Nando Caria laten voorgaan.
(Foto Marie-Paule: Nog enkele meters tot de finish. Let op bij het vergroten van de foto: niet geschikt voor gevoelige kijkers.)
24/08/2013 Ups en downs op training
Gisteren heb ik nog eens een training met een goed gevoel kunnen afsluiten. Ik kon een uurloopje onder meer over de St. Pierre, een klim van ongeveer 1300 meter en een kleine 5% stijgingspercentage, met redelijk frisse benen afwerken. Dat is een nieuwe opsteker na mijn zondagstraining met de Zweitlanceurs. Toen heb ik voor het eerst in vier maanden nog eens anderhalf uur kunnen volmaken op een gevarieerd parcours. Maar met de ups moet ik ook de downs voor lief nemen. En die waren er ook: dinsdag was het harken op een vlakke 11 km langs het kanaal. En woensdag was het helemaal ellende troef.
Morgen pas ik voor de geplande loop in Embourg, afgeschrikt als ik ben door de verhalen van twee ervaringsdeskundigen, Jo Vrancken en Philippe Gheury. Ze waarschuwden me beide voor een lange, monsterlijk steile helling, die op de kop toe twee keer dient beklommen te worden. Volgend weekend zal ik wel een loopje uitkiezen in het overvloedige aanbod op het einde van de vakantie.
zat 31/08/2013 19 u * Fumal * 11,4 km * 0:54:39 * 12,5 * 45/88 * –/– * ♥♥
Een nieuwe naam in het Luikse joggingcircuit, Fumal, een kleine vlek, mooi gelegen in de Mehaignevallei tussen Hannuit en Hoei. De organisatie heeft alle troeven in handen om een plaats te krijgen op de Hesbignonkalender, niet in het minst een gevarieerd parcours in een schitterende omgeving. Na een weekend relatieve rust wil ik me weer meten met andere loopfanaten.
Het peloton is klein deze keer. Ik herken heel wat getrouwen van de Hesbignon en de Condruzien. Jos Biets heeft zijn poulain Domenico Di Vito meegebracht die na de zomervakantie opnieuw in het goede ritme komt. In Gotem was hij al 2 minuten sneller op de 10 km dan in Kozen. Domenico heeft hier 51′ nodig over ruim 11 km.
Na een desastreuze donderdagtraining (steendood na een 16 km-loop in en rond de Jekervallei) kan ik alleen maar hopen dat ik deze opdracht met een beter gevoel kan afwerken. De eerste kilometer op het Ravel-fietspad is vlak en gaat in 4:37. Dat is al een redelijk begin. Vanaf de tweede kilometer begint de weg te stijgen, eerst over een veldweg, daarna op asfalt. Ik heb een ritme gevonden dat ik mijn benen niet opblaas en toch nog de indruk heb dat ik vooruit geraak. Ik zie Etienne Vanderschelden zo’n 50 meter voor me en kan voor de top tot een vijftiental meter naderen. Mooi, maar we moeten beiden onze meerdere erkennen in Dominique Renier die eerst mij, daarna Etienne op de helling voorbij stoomt en ter plaatse laat. Rond de vijfde kilometer, op het hoogste punt van het parcours, heeft Etienne weer wat meer afstand genomen. Het lijkt mij een mooie uitdaging om hem bij te halen – zoals in de “good old days”, vorig jaar bijvoorbeeld – en ik kan dus niet even freewheelen om van het uitzicht te genieten. We komen nu op een deel van het parcours dat ik van een vroegere loop herken, Fallais, zoals later blijkt. Een afdaling in een hobbelige weide is niet echt mijn ding de laatste maanden maar ik probeer er toch de vaart in te houden. In een chicane met een diep karrenspoor verlies ik ei zo na het evenwicht. Een kilometer verder draaien we een hobbelige kasseiweg in. “Weer die vervloekte chaussée romaine?”, spookt het door mijn hoofd. Met dichtgeknepen billen (ik bespaar u geen enkel detail!) geraak ik weer op het asfalt. In een afdaling draai ik het gashendel nog eens open. Die dekselse Etienne draaft intussen nog altijd voor me uit. In de beklimming naar het kasteel van Fumal kan ik het gat eindelijk dicht lopen. We draaien samen het kasteelpark in. De kilometerlange achtervolging is een uitstekende training geweest om weer competitieritme op te bouwen. Ik vind dat het nu welletjes is geweest en ik besluit mijn tempo aan te passen aan dat van Etienne. In de spurt zullen we dan wel zien wie nog het meeste over heeft. We passeren samen een groepje supporters. Daar staat ook Marie-Paule die na haar traditioneel bezoek aan de bezienswaardigheden van het dorp de aankomst van de vedetten niet wil missen. We zijn nu al kilometers aan het dalen. Rond de negende kilometer, als we opnieuw in het dorpje zijn, is het weer tijd voor een nijdige helling van een 500-tal meter. Ik bouw enige reserve in en bereik samen met mijn gezel de top na 10 kilometer. In de laatste anderhalve kilometer worden we nog een bos ingestuurd. Gelukkig heb ik de weg herkend want het is er al flink donker. Als we weer in het licht komen is de finish dichtbij. Ik geef het tempo aan, Etienne volgt. Ik versnel in de laatste kronkels door het grasland aan de finish maar tegen de spurt van Etienne ben ik niet opgewassen. Het zij zo. Alleen jammer dat ik nu net niet op de eerste bladzijde van de uitslagenlijst sta!
We sluiten de geslaagde avond af met de traditionele pain-saucisse en blonde Leffe.
(Foto’s Marie-Paule. Foto 1: In het tegenlicht van de laaghangende zon herkent u hopelijk Domenico en uw dienaar. Foto 2: Etienne Vanderschelden pakt uit met een demarrage in de laatste meters. )
vri 6/09/2013 19 u * Stembert (Challenge L’Avenir) * 8,6 km * 0:41:37 * 12,5 * 116/433 * 6/14 * ♥♥♥
Na Lambermont, in de rand van Verviers, veertien dagen geleden, zijn we nu een boogscheut verder voor een nieuwe portie loopplezier. Dat mag ik alleszins hopen. In Stembert hebben ze een grote parking voorzien op een weide en dat is geen overbodige luxe voor een jogging met meer dan 400 deelnemers. In Stembert hebben ze ook goede frieten, aldus Marie-Paule. Maar het beste ontdek ik pas tijdens de wedstrijd, een schitterend parcours in een groen decor.
Ik vertrek met de intentie om mezelf niet te sparen en vooruitgang te boeken in conditie en resultaat. Maar de eerste stijgende kilometer en zere benen verplichten me al meteen het tempo te matigen en mijn ademhaling onder controle te houden. Na 2 kilometer duiken we een bos in. Smal en moeilijk beloopbaar door boomwortels en kuilen. Ik heb uit het profiel kunnen afleiden dat de moeilijke passage na een goede 3 km voorbij is en beperk me tot het volgen van het tempo van mijn voorgangers. Waar het pad omhoog gaat, zakt dat tempo tot ruim onder de 10 per uur. De voorlopige balans na 3 km: meer dan 16′. Hoog tijd om wat snelheid te maken. Dat kan ook, op nu goed beloopbare en brede paden, nog steeds in het bos. Zoals in Fumal heeft de plaatselijke kasteelheer zijn park opengesteld voor de joggers. Ik haal nu een gemiddelde van 13,5. Na een vijftal kilometer komen we uit op de rijweg. Ik voel me voor het eerst in maanden weer in mijn sas op een strook vals plat op het asfalt. We zijn nu op het hoogste punt van de ronde en mogen smullen van een afdaling van een kilometer. Met de hulp van het parcours kan ik nog eens een kilometer afleggen rond de 4′. Ik haal nu heel wat voorgangers in en word alleen in de afdaling door twee jonge snelheidsduivels voorbijgesneld. We zoeken opnieuw kleinere asfaltwegen op en moeten nog enkele glooiingen overwinnen. Maar dat lukt prima. Het is een geruststelling dat ik mijn tempo kan vasthouden in kortere lopen onder de 10 km zoals ze die in de Challenge L’Avenir graag uittekenen.
Ik kom uit op een plaats even buiten het eerste kwart van het peloton. Voor u mij met complimenten overlaadt (wat wel mag natuurlijk) toch even vermelden dat de kwaliteit van het deelnemersveld beduidend lager lag dan de kwantiteit. Er deden nog al wat plaatselijke “vrijetijdslopers” mee die wel met veel enthousiasme van start gingen maar na een furieus begin al vlug stonden uit te hijgen langs de weg. In mijn categorie eindig ik in het spoor van twee collega’s, onder meer Jean-Louis Voss die me in Limbourg nog twee minuten aan de broek lapte. De eerste twee veteranen 3 klaren de klus in 36 minuten. Maar die horen eigenlijk bij de klasse “rijpere atleten” waar wij eerder als oude(re) recreanten moeten gecatalogeerd worden. Na de wedstrijd kan ik voor het eerst enkele woorden wisselen met Jean Dessouroux. “Ik was voor Nando Caria en Alain Waerts ( de later nummers 1 en 2) vertrokken, maar tegen hun tempo was geen kruid gewassen” aldus – vrij vertaald – Jean die dit jaar nochtans in een benijdenswaardige vorm steekt.
(Foto Marie-Paule: Winnaar Arnaud Renard.)
zat 14/09/2013 15 u * Voeren ( Challenge de la Province de Liège) * 11,3 km * 0:54:26 * 12,5 * 51/143 * 5/13 * ♥♥♥
Zaterdagmiddag zijn we in Voeren voor de Voerloop, het buitenbeentje in de Challenge van de provincie Luik. Bij deze tweede editie blijkt nogmaals hoe moeilijk het is om de grote massa naar het veld van F.C. Fouron te lokken. Nochtans is het pittige en uitdagende parcours een pareltje in het genre.
We kijken eerst met meer dan gewone belangstelling naar de korte loop van 4,7 km waar twee bekenden aan de start staan. Jules Crouzen van Kanne haalt een gemiddelde van 3’48” per kilometer en legt beslag op de tweede plaats. Een prestatie die ook door zijn fans Pieter Vrijens en een jonge dame wordt gesmaakt. De tweede bekende is Servais Halders die na veel blessureleed de race pijnvrij maar door zijn conditionele achterstand niet zonder moeite kan uitlopen. Voor Servais die in de officiële uitslag vermeld staat als “Débutant Hommes” is deze loop hopelijk het begin van een nieuwe carrière bij de veteranen 3. We kijken al uit naar de duels volgend jaar met Alain Waerts en “Monsieur Mystère” Nando Caria.
Mijn ambitie voor de start is de wedstrijd in een redelijk tempo af te werken zonder volledig in het rood te gaan. Ik hoop op een tijd onder de 55 minuten. Op training heb ik het heel rustig gehouden om mijn benen te sparen. Marie-Paule heeft woensdag in Scherpenheuvel zelfs een kaars laten branden …
We mogen beginnen met een afdaling maar eenmaal in het centrum van ’s Gravenvoeren loopt de weg onherroepelijk omhoog. Dan volgt een fikse afdaling van enkele honderden meters en de eerste van twee stroken vlak. Ik zit van bij de start goed in het ritme. De BJC- loper (lees Bilzerse Jogging Club) Paul Hendrix volgt in mijn spoor. De smalle passage langs de Voer dwingt ons in “file indienne” te lopen en is meteen een rem op een eventuele drang naar voren. Temeer omdat ik weet dat er een moeilijke klim in het bos volgt. Midden in het pad loopt er een geul waarlangs het water zich bij regenweer een weg baant. Goed voor het water, hinderlijk voor ons. Er schijnt geen einde te komen aan de ellende tot ik me realiseer ik me dat precies deze strook vanwege een gedwongen parcourswijziging een stuk langer is dan vorig jaar. In elk geval probeer ik geen overbodige energie te verspillen. Paul neemt nu enkele meters voorsprong die ik – eenmaal op het vlakke – snel kan goed maken. Een felle en lange afdaling brengt ons weer naar de vallei. Voor de tweede keer stuiven twee lopers – een man en een dame – me voorbij in een afdaling. Ik mag dan al enige reserve ingebouwd hebben in het begin, ik wil me toch niet door die dame laten aftroeven. Ik verhoog het tempo om voeling te houden. Paul Hendrix moet loslaten. Hij zal uiteindelijk een half minuutje na mij binnenlopen. We zijn ongeveer halverwege als we de tweede vlakke strook in Altenbroek opdraaien. Ik kan me vasthaken aan het wagonnetje van Etienne Buckinx en Lambriny Philis, de twee onstuimige dalers van daarnet. Het is wel wat harken maar ik verlies toch geen terrein. De tweede lange helling komt eraan. Etienne moet al snel inhouden om Christine niet achter te laten. Uiteindelijk finishen ze op kleine achterstand, enkele plaatsen achter me. Ik verteer de klim op het grind vrij goed en kan nog enkele plaatsjes inwinnen. Boven op het plateau van de Snauwenberg nemen we een scherpe bocht naar links. De wind blaast hier op volle kracht. Tegen, wel te verstaan. Ideaal om hier in de beschutting van een groepje te lopen. Maar voor en achter me zie ik alleen eenzame strijders. Ik had gehoopt deze winderige strook met Paul Hendrix te kunnen aanpakken. Niet dus. Omdat mijn achterligger wel eens het snode idee zou kunnen hebben om zich achter mijn rug te komen verschuilen wil ik het tempo zeker niet laten zakken. Langzaam zie ik hem terrein verliezen. Voor mij loopt ene Gilles – Gilles Daman leert de uitslagenlijst – maar hem kan ik pas na een kilometer inhalen waar de wind wat aan kracht heeft ingeboet. Overigens loopt hij in de afdaling toch weer van me weg. Ik ga nu voluit in de afdaling vanaf kilometer 10 maar zie toch nog twee snellere jongens aan mij voorbij denderen. In de slotklim op de Mennekesput moet ik nog twee jonge krachtpatsers laten voorgaan. De aanmoedigingen van onder meer Mevrouw Halders helpen me de laatste klimmende hectometers te overwinnen. Binnen onder de 55 minuten, opdracht volbracht. Enkele plaatsen te ver voor een notering bij het eerste derde van het peloton, jammer. Vijfde in mijn categorie, daar kan ik mee leven.
In Voeren zie ik voor het eerste in lange tijd nog eens mijn CJPL-vrienden au grand complet terug. Voor wie niet goed bij de les is: CJPL is de challenge van de provincie Luik. Jo Vrancken weet al van bij de start dat een overwinning hier moeilijk zal zijn. De boomlange Eupenaar Cedric Vanaschen schiet als een pijl uit een boog weg bij het vertrek, aldus Guido Vrancken, vader van, en haalt het met een kleine minuut op Jo. Ook hoog in de ranking staan Kris Pipeleers – mede-organisator – uit Voeren op plaats 9 en Jo’s Tongerse kompaan Stijn Vanderbeuken op plaats 14 die zonder noemenswaardige training hier een gemiddelde van 14 per uur haalt. Richard Mathot die ik voor het eerst terugzie sinds Warsage is duidelijk in goede doen met een tijd van 50′. Het podium van de veteranen 3 staat op een zakdoek bijeen. Roger Dosseray haalt het nipt voor Jean Stevens. Met Roger vocht ik vorig jaar nog een homerisch duel uit op de hoogvlakte van de Snauwenberg. We moeten er beiden aan terugdenken tijdens de loop. Sindsdien is er heel wat water van de Voer naar de Maas gevloeid … Roger mag dan wel het hoogste schavotje van het podium bezet hebben, hij zal ook bewonderend hebben opgekeken naar de prestatie van de onverslijtbare Jean Stevens. “Il galope” aldus Roger over de man die spot met het ontbreken van een categorie veteranen 4 in de Challenge van Luik. En de derde op het podium, Claude Herzet, voelt zich de laatste maanden herboren sinds hij het gerstenat heeft afgezworen. We overlopen de uitslag verder. Tussen de top 3 en uw dienaar heeft Benny Claes, veteraan 2, zich genesteld. Willy Hertogen en Jean-Pierre Immerix bereiken de eindstreep in elkaars gezelschap. Met een gemiddelde van 12 per uur is Jean-Pierre licht ontgoocheld. Jean-Pierre kiest de laatste maanden liever voor vlakke Limburgse wedstrijden. Vooral de afdalingen in het Luikse circuit spelen zijn geteisterde knie parten. Het verloren terrein heuvelafwaarts moet hij trachten in te halen in de stroken bergop. Maar Jean-Pierre baalt omdat hem net de eerste klim de adem heeft afgesneden. En tenslotte nog dit. Bij de nabespreking in de kantine verneem ik dat Paul Hendrix die een hoofdrol speelt in het eerste deel van dit verslag, de schoonbroer is van mijn betreurde collega Truda. Eindelijk hoort er een gezicht bij de favoriet van Vic.
(Archieffoto Jo Defrère: Het onafscheidelijke trio, vlnr: Stijn Vanderbeuken, Jo Vrancken en Benny Claes. Foto 2: Het podium.)
zat 21/09/2013 17 u * Bas-Oha (Challenge hesbignon) * 10,8 km * 0:56:44 * 11,5 * 91/238 * 3/11 * ♥♥
We zijn pas in de kantine na de wedstrijd of het Leffe-vat is al leeg. Mijn vat is na een half uur ook leeg in Bas-Oha, aan de oever van de Maas, stroomopwaarts van Hoei. In de eerste 7 kilometer loopt het nochtans redelijk. Na een vlakke aanloop krijgen we in de tweede kilometer al meteen een stevige helling van zo’n 7% voorgeschoteld. Voor mij uit ontwaar ik Domenico Di Vito in geel-zwarte outfit. Domenico is voorzichtig gestart nadat hij gisteravond een duurloop afwerkte in Alken. “Meer dan 16 kilometer afgelegd” aldus een apetrotse Truienaar die koppel vormde met Michaël Mertens. Een goede kilometer verder volgt er nog een tweede klim. Boven verdwijnt Domenico uit mijn gezichtsveld. Hij wordt afgeklokt na 52′ in de buurt van Benny Claes en Noël Heptia. Op het einde van de helling heb ik bij twee lopers kunnen aansluiten. We draaien op het vlakke op een tempo rond de 13 km. Ik kan me een poos in hun spoor handhaven maar bij een stuk vals plat moet ik eerst de “rode” en daarna de “gele” laten gaan. Eindelijk het bord van de zes kilometer. Het wordt tijd dat ik de benen kan ontspannen in een afdaling. Na een half uur is het zover. Een scherpe bocht naar links en we duiken naar beneden. De weg lijkt alsmaar steiler naar beneden te gaan. Tot 17%? Van ontspannen lopen is er geen sprake. Ik moet remmen “op de bovenbenen” om niet tegen het asfalt te slaan. Ik loop nu alleen maar verwacht dat de achtervolgers soepeler dalen en mij op de nek gaan vallen. Ik draai toch nog met een kleine voorsprong een smal bospad in. Van het vagevuur naar de hel! De bruuske stijging tussen de boomwortels snijdt mijn adem en benen af. Ik moet gaan stappen. Een eerste groepje achtervolgers laat me ter plaatse. Boven probeer ik weer op gang te komen. We lopen nu constant op onverhard terrein. Het eerste stuk afdaling is zo glad dat ik opnieuw zo goed als stil sta. Na een doortocht op gras krijgen we nog eens een felle klim en gevaarlijke afdaling voor de voeten. Nog meer achtervolgers halen me in. Op de achtste kilometer heb ik 7 minuten nodig. Mijn moreel is nu onder het nulpunt gezakt. Heelhuids door het bos geraken en op het vlakke – deels asfalt, deels gras – proberen standhouden, dat lukt nog net. Als ik me na de finish omdraai zie ik plots Kris Govaerts achter me opduiken. Het smalle graspad langs de spoorlijn in de laatste kilometer heeft me net uit de greep van Kris gehouden en levert me onverwachts de derde plaats op. Een plaats op het podium is te veel eer voor de prestatie van vandaag. Voor mijn gevoel wordt de degelijke eerste helft – met een gemiddelde van 12,6 op een voornamelijk stijgend parcours – overschaduwd door een rampzalige tweede helft – met een gemiddelde van 10. Wel duim omhoog voor de kleedruimte en de douches van de Royale Jeunesse Sportive van Bas-Oha!
( Foto Marie-Paule: Nog eens samen met Noël Heptia op het podium. We nemen stiekem het hoogste schavotje in van de afwezige winnaar Roger Igo. Roger eindigt op plaats 26 overall met een voorsprong van respectievelijk 8′ en 4′ op Noël en mij. )
* De percentages zijn ruwe schattingen. Voor de juiste gegevens vertrouw ik op het verslag van Stefan Meekers, ook tussen de deelnemers.
zat 28/09/2013 15.30 u * Awans ( Challenge de la Province de Liège) * 10,8 km * 0:43:08 * 13,8 * 59/196 * 5/16 * ♥♥♥♥
Na de strapatsen van vorige week heb ik deze keer een rustiger parcours uitgezocht. Dat vind ik in Awans waar er een typische Challenge van Luik-ronde is uitgetekend: twee golvende lussen op verharde ondergrond. Voor het eerst in maanden is Gerard Thiessens opnieuw van de partij. Over zijn wedstrijdconditie heb ik en hijzelf ook het raden. Voor mezelf hoop ik op redelijke benen. Geen superbenen, een mens leert na een tijd zijn limieten aanvaarden.
In de eerste meters moet ik al twee keer uitwijken voor een wild startende jongeman die van links naar rechts en omgekeerd zwenkt om drie plaatsen te winnen. Ik zal hem met veel plezier voorbij lopen in de tweede ronde. Na een kilometer worden we een licht stijgende ruilverkavelingsweg opgestuurd. Gerard die vlak achter me is gestart, kan zich niet beheersen en gaat me voorbij. Boven op de helling ga ik zelf voorbij Willy Hertogen die – aan zijn ademhaling te oordelen – de tol betaalt van een snelle start. Ik kan een gemiddelde van rond de 14 aanhouden op de vlakke stroken. De longen krijgen het even flink te verduren als we ons door een rookgordijn moeten worstelen. Een inboorling heeft net de zaterdagmiddag uitgekozen om vuurtje te stoken. Op een tweede langere helling – rond kilometer 3,5 – haal ik Gerard weer in. Hij zal anderhalve minuut na me finishen. Na een lange zachte afdaling passeren we voor de eerste keer de sporthal en aankomstlijn. In de tweede ronde lopen we een bijkomende lus rond een voetbalveld. In een windstrook rond de zevende kilometer verschuil ik me achter de rug van enkele grotere lotgenoten . We nemen nu een scherpe bocht naar rechts waar we een goed zicht hebben op voor- en achterliggend verkeer. Ik kan geen bekenden spotten en ga in mijn eigen ritme verder. Met de wind in de rug neem ik afstand van het groepje. Ik ga een François in groen shirt voorbij (later geïdentificeerd als François Daman) maar die zal me met een sterke laatste kilometer weer achter zich laten. Ook de tweede beklimming van de lange helling levert geen probleem op – voor mezelf het teken dat het goede gevoel langzaam begint terug te keren – integendeel, ik kan nog enkele plaatsjes opschuiven. Willy Hertogen vertelt achteraf dat voor hem hier het licht uitging. Als ik de finish bereik staan de snellere Limburgse deelnemers in groep bijeen om de eerste indrukken uit te wisselen. Die zijn alvast gunstig voor Patrick Nijs. Hij pakt de eerste prijs bij de veteranen 2.
Uit de nabespreking in de kantine leid ik af dat de tactiek voor ons, anonieme “meelopers” in de grote massa, vrij eenvoudig is. Je probeert van begin tot einde een zo hoog mogelijk tempo aan te houden. Je volgt je voorganger en als het even kan ga je hem voorbij. En zo opnieuw bij de volgende tot je ergens strandt. Voor mij is dat vandaag op plaats 59. Daar kan ik vrede mee hebben. Weliswaar nog altijd zo’n 2 minuten achter Claude Herzet en Jean Stevens maar wie weet kan ik in de volgende maanden nog wat van mijn achterstand afknabbelen. Maar voor wie in de voorste gelederen meedoet voor de knikkers is de wedstrijdtactiek niet zo eenvoudig. Daar spelen niet alleen snelheid en brute spierkracht mee, maar ook doorzicht, sluwheid en opportunisme. In de spits van het peloton worden tactische manoeuvres uitgevoerd en bondgenootschappen gesloten waar de gemiddelde vrijetijdsjogger geen besef van heeft. Iedereen beloert iedereen. Dorian Sacco sluit zich af van de buitenwereld – om zijn concurrenten van de wijs te brengen? Dominique Venturelli die in het challengeklassement de hete adem van Jo Vrancken in de nek voelt, laat het initiatief over aan zijn concurrent. Jo, tweede vandaag, wacht zijn ogenblik geduldig af alvorens toe te slaan. Vandaag kan hij ook rekenen op de steun van Koen Vangrieken die zo vriendelijk is om de derde plaats van Dominique af te snoepen. Winnen doe je met het hoofd en de benen!
(Foto CJPL: Jo Vrancken leidt voor Dominique Venturelli. Verder in het groepje Koen Vangrieken, met nummer 964.)
zat 5/10/2013 16 u * Gemmenich (Challenge L’Avenir) * 10,7 km * 0:51:04 * 12,5 * 72/186 * 6/12 * ♥♥
Als ik de wedstrijd van Gemmenich in mijn loopagenda aankruis, heb ik nog het idee dat ik voor de eerste keer in de drielandenregio zal aantreden. Bij Marie-Paule rinkelt er wel een belletje. Even gaan piepen in de annalen en inderdaad, vorig jaar stond ik er ook al aan de start. Na het herlezen van mijn verslag kan ik me de loop van 2012 weer gedeeltelijk voor de geest halen. De klim is een blinde vlek, de lange afdaling in het gezelschap van Jean Dessouroux staat wel nog in mijn geheugen gegrift. Ik kijk ook met enig ongeloof naar mijn tijd van 46 minuten. Onder de 50 minuten blijven zou dit jaar al een succes zijn. Nadat ik de training van woensdag met pijn in de benen heb afgewerkt, heb ik een dagje bijkomende rust genomen. Nu maar hopen dat de spierpijn achterwege zal blijven.
De eerste vlakke kilometer voorspelt alvast weinig goeds. In het dorp krijgen we al een eerste hellende strook af te werken. Eenmaal buiten de bebouwing kronkelt een asfaltweg met steile haarspeldbochten het bos in. Ik haal hier gemiddeld 10,5 per uur. Niet denderend maar sneller dan de veteranen 3 die op de plaatsen 3 tot en met 5 zullen eindigen. Misschien kan ik voorbij de top de benen enige ontspanning bieden om opnieuw snelheid te zoeken in de lange afdaling die voor ons ligt. Maar de pijnlijke prikkels in de onderbenen willen niet wijken. Een eerste groepje schuift me al op het vlakke gedeelte in het bos voorbij. In de kilometerlange afdaling word ik overspoeld door lopers die ik in de klim heb achtergelaten. De zesde en snelste kilometer doe ik in 4’10” maar dat is ondermaats op een parcours waar je een goede tijd uit de afdaling moet puren. De frustratie is zo mogelijk nog pijnlijker. Terwijl we ons naar Moresnet met zijn bekende kruisweg reppen, vraag ik me af: “Zou ik niet beter een einde maken aan mijn eigen kruisweg, zou ik er na vandaag niet beter helemaal de brui aan geven?”. Ik schuif de zwartgallige gedachten opzij en sukkel tot aan kilometer 9. Met de moed der wanhoop kom ik boven op de tweede kortere beklimming tussen de weiden. De benen zijn nu volledig stuk en zelfs de laatste vlakke kilometer is een foltering. Na 51 minuten word ik eindelijk uit mijn lijden verlost. Mijn gezel Gerard Thiessens is na een voorzichtige start gaandeweg beter in de wedstrijd gekomen, hij vond zelfs de laatste helling nog meevallen. Gerard kan wel nog genieten van de terugweg over de groene heuvels en dalen van Sippenaeken en Voeren …
zon 13/10/2013 11.15 u * Alleur (Challenge de la Province de Liège) * 10,6 km * 0:48:40 * 13 * 94/328 * 6/25 * ♥♥♥♥
Het is bitter koud als we ons zondagochtend naar de inschrijvingstafel begeven op de parking van de Decathlon in Alleur. De loop wordt door de organisatie aangeprezen als “de vlakste van het seizoen”. De kenners Willy en Jean bevestigen. Na afloop moet ik de beschrijving toch lichtjes bijstellen tot “zacht glooiend”. Er blijkt zelfs een kilometertje onverhard tussen te zitten. De wind zal in elk geval een rol spelen, zoveel is duidelijk. Maar het zijn niet de externe omstandigheden die me bezighouden voor de start, wel mijn staat van paraatheid, of beter die van mijn benen. De trainingen van de voorbije dagen hebben mij niet optimistischer gestemd na de mentale opdoffer van Gemmenich. Ik besluit alvast voorzichtig te starten. Na een halfuurtje opwarming en enkele schuchtere pasjes in de aerobics-sessie op de parking, geleid door een enthousiaste juffrouw, zijn we om kwart over elf op bedrijfstemperatuur als de loop op gang wordt gefloten.
De eerste anderhalve kilometer leg ik af achter de brede rug van Willy Hertogen die met ongeveer 13 per uur het ideale ritme aangeeft. De benen geven gelukkig niet de alarmsignalen van vorige week. Ik zie Gerard Thiessens een kleine 50 meter voor me uit maar ik gun mezelf de tijd om de kloof te dichten. Rond de derde kilometer loopt de asfaltweg uit op een veldweg waar de regen van de voorbije uren voor de nodige gladheid heeft gezorgd. Mooi in het rijtje blijven lopen en enige afstand houden, is hier het devies. Terug op het verhard – een ruilverkavelingsweg – moeten we eerst een dikke steen ontwijken om onze weg voort te zetten. Voor Stijn Vanderbeuken eindigt hier ei zo na de wedstrijd maar mannen van Diets-Heur kunnen tegen een stoot – tegen voormelde steen – en lopen verder ondanks de pijn. Intussen heb ik de kaap van de 5 kilometer gerond onder de 23 minuten … en vecht ik alleen tegen de wind. Voor me loopt Gerard die zich slim in een groepje schuil houdt. Ik kan de neiging onderdrukken om in één ruk aansluiting te zoeken en schuif geduldig – meter per meter – korter bij. Ik ga het groepje voorbij, Gerard schuift mee in mijn spoor. Gedurende anderhalve kilometer pas ik mijn tempo aan om mijn trainingsmaat op sleeptouw te nemen. Maar ik wil de lopers die ik net ben voorbij gegaan ook niet laten terug komen en ik wacht het ogenblik af om een versnelling te plaatsen. Ik zie mijn kans schoon in een stuk vals plat rond de achtste kilometer. Ik kan hier snel voorsprong nemen en in een nieuwe oplopende strook waar de wind ook nog even flink uit de hoek komt, haal ik ook de eerste twee dames in. Omdat ook de man met de pet – dat is, zo zie ik later in de uitslag, collega veteraan 3 Bernard Marot – achter me weer komt opdagen pers ik er nog een spurtje uit in de laatste bochtige 200 meter. Zelfs in de laatste meters ga ik nog twee lopers voorbij. Dat een van hen op zijn stappen moet terugkeren omdat hij zijn autosleutels heeft laten vallen, maakt het wel wat makkelijker … Na de aankomst bots ik op Claude Herzet die nauwelijks twee plaatsen voor me geëindigd is. Door een blessure in de vorige wedstrijd is hij niet voluit kunnen gaan. Roger Dosseray heeft bijzonder weinig overschot op Jean Stevens voor de tweede plaats bij de veteranen 3. Richard Mathot onderstreept zijn uitstekende vorm door als bijna-veteraan 3 de eerste plaats te pakken bij de veteranen 2. Zelf kan ik een lichte vorm van enthousiasme niet onderdrukken nu ik de wedstrijd zonder spierpijn heb kunnen afwerken.
Na de douche wachten we onder een schamel zeil bibberend op de prijsuitreiking. Aan de Limburgse tafel worden Jo Vrancken (vierde senioren) en Jean Stevens (derde veteranen 3) naar voren geroepen door de speaker die de koude blijkbaar met geestrijke middelen heeft bestreden. Jean zoekt volgende week zonniger oorden op, de minder fortuinlijke tafelgenoten geven elkaar rendez-vous zondag in Jupille.
16/10/2013 (Bijna) iedereen in Dwars door Hasselt
De joggingsport in onze contreien beleefde zondag in Hasselt zijn jaarlijkse hoogdag. Het Belang van Limburg heeft het lyrisch over de “magie” van Dwars door Hasselt die de lopers in groten getale naar de hoofdstad heeft gelokt. Maar de krant heeft de laatste weken papier noch inkt gespaard om alles wat zich op twee benen beweegt warm te maken voor de wedstrijd. Ik neem aan dat enige publicitaire bedoelingen niet vreemd zijn aan de wekenlange voorbeschouwingen en tips en de publicatie van alle uitslagen op niet minder dan 13 bladzijden. Veel volk in Hasselt dus. Ik was er niet. Een volledig onbeduidend detail in dit mega-evenement natuurlijk, maar voor wie het dan toch interesseert: ik ben niet zo gek op massalopen. De 20 km van Brussel bijvoorbeeld staat ook niet op mijn palmares. Mijn laatste deelname aan een organisatie van dit of nog groter kaliber dateert al van … 1996 toen ik me een weg probeerde te banen in de loperszee van de marathon van Rotterdam. De meeste bekenden tekenden wel present. Bij de toppers viel mijn oog op de naam van Dieter Kersten, de winnaar van de 5 kilometer. Deze jongeman komt uit Piringen, het geboortedorp van mijn lieftallige echtgenote en is de buur van atletieklegende Karel Lismont. Zelfs de kritische Karel was bij een eerste gezamenlijk trainingsuitstapje onder de indruk van de broers Kersten en hij bood spontaan om de twee onder zijn hoede te nemen. Met goed gevolg, zo te zien.
Je bent wel even zoet als je de uitslagen van zo’n 12000 lopers wil navlooien in de krant. Ik moest zelfs naar de digitale uitslagenlijst overschakelen om de tijd van Jean-Pierre Immerix terug te vinden. Om eerlijk te zijn, ik was zijn naam verderop in het klassement gaan zoeken. Met een tijd van 1:07 en een gemiddelde van 13,3 op de 15 km bewijst Jean-Pierre dat hij op een vlak parcours weer zijn oude niveau haalt. En wie zie ik daar als winnaar van de 10 km bij de M3? Servais Halders, die na nauwelijks enkele weken training een tijd van 40 minuten neerzet. Als de Voerenaar volgend jaar van blessures gespaard blijft, hebben de heren Waerts en Igo in de Waalse wedstrijden een stevige concurrent bij. Ik kijk er al naar uit. En tenslotte was ik benieuwd naar de prestatie van twee nieuwe namen in de wondere joggingwereld: Jules Crouzen en Pieter Vrijens. De twintigers uit Kanne beëindigen de 10 km broederlijk bij elkaar in 43 minuten. Dat belooft voor de toekomst als de training op de heuvels van Caestert nog meer kracht in de kuiten heeft gepompt.
zon 20/10/2013 11.15 u * Jupille (Challenge de la Province de Liège) * 9,5 km * 0:44:29 * 12,8 * 97/266 * 4/17 * ♥♥♥
Zondagochtend draai ik rondjes in de schaduw van de brouwerij van Jupiler, mijn supporters weten waarom. De temperatuur is aangenaam, de omgeving grauw. De benen zenden weinig hoopgevende signalen uit. Om een Gemmenich-scenario te vermijden zal ik het de eerste kilometers rustig houden in de hoop alsnog enige souplesse in de benen op te wekken. Als we klaar staan voor de start begint het plots te regenen. Maar de weergoden bedenken zich en laten ons verder de loop in droge omstandigheden afwerken. Ik ben voor het eerst in Jupille en kijk ongerust uit naar de zware beklimmingen en afdalingen in het bos die mijn meer ervaren collega’s met veel zin voor dramatiek hebben beschreven.
In de golvende aanvangsronde loop ik in het spoor van Geard Thiessens en Willy Hertogen. Michel Mancini volgt enkele meters verderop. Na een kleine drie kilometer begint het serieuze werk, een bochtige klim van een kilometer afwisselend op kasseien en asfalt. Halverwege moet Willy achterblijven. Na veel zweten en zwoegen bereik ik zij aan zij met Gerard de top. Er wordt ons een korte adempauze op het vlakke gegund vooraleer we het bos van Fayembois worden ingestuurd. Op het dalende pad gooit Geard zich met doodsverachting naar beneden – zo lijkt het althans voor uw verslaggever die het risico schuwt en zich een veilige weg zoekt tussen de wortels, stenen en modder. In het bos kruisen we een aantal traillopers die bezig zijn aan de Ultra van Luik, 65 kilometer alstublieft. Ik ben niet ontevreden als het pad weer omhoog loopt maar Gerard heeft dan al een flink gat geslagen. We verlaten nu het bos en bevinden ons hoog boven de Maasvallei waar de meer vermogende Luikenaar thuis is. Net als je denkt dat je wat snelheid kan maken op een vlak stuk duikt er achter een bocht weer een nieuwe klim op. Even na halfweg meet ik mijn achterstand op Gerard op : 13 seconden. Ik ga Françoise Piscart voorbij die hier al aan haar tweede wedstrijd van het weekend bezig is en gisteren de beste was in haar categorie in de nieuwe wedstrijd in Anthisnes. Ik probeer het tempo op te trekken in een langere afdaling op het asfalt. Maar ik nader geen meter op Gerard. Integendeel, mijn co-rijder gaat zelf enkele concurrenten voorbij. Rechts van me zie ik plots Venturelli senior voorbij schieten. Deze topper amuseert zich in de achtergrond met versnellingen. De weg blijft dalen. We worden nu een smal pad tussen de struiken ingejaagd. Ik maak plaats voor Françoise die zich onvervaard naar beneden stort. Na de eerste aarzelende meters kan ik een mooi tempo aanhouden. Nog even een bangelijk moment als we een haakse bocht naar het dorp moeten nemen. Ik draai wijd uit om niet uit te glijden op het vochtige beton. Weer drie plaatsen kwijt. Niettemin draai ik nu wat soepeler dan in het begin, ik verteer de laatste oplopende stroken nu zelfs beter dan bij de opwarming. Ik kan nog enkele lopers voorbijgaan, onder wie Alain Thirion, een oudstrijder van de challenge die er nog altijd met veel wilskracht maar ook met aanzienlijk meer gewicht tegenaan gaat. Gerard blijft echter buiten bereik. Hij eindigt 5 plaatsen voor me, net voor Johan Jorissen van Maastricht en enkele plaatsen achter Claude Herzet.
Ik tref de andere Limburgers achter de aankomstboog in het park van het Institut Notre-Dame. Jo Vrancken (achtste) en Stijn Vanderbeuken (op plaats 37) zijn er vanaf het begin ingevlogen en staan naar adem te happen en naar het seizoenseinde te snakken. Enkele minuten later ploft een leeggelopen Willy Hertogen naast ons neer. Samen met Gerard ben ik blijkbaar nog de friste van het gezelschap. Niet dat ik er veel voor koop …
25/10/2013 Bij de therapeut
Ga ik eindelijk af geraken van de spierpijnen in de benen die mij nu al enkele jaren teisteren? Zowel op training als in wedstrijden word ik geplaagd door zware benen waardoor ik mijn fenomenale snelheid van vroeger uiteraard niet meer kan halen of volhouden. Bloedonderzoeken, magnesiumpillen, aanpassingen in mijn voedingspatroon, experimenteren met trainingsvormen : niets bracht soelaas. Nu ben ik opnieuw in behandeling bij de sporttherapeut die me enkele jaren geleden van een bilblessure afhielp. Een mechanisch probleem zou aan de oorsprong liggen van mijn klachten. Bij het landen strek ik mijn benen niet volledig uit waardoor de beenspieren die vanuit de heup vertrekken als het ware verwrongen worden. De kinesist neemt nu alle “onderdelen” systematisch onder handen. En thuis ligt het oefenmatje uitgespreid om beenstrekoefeningen uit te voeren. De toekomst zal uitwijzen of ik de legendarische soepelheid van weleer kan terugvinden…
zon 27/10/2013 11.15 u * Luik (Challenge de la Province de Liège) * 9,3 km * 0:41:14 * 13,5 * 60/264 * 4/18 * ♥♥♥♥
Deze keer zijn we in het centrum van de vurige stede Luik voor onze wekelijkse portie loopvertier. Gerard moet enkele rondjes draaien voor hij zijn karretje kan kwijt geraken in de omgeving van het Parc de la Boverie waar de festiviteiten plaats vinden. Marie-Paule vergezelt ons. Terwijl wij inlopen, stilt zij haar culturele honger met een bezoek aan het Museum voor Moderne Kunst in het park.
Er zijn heel wat dagjeslopers tussen de vertrekkers. Ook Rikske Sevenants en een aantal collega’s van Looi en Laakdal staan aan de start. Ze vinden hier een parcours dat in de lijn ligt van hun vlakke trainingsgebieden. Maar biljartvlak zijn de vier en een halve ronden door het park nu ook weer niet. Enkele klimmetjes en haakse bochten lijken wel dienst te doen als verkeersremmers. Langs de Maas blaast dan weer een felle wind die een domper zet op te steile chrono-ambities.
Als de indrukken tijdens de opwarming niet liegen mag ik vandaag wat feller van start gaan dan vorige week in Jupille. Na de eerste kleine ronde loop ik een dertigtal meter achter Jean Stevens en een 50 meter achter Roger Dosseray. Gerard volgt me als mijn schaduw. Voor halfweg schuiven we voorbij Jean die de prijs betaalt van veertien dagen farniente op vakantie. Ik heb goede hoop dat ik ook Roger kan bijbenen. Roger zal nog wel niet hersteld zijn van de zware halve marathon van Herve, tevens Belgisch kampioenschap waar hij de op derde plaats in de klasse 65+ wist beslag te leggen. Winnaar bij de veteranen 3 Alain Waerts wentelt ook vandaag zijn korte beentjes soepel rond. (Aldus Stijn Vanderbeuken die in zijn buurt meedraait. Zelf ben ik te ver achter om ooggetuige te kunnen zijn van de werken van Alain). Gisteren was hij tweede bij de 60+ in Herve, vandaag is hij ruim voorop in mijn categorie. Voor halfweg kom ik bij Roger. We halen op de rechte stukken uit de wind een tempo van 14 per uur. Hij past ook nu zijn geliefkoosde tactiek van tussenversnellingen toe. Maar ik geef geen kik en aangezien de benen toch te fel zullen afgemat zijn door de heuvels in het land van Herve stelt Roger dan maar een combine voor. Hij is zo goed als zeker van de tweede plaats in de challenge – Claude Herzet voor hem is geen bedreiging – dus als we samen blijven gunt hij me de derde plaats. We komen overigens nog dicht in de buurt van Claude maar als die ons ziet naderen bij de bocht van de negende kilometer verraadt zijn lachje dat hij nog reserves heeft en zet hij nog een fikse versnelling in. Fabrice Averno die ons in de laatste twee ronden gezelschap heeft gehouden, heeft ook nog een eindschot in huis en loopt vlak voor me binnen. Françoise Piscart eindigt zoals vorige week vlak achter me. En wat voert Gerard die ons kilometers lang geruisloos volgt in het schild? Net als ik een demarrage verwacht moet hij enkele meters prijs geven. Het verschil aan de streep is nog geen 10 seconden.
In de kantine maken de challengelopers de eindafrekening. Daar blijkt dat niet Claude Herzet maar Pasquale Ruberto vandaag als tweede geëindigd is bij de veteranen 3. Claude onzeker en … heeft Roger wel goed gerekend en niet te snel zijn derde plaats weggeschonken?
Voor het eerst kan ik mijn verslag kruiden met bewegende beelden. Op de flitsen ziet u in mijn buurt onder meer Roger Dosseray in het blauw en Gerard Thiessens in het wit.
zon 03/11/2013 10.15 u * Saint-Georges sur Meuse (Challenge hesbignon) * 10,9 km * 00:51:35 * 12,6 * 156/725 * 6/35 * ♥♥♥♥
De organisatoren van de Côtes du Dragon in Saint-Georges hebben voor twee primeurs gezorgd : een tombola met “slechts” één prijs, een elektrische Renault Twizzy, en een doortocht door het park van het Château de Warfusée. Met meer dan 1000 – voor twee wedstrijden – beproeven we ons geluk … en onze benen.
Met Roger Igo en Valère Sauwens en mijn twee Hesbignon-maatjes Rosario en Noël aan de start, moet ik mikken op een vijfde plaats in mijn leeftijdsklasse. Roger heeft zijn eerste prijs al vast en geeft Valère de ruimte. Hij zelf eindigt vierde. Rosario en Noël gaan hand in hand over de finish en verdelen de tweede en derde plaats. Ik hou vandaag twee lopers in het vizier: Kris Govaerts die zeker mijn challenger wordt voor de vijfde plaats bij de veteranen 3 en Gerard Thiessens die alsmaar beter begint te draaien en met wie ik nu al weken een sportief privé-oorlogje uitvecht.
Voor de start geeft Alain Thiry met luider stemme de laatste consignes mee aan de 725 vertrekkers. Zijn gebrul is voor mij al even onverstaanbaar als het gebruikelijke megafoongeschal. Na een soort valse start zijn we dan toch op weg voor een heuvelachtige ronde die ik drie jaar geleden ook liep maar waarvan de herinnering intussen is vervaagd. In de dalende eerste kilometer ga ik voorbij Maja Van Zand en Kris Govaerts, getooid met een rode bandana en voor mij dus makkelijk herkenbaar in de massa. Dan duikt de eerste “côte” al op, steil maar vrij kort, zoals de andere hellingen die we moeten nemen. Voor het eerst speelt Kris haasje-over. Ik ga hem op het vlakke weer voorbij. Na een pittig begin moeten we een kleine twee kilometer braaf in het rijtje blijven lopen op smalle paden tussen hoge prikkeldraad. Maar ook hier wurmt Kris zich weer voorbij. Op de volgende steile klim probeer ik mijn ademhaling en beenbelasting onder controle te houden om nog reserves te houden voor het vlakke. Dat lukt aardig en ik verlies zelfs geen posities, tenzij aan één man, Kris. De hoop om nog eens terug te komen kan ik al snel laten varen. Op de top steekt de Truienaar nog een tandje bij en neemt snel afstand. Mijn tempo houden lukt net, versnellen zit er niet in. Kris is buiten bereik. Maar waar zit Gerard? Ik ben hem al kwijt geraakt voor het vertrek en het is voor mij gissen waar hij zich ophoudt. Ik speur tevergeefs naar het looptenue waarvan ik de kleurencombinatie voor de start onder mijn hersenpan heb opgeslagen. Hij zal wel achter me volgen, besluit ik. Halverwege dwingt de route door het bos ons tot een partijtje modderballet. Het is een stuk waar Gerard die voor trailschoenen heeft gekozen in het voordeel moet zijn. Na afloop vertelt hij mij dat hij zich tijdens die bewuste glibberige passage afvroeg hoe het mij zou vergaan op mijn reguliere sloffen. Aan de zevende kilometer komen we weer op het asfalt in open gebied. We nemen nu een bocht waar ik een goed zicht krijg op de lopers. Ik merk een witte broek op met een oranje streepje en een donker shirt. Lap, het is zo ver. Gerard die ik achter me waande heeft zo’n 150 meter voorsprong die ik zelfs met een supersonische versnelling niet kan goedmaken. Kris volgt kort achter Gerard. Ze zullen zo’n twintig plaatsen voor me eindigen met een voorsprong van 45 seconden. Ik haal de twee doelstellingen van de dag niet maar ik kan mezelf toch oppeppen om er de vaart in te houden en zelfs nog wat op te voeren. Tot in de laatste meters haal ik concurrenten voor me in, al heb ik geen verhaal tegen de eindspurt van enkele jongere snaken. De jongste snaak – een blond jongetje die net zijn communie heeft gedaan – houdt me enige tijd gezelschap in het bos tussen de twee kastelen op het parcours. Hij heeft al een ongewone uithouding maar blijkbaar nog geen notie van het lopen in groep, getuige zijn neiging om voortdurend in mijn richting te dringen. Als zijn ademhaling begint te stokken en zijn tempo nalaat, eindigt ons innig samen-zijn. Overigens was het best een sympathiek ventje want welke deelnemer vraagt in de laatste kilometers nog aan een afgepeigerde collega “ça va, monsieur?”. “Zou hij dat vragen aan iedereen die hem voorbij loopt” denk ik bij mezelf. Of … zou hij het vragen uit bezorgdheid? Door de krachtpatserij van de laatste kilometers kunnen we niet meer echt genieten van het kasteel van Warfusée en zijn omgeving. Gelukkig hebben we tijdens de opwarming deze parel van 18de eeuwse bouwkunst, de eeuwenoude bomen en het uitzicht op de Maasvallei kunnen bewonderen. De jogging geeft ook Marie-Paule de kans het privé-domein, althans het park, te bezoeken en op de gevoelige plaat vast te leggen.
Op de dag van de draak ken ik vijf hartjes toe aan aan Kris en Gerard voor hun prestatie en aan Marie-Paule die zo lang stoelen heeft vrij gehouden maar die ons niet ziet opdagen omdat we vastzitten in de file aan de douches. Zelf kan ik met een verdienstelijke totaaluitslag – ruim bij het eerste kwart – naar Heukelom afreizen, weliswaar in mijn oude Volkswagen diesel. De Twizzy is voor een Luikse dame …
(Foto 1: Jo Defrère: Het peloton in de eerste meters. Op de voorgrond met nummer 1169, Jean-Marie Haekens. Foto 2 Marie-Paule: Het kasteel van Warfusée. Film: Marie-Paule: Doortocht in het kasteelpark.)
zon 10/11/2013 10.15 u * Braives (Challenge hesbignon) * 9,8 km * 00:44:45 * 13,2 * 126/405 * 4/18 * ♥♥♥♥
Op deze regenachtige zondagochtend zijn we in Braives. Dat ligt in het hartland van joggend Waals-Haspengouw. Elk plaatsnaambord in de streek roept associaties op met loopwedstrijden. Het parcours is een doorslag van wat de Challenge hesbignon te bieden heeft: een mengeling van asfaltwegen, betonwegen en paden door velden en dorpjes, enkele korte maar stekelige hellingen. Alleen het lange rechte en vlakke stuk in de tweede helft is atypisch.
Gerard en ik, we zitten beiden met een plannetje in het hoofd. Voor mij is dat wat beter doen dan vorige week toen zowel Gerard als Kris Govaerts te sterk waren. Overigens ga ik ervan uit dat Gerard voor mij te snel zal starten en met zijn conditie die ik wekelijks zie groeien mij nog op grotere afstand zal lopen. Maar de voorzichtige vertrekker Kris moet ik wel kunnen bijhouden, … hoop ik. Maar mijn tegenstander start niet. Hij is wel ter plekke als supporter van vrouwtje Maja maar heeft in de namiddag een veldloop op het programma staan. “Je zal je vorige week wel geforceerd hebben om mij achter je te houden” plaag ik. Wat er ook van zij, een revanche komt er vandaag niet. Gerard, van zijn kant, heeft een vastomlijnd tactisch concept: zich van bij de start in het spoor nestelen van de dames Fabienne Leroy en Martine Hustings. Die blijken wel sneller te starten maar na 4 kilometer is Gerard zijn “hazen” al voorbij. Opdracht geslaagd. Meer nog, in de totaaluitslag staat hij in het eerste kwart van de deelnemers. Hij eindigt 26 plaatsen voor me en slaat een kloof van 1’30”. Historisch. Ik zal mijn ambities voor volgend jaar bij de veteranen 3 met deze nieuwe concurrent naar beneden moeten bijstellen.
Ikzelf kan vrij snel in het goede ritme komen nadat ik me uit de beknelling aan de start heb losgemaakt. Na een kilometer moeten we een veldweg in waar grote plassen onze vaardigheden in de slalom uittesten. Mijn nieuwe schoenen van vrijdag krijgen al meteen een modderdoop. De eerste bekende die ik voorbij loop is collega-blogger Mario Smolders. Voor me baggert Jean-Marie Haekens met zijn trailschoenen door de plassen. We blijven een tijdje in elkaars gezelschap. De benen reageren gematigd positief op de prikkels van de hersenen die me aanporren “nao veuren, nao veuren”. Ik kan op het fietspad en de ruilverkavelingsweg heel wat plaatsen goed maken. Ook op de betonwegen is het uitkijken voor gladde plekken, de landbouwmachines hebben heel wat smurrie achtergelaten. Op een open gedeelte zie ik de lange sliert lopers voor me. Gerard heeft dan al het ruime sop gekozen maar ik herken wel twee zwarte shirts van Alken AC. Ik passeer Maja Van Zand en Stefan Meekers, ook al een blogger, die me nog aanmoedigen op de koop toe. We zitten intussen in één van de valleitjes van de Mehaigne, het riviertje dat zijn naam heeft geven aan deze loop “Les vallons de la Mehaigne”. Aan de horizon zien we de (veel) sneller lopers voorbij schuiven. Ik herken Julien Bayonnet, de jongen met de stertattoo op de hals. (Ik herken Julien, niet de tattoo …). Voor ons ligt een steile helling – een “raidillon” zoals de Walen zeggen, een helling waar je pas boven uitzicht krijgt op de omgeving. We nemen een scherpe bocht naar links en komen op het dorpspleintje van Avesnes. Rechts de neo-romaanse kerk, links de Café de la Place. Op deze druilerige dag liggen beide oorden er verlaten bij. Ik begin nu aan de langste rechte lijn van het Waalse circuit. Vanop het plateau werp ik een blik op de vallei waar de tragere collega’s zwoegend aan de klim beginnen. Best wel een lange sliert, bedenk ik. Ik bevind me dan ook ruim in het eerste derde van het 400-koppige deelnemersveld. Ik verwacht nog sneller verkeer uit de achtergrond. Maar ik heb nog wat energie over. En op dit snelle stuk kan ik eens in wedstrijdomstandigheden op een hoger tempo mijn “herniabeen” uittesten. De kracht is zeker nog niet terug maar toch voldoende om een gemiddelde van 14 te halen. Ik verlies twee plaatsen maar de tweede man die me hijgend is voorbijgesneld waait een halve kilometer verder weer terug. Ik nader op een groepje waarin ik het rijzige silhouet van Juul Kempeneers herken. We zijn nu kort bij de finish, maar dan stuurt een signaalgever ons voor een laatste lus de rechterkant op. Ik groet Jo Vrancken (vijfde totaal) die de afstand in 35 minuten heeft afgeraasd en al bij zijn auto is. We ronden nu het stationnetje van Braives. Ik ga, zoals in de vorige lopen, ook nu weer “Mijnheer Snorremans” voorbij. In een bocht zie ik plots Dominique Renier zo’n dertig meter voor me. Dominique is even onvoorspelbaar als het weer maar zit vandaag blijkbaar in een hogedrukgebied. Ik loop de laatste meters dicht en kan hem in de ultieme meters met een zorgvuldig getimede demarrage voorbij. Ik strand in het spoor van twee veteranen 3, Jules Kempeneers en Pasquale Ruberto. De laatste ken ik alleen van naam, het wordt tijd voor een nadere kennismaking. Winnaar bij de 60-plussers is Noël Heptia. “Par défaut” zegt de bescheiden laureaat omdat de besten van onze categorie er niet bij waren. Als mede-organisator Etienne Vanderschelden aan het stuur van de “bezemfiets” 1u13′ na de start over de streep komt, is het voor ons al tijd om naar huis te vertrekken. Vanwege verplichtingen op het thuisfront en ondanks de lichte euforie over onze eigen prestatie geen “elfurenmis” vandaag!
(Archieffoto’s Jo Defrère. Foto 1: Fabienne Leroy, Foto 2: Juul Kempeneers (kijk naar het shirt), op de achtergrond Maja Van Zand.)</em
28/11/2013 Mollo, mollo…
“Mollo, mollo” is mijn devies voor de volgende weken. Met andere woorden “zachtjes aan”. De Franse uitdrukking prikkelt misschien meer jullie nieuwsgierigheid, vandaar de titel.
Waarom zachtjes aan? Wel, ik verzamel dit jaar de hernia’s. Na een discushernia in maart die me nog altijd parten speelt, heb ik ook een hernia inguinalis opgelopen. Een liesbreuk dus. Die hinderde me (nog) niet, ook niet bij het lopen, maar herstelt nooit spontaan. Omdat er vroeg of laat toch een operatie moet volgen heb ik gekozen voor de vroege optie. Op het ogenblik dat ik deze zinnen tik, is de averij al hersteld. Als het heelproces gunstig evolueert kan ik tegen het jaareinde opnieuw de loopschoenen aanbinden en met frisse moed en een opgelapt lijf aan het nieuwe seizoen beginnen. Een maand inactiviteit, dat kan er dit jaar ook nog wel bij.
24/12/2013 Een teken van leven
Na bijna een maand radiostilte is het hoog tijd om weer een teken van leven te geven. Vorige vrijdag heeft de arts groen licht gegeven om mijn activiteiten rustig te hervatten. Dat heb ik me geen twee keer keren laten zeggen. De eerste looptraining zondag verliep best aardig. Alleen wat stijfjes de dag erna. Ik heb het weer aangepakt zoals na mijn vorige gedwongen rustperiodes, afwisselend wandelen en lopen. Twee en een halve week na de operatie was ik overigens al voldoende hersteld om enkele trage wandelingetjes te wagen. Over veertien dagen mag ik er weer voluit tegenaan gaan. Ik kijk er naar uit.
(Foto Marie-Paule: Wandeling rond Slavante.)
26/12/2013 Wensen
26/12/2013 En de winnaar is…
De prijzen in de verschillende challenges zijn uitgereikt. Voor de Challenge van de provincie Luik gebeurde dat traditiegetrouw in het het Prinsbisschoppelijk Paleis in Luik. In dat majestueuze decor werd Jo Vrancken gehuldigd als winnaar van de senioren. Zijn trouwe luitenant Stijn Vanderbeuken legde beslag op de vijfde plaats. Vreugde en ontgoocheling liggen dicht bij elkaar voor de Tongerse lopers. Want in hetzelfde criterium kon Benny Stulens vanaf mei een riante voorsprong bij de veteranen 1 niet meer verdedigen door een stressfractuur die hem voor de rest van het jaar uit competitie hield. Nog in Luik liet Jean Stevens een zekere podiumplaats schieten bij de veteranen 3. Maar ook de vierde plaats is een geweldige prestatie voor een zeventiger die de strijd aangaat met concurrenten van wie sommigen 10 jaar jonger zijn. Claude Herzet snoepte Roger Dosseray in extremis de tweede plaats af. Alain Waerts was outstanding. In de Challenge hesbignon werd Raphael Van den Broeck tweede bij de veteranen 3 na de ongenaakbare Roger Igo. Michel Zielinski eindigde als derde bij de veteranen 2. Maja Van Zand klom zowel in de Challenge hesbignon als in de Challenge condrusien op het podium, respectievelijk op het tweede en derde trapje.
Servais Halders van zijn kant zal 2013 als “annus horribilis” in de boeken schrijven. Nauwelijks twee wedstrijden kunnen lopen als gevolg van blessures die alleen in de betere medische encyclopedie vermeld staan. Ook Roland Vandenborne was – voor mij alleszins – zo goed als onzichtbaar. Hopelijk zien we elkaar wat vaker in 2014.
En tenslotte, de prijs voor de strijdlust gaat naar Kris Govaerts en Maja Van Zand die na een druk wegseizoen meteen het veld zijn ingedoken in het Limburgs Crosscriterium.
(Foto’s Philippe Codiroli. Foto 1: Jo Vrancken – rechts – en Stijn Vanderbeuken genieten van een geslaagd jaar. De dames delen in het sportieve succes. Foto 2: Jo Vrancken met de beker. Foto 3: Claude Herzet tweede veteraan 3 in de Challenge van Luik.)